507
6 NOVEMBER 2008
financiën moeilijk gaat, vragen wij ook niet meer van de inwoners van Breda. We doen datnudus
ook niet door dat om te draaien en nu minder te vragen. Het is gewoon een vaste systematiek en
daar kunnen de burgers van Breda dus ook op rekenen. Het is altijd exact hetzelfde wat wij doen.
Niet meer en niet minder.
En dan tot slot, want dat vinden we een hele rare motie, de bezuinigingstaakstelling op de
exploitatiebegroting. Ik snap ook niet helemaal waarom D66 daarin mee gaat. Ik heb namelijk een
heleboel verschillende argumenten over tafel horen gaan. Ik heb de heer Van Overveld horen
roepen: ja maar we houden elk jaar wat over. Maar we stoppen dat elk jaar ook weer terug in de
volgende begroting. Dus het is niet zo dat je elk jaar overhoudt. Wat zal het afgelopen jaar
qeweest zijn, wat we teruggestort hebben in de algemene middelen. U weet dat misschien nog uit
uw hoofd, Maar het is niet zo dat je dat elk jaar over houdt, want je stopt dat elk jaar ook weer
teruq Dat is geen structureel geld wat je daarmee kan genereren.
Vervolgens hoor ik mensen zeggen: haal de kaasschaaf er maar overheen. Nou ja, dat zou een
ingrijpende actie zijn op een heleboel taakvelden. Waar we juist ook een heleboel impulsen hebben
kunnen geven, onder andere op erfgoed, onder andere op cultuur. Dat zou direct weer ongedaan
gemaakt worden. En als je het zou relateren aan personeel, dan gaat het gewoon om ontzettend
veel mensen. Het lijkt me gewoon een onverstandige motie. En we kunnen hem dan ook niet
ondersteunen.
En volgens mij heb ik dan zo'n beetje alles wel behandeld.
DE VOORZITTER:
Vragen voor de heer Akinci?
Mevrouw Boelema.
MEVROUW BOELEMA:
Ja u sprak mij aan dus dan wil ik daar ook even op reageren. Als het gaat om de door u zo
genoemde superwethouder. Op zichzelf was er in de vorige periode ook een portefeuille
Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Wijkontwikkeling bij een wethouder En die systematiek
passen ze bij heel veel grotere steden toe. Zo vreemd is dat eigenlijk helemaal niet om dat te
koppelen, want uiteindelijk gaat het om het resultaat. Want dat zult u met mij eens zijn en alsik
de notulen diezelfde beruchte notulen die voor de PvdA zo berucht zijn, er op nasla, dan zie ik b j
GroenLinks ook dat u niet positief bent, en dat het een verloren jaar leek. Dus in zoverre snap ik
wat u zeqt over die bouwcoördinator en zou u eigenlijk ook moeten zeggen: oke een
bouwcoordinator kan ook geen tempo maken op het moment dat het een bestuurlijke spaghetti is,
zal ik maar zeggen. Dus je moet dan ook boter bij de vis doen. Zo hebben wij die motie bedoeld.
Volgens mij klopt dat niet wat u zegt. Grondbedrijf zat de vorige periode bij zeergewaardeerde
collega Adank, Ruimtelijke Ordening zat in de vorige periode bij een aantal verschillende
wethouders waarvan ik me de heer Niederer nog kan herinneren, en volgens mij was de geachte
collega Arbouw verantwoordelijk voor Volkshuisvesting. Dus ook toen was dat verdeeld over
meerdere wethouders.
DE VOORZITTER:
Goed. Tot slot de heer Arbouw.
Ja^ni'et^zozee^n déze discussie, maar wel gerelateerd aan de discussie die we in de commissie
hadden over de nieuwe wet Ruimtelijke Ordening. En waar ligt die nou. Daar kan je wel een
parallel bij trekken. Uiteindelijk is er door het college gezegd: Als ze bij die ruimtelijke ordening d
ook heel erg verspreid ligt, juist door die portefeuilles die we gecreeerd hebben, ze de conclusie
hebben getrokken, dan ligt de eindverantwoordelijkheid bij de directie economie en grondbeleid. Zo
zou je als het gaat over volkshuisvesting, kunnen zeggen, de eindverantwoordelijkheid voor het
totaal 'ligt bij de wethouder Wonen, bij de wethouder Volkshuisvesting, zonder dat al die
portefeuilleonderdelen bij een wethouder worden gestopt. Zo zou je het in dit college best kunne
oplossen.
DE HEER AKINCI: