597
18 december 2008
DE VOORZITTER:
Heel kort.
DE HEER BERGKAMP:
Ik hoor graag van de wethouder terug welke tijdstermijn hij voor ogen heeft. Want ik denk dat de
noodzaak en de druk ook aan die kant ervaren wordt. En ik denk dat het nu aannemen van een
motie, zoals die nu voorligt, niets verandert aan het tijdspad wat het bestuur van de GGD gaat
volgen.
DE VOORZITTER:
Mijnheer Boer. Tweede termijn.
DE HEER BOER:
Mijn vraag aan de wethouder: Is het lage niveau gevaarlijk aan het worden?
DE VOORZITTER;
Het woord is aan de wethouder.
WETHOUDER VAN YPEREN:
Ik hoop een aantal vragen tegelijk te kunnen beantwoorden. De heer Ernst sprak over een
tweespalt in het voorstel. De kadernota is aan u, aan uw besluitvorming. Die willen we niet op een
gegeven moment aan u voorleggen met een bindende zaak. Ook daar krijgt u de kans. En vandaar
dat het hier ook in staat om dat basistakenpakket te beoordelen. Wij geven u een nieuw advies,
voorzien van monitoring, voor het eerste gedeelte van dit jaar. Dus dat betekent dat we in de
kadernota bij u komen met het bedrag wat nodig is voor de GGD om het structureel op poten te
zetten. Maar daarbij krijgt u een advies met betrekking tot de monitoring van het eerste gedeelte
hoe de zaak aangepakt wordt.
De heer Bergkamp geeft op een gegeven moment heel duidelijk aan dat, als Breda een Breda plus
variant zou willen, wij alle kosten moeten dragen, zowel de aanpak, als de opzet, als het personeel
wat daarvoor aangenomen wordt. Dat spreekt vanzelf, omdat de andere gemeenten dat op een
andere manier doen. En voor de periode dat we dat op willen pakken geldt dat we in twee jaar tijd
proberen volledig op hoogte te zijn.
DE VOORZITTER:
Nog de motie, mijnheer Van Yperen, u heeft...
DE HEER BOER:
Mijnheer de voorzitter, ik heb nog gevraagd of het niveau wat we nu hebben, gevaarlijk aan het
worden is.
WETHOUDER VAN YPEREN:
Absoluut niet. Het niveau is sowieso hetzelfde als vandaag, en wordt dus alleen beter doordat we
nu extra taken gaan uitvoeren, die we tot nu toe niet deden, zij het dan in fasen.
MEVROUW BOELEMA:
Mijn vraag is nog niet beantwoord. Die ging namelijk over het ambitieniveau, dat dit kennelijk in de
praktijk uit elkaar loopt en of je dat dan niet moet bijstellen. Op het moment dat u zegt dat er nu
geen gevaar is, waarom zouden we dan dat gewenste niveau willen halen? Misschien is dat gewoon
te ambitieus.
WETHOUDER VAN YPEREN:
De monitoring geeft straks precies aan hoe ver en op welke wijze we verder gaan met deze taken.
Het kan best zijn dat epidemiologie, wat hier op staat, voor ons niet direct van belang is. Dat zou
kunnen. En dan kunnen we het vertragen. Maar de bedoeling is toch om in twee jaar tijd, met
behulp van het geld, deze taken ook op een minimumniveau te krijgen, waardoor uiteindelijk
terecht komen op wat de gemeenten gezamenlijk hebben vastgesteld.
DE VOORZITTER:
Goed. We hebben in twee termijnen gesproken. We gaan over tot de stemming. Is er behoefte tot
het afleggen van een stemverklaring?
Mijnheer Scheltens, Mijnheer Boer.
Het woord is aan mijnheer Scheltens, GroenLinks.