564
18 december 2008
DE HEER BERGKAMP:
Tegen.
DE WAARNEMEND VOORZITTER:
De heer Blankenstein.
DE HEER BLANKENSTEIN:
Voor.
DE WAARNEMEND VOORZITTER:
Mevrouw Boelema.
MEVROUW BOELEMA:
Voor.
DE WAARNEMEND VOORZITTER:
En de heer Boer.
DE HEER BOER:
Tegen.
DE WAARNEMEND VOORZITTER;
Dan is de uitslag, 20 voor, en 19 tegen. Het amendement is aangenomen.
Dan gaan wij over naar de stemming van de moties. En ik neem aan dat dat ook een hoofdelijke
stemming is.
VANUIT DE ZAAL:
Dan zou ik graag een toelichting willen over wat het nut is van een hoofdelijke stemming bij deze
moties.
DE HEER LIPS:
Ik heb helemaal geen behoefte om het nut hiervan uit te leggen. Ik wil gewoon hoofdelijke
stemming. Punt.
DE HEER AKINCI:
Voorzitter, wel een punt van orde, als dat mag. Punt van orde, enige twijfel. Volgens mij is de
gebruikelijke volgorde, maar ik kijk ook even de griffier aan, amendement, vervolgens het
voorstel, en vervolgens de moties die op basis van het al dan niet aangenomen voorstel nog
relevant zijn.
DE HEER BOER:
Nee, moties komen voor het voorstel.
DE WAARNEMEND VOORZITTER:
(Knikt ja)
Dan hebben we de motie met betrekking tot scherpere geluidsnormering in de nacht. Die is
ontraden. Maar daar willen we toch een stemming over.
Dan trekken we weer een lootje.
MEVROUW VAN MAANEN:
Voorzitter, mag ik dan even een stemverklaring?
Want het is toch wel onbegrijpelijk dat er nou een motie in stemming gebracht wordt die wettelijk
helemaal niet mogelijk is. Dus willen partijen dan deze motie wel handhaven?
DE HEER LIPS:
Daar wil ik me eigenlijk bij aansluiten, want ik wil wel eens weten wie voor een motie gaat
stemmen die wettelijk niet kan. Dat vind ik wel een hele interessante.
DE WAARNEMEND VOORZITTER:
Wie kan ik daar het woord over geven.