- Ëm 26 JUNI 2008 306 De heer SZABLEWSKI Wat zegt u? De WAARNEMEND VOORZITTER Geen commentaar op de heer Boer. Dan geef ik nu even het woord aan de heer Vergroesen. Ga uw gang. De heer VERGROESEN Dank u, voorzitter. Voorzitter, we blijven het een merkwaardige zaak vinden. Een aantal jaren geleden is door het Rijk het bedelverbod geschrapt en nu wordt het door een aantal gemeentes weer inge voerd. Wij zijn daar niet gelukkig mee. We zijn bovendien bang, ik blijf daarop hameren, dat met een verbod op locatie het probleem alleen maar vijfhonderd meter opschuift, en dat we ze straks niet in het station tegenkomen maar bij de Lunetstraat. Wij vinden het eigenlijk jammer, maar dat heb ik wel eens eerder gezegd over de APV, dat er drie onderwerpen bij elkaar geveegd zijn, waarvan er twee zijn waar we het hartgrondig wel mee eens zijn. We zouden daar liever per onderwerp over willen stem men, want dan konden we zeggen: hier zijn we het wel mee eens en daar zijn we het niet mee eens. De WAARNEMEND VOORZITTER De burgemeester, ga uw gang. De BURGEMEESTER Voorzitter, ik heb in de eerste termijn proberen uiteen te zetten: als u vindt om u politiek moverende redenen dat niet te doen, dan mag je een beeld hebben bij die stad. Maar dat geldt ook wanneer je vindt dat je dit wel opgenomen zou willen hebben. En dan kun je nog steeds daar op eenzelfde wijze naar kijken. Dat is een. Twee, het mogelijk daarvan gebruik gaan maken. Daar zit de redenering on der: wanneer het mogelijk excessief gaat worden. Dat heeft zich regelmatig gemanifesteerd. Rondom het VAST-project, en u kijkt terug wat het was en wat het nu is, is mede dankzij het ontwikkelen van een aantal instrumenten tot een betere situatie gekomen. Niet meer en niet minder. En dat is, denk ik, de intentie van deze bijstelling. Als u daar anders over denkt, prima. Wij zullen met vereende krachten moeten zorgen dat iedereen zich welkom en op zijn gemak voelt. Maar tegelijkertijd, daar waar je de noodzaak hebt om tot maatregelen te komen, moet je dat soms ook durven doen en dan ook vanuit een bredere context zoals ik dat gezegd heb. Verder heb ik hier niets meer aan toe te voegen en is het aan u als raad. De WAARNEMEND VOORZITTER Dank u wel. Mijnheer Arbouw, u wilt een stemverklaring afgeven? De heer ARBOUW Ik heb nog even duidelijk een vraag aan de burgemeester, omdat De WAARNEMEND VOORZITTER Dat is dan de laatste. De heer ARBOUW in het debat het ook is gegaan over: in hoeverre is het nou een overbodige maatregel? Dat is een beetje in het debat cruciaal geworden. De vraag die mijn fractie toch nog heeft, is: is het nou zo dat als een bedelaar overlast veroorzaakt u echt dit artikel dan nodig heeft om dat aan te pakken, en juist omdat het uit het wetboek voor strafrecht is gehaald? Is dat inderdaad juist, of ligt er een andere ach tergrond achter? De WAARNEMEND VOORZITTER Dank u wel. Burgemeester. De BURGEMEESTER Ik heb in de commissie Bestuur al betoogd dat er soms groepen mensen zijn die de nodige overlast veroorzaken, onder andere met het bedelen. Nou, daar moetje een instrument voor hebben. En daar bij is de achterliggende redenering om te zorgen dat je dan de repressie met preventie zo nodig kan verbinden. Niet meer en niet minder. Ik heb getracht dat aan u uiteen te zetten, juist ook om te zorgen dat aan de mensen die dat doen, want stelen doe je niet voor de lol, bedelen doe je niet voor de lol, daar zit vaak ook een behoorlijk vraagstuk onder en bij, ook aandacht te geven. Daarom heb ik die

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2008 | | pagina 42