530
18 december 2008
MEVROUW VAN MAANEN:
Voorzitter, mag ik een vraag stellen aan de heer Szablewski?
DE HEER SZABLEWSKI:
Natuurlijk.
MEVROUW VAN MAANEN:
Wat is nou
DE WAARNEMEND VOORZITTER:
Mevrouw van Maanen, uw vraag wordt gehonoreerd.
MEVROUW VAN MAANEN:
Dank u wel.
DE WAARNEMEND VOORZITTER:
De heer Szablewski heeft het woord.
MEVROUW VAN MAANEN:
Voorzitter, de heer Szablewski heeft zijn amendement en moties neergelegd, heeft iets verte d
over het proces, maar hij is eigenlijk helemaal niet ingegaan op het voorstel wat door het college
hier is neergelegd. Ik zou ook graag van de PvdA de overwegingen willen horen waarom het
voorstel van het college blijkbaar niet deugt.
Dat staat allemaal in het amendement en in de moties. Dus u kunt dat dadelijk rustig lezen en dan
heeft u waarschijnlijk het antwoord al gehad. En als er dan nog onduidelijkheid over is, kunnen we
daar in de tweede termijn altijd nog op in gaan.
DE HEER BOER:
Mevrouw de voorzitter, ook toch nog een vraag aan de heer Szablewski. U vroeg net of de
voorzitter dat wil voorlezen, uw amendement en moties. Maar dat is bijna een onleesbaar stuk.
DE HEER SZABLEWSKI:
Maar ik heb groot vertrouwen in mevrouw de voorzitter dat haar dat gaat lukken. Daarvoor ben je
dan ook voorzitter van deze raad.
DE WAARNEMEND VOORZITTER:
Goed. Verder geen vragen meer?
Dan begin ik met het amendement.
Een beetje moet ik de heer Boer wel gelijk geven, maar ik doe mijn best.
DE HEER BOER: i£
Maar kunt u dan niet aan mijnheer Szablewski vragen of hij het zelf wil voorlezen.
DE WAARNEMEND VOORZITTER:
Nee, nee, nee. Zo werkt het niet.
Besluit, ter realisering van genoemde constateringen het ter vaststelling voorliggende °ntwerP
raadsbesluit te wijzigen als volgt: De drank- en horecaverordening te wijzigen als volgt: artikel 10,
lid 4 begripsomschrijving "nachtzaak" te laten vervallen. Artikel 12 te laten vervallen. Artikel 15,
lid 1 te wijzigen en als volgt te definiëren: Het is de leidinggevende of -den, verboden in zijn of
haar'horeca inrichting of alcoholvrije inrichting, die gelegen is buiten het uitgaansgebied, zoals
aangegeven is in artikel 10 lid 7, bezoekers te hebben of toe te laten, tussen 2 en 7 uur, in zijn of
haar horeca inrichting, die gelegen is in het artikel 10, lid 7 aangegeven uitgaanscentrum
bezoekers te hebben of toe te laten tussen 4 en 7 uur, met dien verstande dat het verboden is om
tussen 2 en 4 uur bezoekers op het terras te hebben of toe te laten, in zijn of haar broodjeszaak
bezoekers te hebben of toe te laten, dagelijks tussen 4.30 uur en 7 uur met dien verstande dat het
verboden is om tussen 2 uur en 4.30 uur, bezoekers op het terras te hebben en/of toe te laten.
Aan artikel 15 toe te voegen lid 5, waarvan de tekst luidt: alle drank- en horeca inrichtingen die na
2 uur open zijn, zijn verplicht om vanaf 22.00 uur gecertificeerd beveiligingspersoneel aan te
stellen, waarbij het aantal personeelsleden, alsmede de invulling en de werkwijze van dit personeel
aan nader door het college op te stellen regels dient te voldoen.