522
18 december 2008
moeten hebben. Anders kunnen ze op school een achterstand oplopen. Helaas is de
internetvergoeding niet standaard opgenomen in het minimabeleid of in het convenant Kinderen
doen mee". Dit vinden wij een gemiste kans. Er zullen ongetwijfeld mensen zijn die geen internet
hebben omdat ze het niet kunnen betalen. Een voorbeeldje. Als alleenstaande ouder in Breda
ontvang je een netto uitkering van 1.093,— per maand. Het NIBUD heeft hier
voorbeeldberekeningen van gemaakt. Als je de huur, gas en licht, water, verzekeringen, telefoon,
tv en dergelijke hebt betaald en wat geld opzij hebt gelegd voor kleding en noodzakelijke
vervanging van spullen in huis, dan houd je ongeveer 200,- per maand over voor je
boodschappen. En dan wordt het toch lastig om daarvan 20,- per maand te besteden aan
internet. De SP vindt het dus belangrijk dat alle kinderen dezelfde mogelijkheden en kansen krijgen
en daar hoort die toegang tot internet bij. Daarom dienen we vanavond een motie in waarin we het
college vragen een vergoeding voor internet op te nemen in het minimabeleid of in het convenant
"Kinderen doen mee", voor minima met schoolgaande kinderen. De kosten voor de
internetaansluitingen in 2008 zijn betaald uit de bijzondere bijstand. In 2008 waren die kosten
53.000,—. De doelgroep is wat groter omdat er meer mensen in de bijstand kinderen hebben,
namelijk 878 gezinnen om precies te zijn. Als die allemaal deze internetvergoeding zouden
aanvragen, zou dat uitkomen op een bedrag van ruim 2 ton. Het is echter bekend dat bij de
bijzondere bijstand nooit voor de volle 100% door iedereen overal gebruik van gemaakt wordt. Het
aantal aanvragen zal dus waarschijnlijk ergens in het midden liggen. Ik verzoek het college daarom
voor 2009 de vergoeding te betalen uit de bijzondere bijstand, of als dit niet toereikend is, uit de
algemene reserve, en voor 2010 met een structurele oplossing te komen.
DE VOORZITTER:
Het woord is aan wethouder Heerkens.
WETHOUDER HEERKENS:
Voorzitter, beste leden van de raad, op de eerste plaats wil ik mijn waardering uitspreken voor de
bijdrage van de SP en in ieder geval uitdragen dat wij staan voor een sociale stad. En daar past bij
dat iedereen mee doet en dat degene voor wie werk nog niet, of niet meer mogelijk is, wordt
geholpen. Daar past ook bij dat iedereen die aangewezen is op hulp van de overheid, alles in het
werk moet stellen om die periode dat hij is aangewezen op die hulp, zo kort mogelijk te maken. Wij
zijn van mening dat we dat evenwicht in Breda hebben gevonden. Dat kan ik ook nog eens heel
mooi toelichten als ik kijk naar een aantal punten op de agenda, die deze zaken speciaal betreffen.
Kijkt u maar naar punt 2 en 3 op de agenda van deze vergadering. Er wordt op de eerste plaats
voorgesteld de boete en maatregelenverordening aan te passen. Iedereen die een uitkering
ontvangt, moet er aan bijdragen om die uitkeringsperiode in te korten als dat maar enigszins
mogelijk is. En als dat onvoldoende gebeurt, dan zijn we ook streng en dan kunnen we ook korten
op de uitkering. Maar vervolgens spreken we ook straks over de langdurigheidstoeslag. Het college
stelt voor dat de mogelijkheden hiervoor worden verruimd. Was het voorheen zo dat je aanspraak
kon maken op deze toeslag als je vijf jaar op een minimum inkomen zat, nu wordt die tijd terug
gebracht tot drie jaar. Voor de uitvoering daarvan kennen we de Wwb uitkering die wordt
aangevuld met bijvoorbeeld langdurigheidstoeslag, de regeling bijzondere verbruiksgoederen, de
regeling schoolkosten, de BredaPas en de bijzondere bijstand. Allerlei regelingen zijn beschikbaar
voor mensen met een inkomen van maximaal 110% van de bijstandsnorm. En in een enkel geval is
er ook nog eens een eenmalige mogelijkheid. Zo kunnen alle personen met een minimuminkomen
op dit moment aanspraak maken op een eenmalige uitkering van 50,-. En daar bovenop hebben
we zowel in 2008 als in 2009, extra middelen vrijgemaakt om kinderen uit gezinnen met een laag
inkomen, extra te ondersteunen. Hoe ver reikt nu onze financiële polsstok? Want daar gaat het om.
In 2008 hebben we van de laatstgenoemde gelden alle bedoelde gezinnen voorzien van een pc met
internetaansluiting. En daarmee is schriftelijk gesteld dat de internetaansluiting, indien men deze
zou aanvragen, slechts één jaar vergoed zou worden. De internetaansluiting is deels vergoed uit de
middelen voor bijzondere bijstand en dat budget is niet meer beschikbaar. Doorrekening voor de
komende jaren laat dat ook zien. Gelukkig in Breda gaat dat geld ook naar de mensen die dat hard
nodig hebben. Als tweede mogelijkheid geeft de SP aan om deze te bekostigen uit de reserve
armoedebestrijding. Zoals u weet, stellen we nu juist voor om deze in te zetten voor die
langdurigheidstoeslag. De reserve wordt dus geheel besteed aan de doelgroep. En het voordeel
daarvan is overigens ook nog eens dat men de toeslag kan inzetten voor de kosten voor internet.
Maar dan moet je dus wel drie jaar op dat minimuminkomen zitten. Tot slot suggereert u om de
internetkosten op te nemen in de middelen voor de kinderen uit gezinnen met lage inkomens, het
zogenaamde convenant. Op de eerste plaats merk ik op dat dit eenmalige middelen zijn, en
daarnaast zijn de middelen door ons al grotendeels besteed, waarbij eerst is gekozen voor
activiteiten die rechtstreeks aan de kinderen zelf ten goede komen. In de commissiebespreking van
dit onderwerp heb ik dit toegelicht en heeft de commissie dit ook breed ondersteund. Het
resterende bedrag van die middelen willen we inzetten ten behoeve van jonge tienermoeders met