463
6 NOVEMBER 2008
MEVROUW VAN MAANEN:
Voorzitter, ik heb er het CDA verkiezingsprogramma nog maar eens op nageslagen en in datzelfde
verkiezingsprogramma staat dat het CDA voor de periode 2006-2010 slechts een lastenverhoging
wenst van maximaal de inflatiecorrectie. Dus dan verbaast het mij dat de heer Lips zegt, wij gaan
in 2010 eens nadenken over verdere lastenbeperking tot de inflatiecorrectie, terwijl nu door de
VVD de mogelijkheid wordt geboden met dekking. Dus waarom wilt u dat dan niet steunen?
DE VOORZITTER:
Mijnheer Lips.
DE HEER LIPS:
Ik kan u daar wel een antwoord op geven. Op een bepaald moment moetje ook keuzes durven
maken die toch weer iets anders zijn dan dat je in 2006 gedacht hebt. En waarom kiezen wij wel
voor wijkontwikkeling? Misschien heeft u dat ook gedaan, maar
MEVROUW VAN MAANEN:
Maar voorzitter, ik vraag niet om wijkontwikkeling..
DE HEER LIPS:
Laat u mij even uitpraten, dan zult u het begrijpen. Wij hebben deze keer wel gekozen voor die 15
miljoen wijkontwikkeling. Deze fractievoorzitter heeft niet het verkiezingsprogramma van de VVD
nog eens nagelezen, maar ik heb me in het land eens georiënteerd bij vergelijkbare steden en
hoeveel geld die in wijkontwikkeling stoppen. En als ik u nou vertel dat dat in Tilburg 100 miljoen
is. En wij praten over 15 miljoen. Dan moet ik ook zeggen dat ik het ook fantastisch vind en dat ik
er trots op ben, dat wij in Breda het zo goed gedaan hebben dat we geen Vogelaarwijken hebben.
MEVROUW VAN MAANEN:
3a, en ik kan dus concluderen mijnheer de voorzitter, dat het CDA alleen tijdens de
verkiezingscampagnes praat over lastenverlichting en dat dan niet waarmaakt in
DE HEER LIPS:
Nee zo zit het niet in elkaar. We hebben dat een aantal jaren steeds wel gedaan en op een bepaald
moment moet je ook het lef hebben om ook een keer iets anders te doen. En wij kunnen dat best
goed uitleggen naar onze achterban.
DE VOORZITTER:
Mevrouw Vossenaar.
MEVROUW VOSSENAAR:
Voorzitter, ik heb met plezier de heer Lips horen spreken over een mogelijke koppeling tussen een
sporthal en een evenementenhal. In de laatste commissie Economische Zaken heb ik dat zo
terloops wat rondgestrooid en ik zie in ieder geval dat het ergens geland is. Mag ik veronderstellen
dat u, net als ik, de gedachte hebt dat ook in een evenementenhal topsportevenementen kunnen
plaatsvinden waardoor je die bijzondere voorzieningen in een andere hal niet zou hoeven te
realiseren.
Zitten we daarin op dezelfde lijn? Dat zou ik prettig vinden om te horen.
Mevrouw Vossenaar, ik kan u zeggen dat ik toch goed naar u geluisterd heb en ik denk dat het ook
een vak is als politicus om ook naar elkaar te luisteren of dat het nou coalitie of oppositie is. En ik
vond dat een uitstekende opmerking van u en daarom hebben wij die ook meegenomen in onze
bijdrage. En ik ben het gewoon volledig met u eens.
DE VOORZITTER:
Goed, de heer Arbouw en mevrouw van Hasselt en mevrouw Boelema.
DE HEER ARBOUW:
Ja voorzitter, als het toch over naar elkaar luisteren gaat, heb ik nu u goed gehoord, dat het geld
wat we nu terugdraaien ten aanzien van de sporthal, die 5 miljoen, dat we die net zo goed kunnen
besteden, of nee, herstel., het geld wat we overhouden zo meteen om nog in de sporthal te
