10 kracht. Welke bewoners zijn dat dan? Weten we nog wie er vanaf 1986 die stadsverwarmingstarieven betaald hebben? Hoeveel was hun verbruik? Daar komen een aantal onoplosbare bewijsproblemen uit voort. Maar goed, dat wil ik dan nog wel zien. DE HEER SZABLEWSKI: Mag ik even een vraag stellen voor de orde? Of niet voor de orde, maar voor de goede orde. Was het niet zo dat Almere een andere overeenkomst heeft met Nuon? Almere heeft namelijk volgens mij het eigen tarievenbeleid losgelaten en overgelaten aan Nuon en dat is in Breda ten opzichte van Essent niet het geval. Dus daar is toch duidelijk sprake van een andere overeenkomst. Dus ook zo'n uitspraak van de rechter zul je moeten toetsen op wat dat betekent voor Breda. Want volgens mij zijn de vraagstelling en de eisen die gesteld worden bij dat geding tussen Nuon en Almere andersoortig dan in Breda. WETHOUDER WILLEMS: Daar heeft u gelijk in. Daarom heb ik ook niet de weg van Almere willen en kunnen volgen. Want wij hebben een ander contract. Maar de procedure gaat wel over hetzelfde als waar hier de procedure over gaat: heeft Nuon het energienet tarief correct toegepast? Was dat energienet tarief correct volgens het "niet meer dan anders principe". Als daar een uitspraak over komt, ga ik natuurlijk ook kijken, wat dat voor gevolgen voor de andere bewoners in Nederland heeft. Hebben die al die tijd volgens het energienet tarief moeten betalen? En dat heeft veel verdere consequenties dan alleen voor de Bredase inwoners, los van de vraag of dat dan meer of minder zal worden. Maar dat zie ik nog niet zo snel gebeuren omdat alle rechterlijke uitspraken tot nu toe in een andere richting wijzen. Maar theoretisch zou het kunnen. Maar we zullen moeten afwachten. DE HEER UCERLER: Voorzitter, ik ben blij met de bijdrage van de wethouder. De wethouder zegt eigenlijk niets anders dan wat in ons voorstel staat bij punt 1. En daar staat ook precies wat u zegt wethouder: stel dat rechterlijke uitspraken in Almere uit komen ten gunste van de gemeente Almere en dat het ook in hoger beroep eventueel vastgesteld wordt, dan zegt u dan ga ik voor de gebruikers van stadsverwarming bekijken richting Essent in hoeverre de tarieven in Breda ook juist zijn toegepast. Dat is ook wat in mijn voorstel staat. WETHOUDER WILLEMS: Nou ja, ik dacht ook niet dat ik al uitgesproken was, want ik kom nu aan die punten toe. Maar ik probeerde toch even de context te schetsen voor wat betreft over welk conflict we het nu eigenlijk hebben. En nu ga ik in op de vragen over de rol die de gemeente daarin kan spelen, en op uw vragen over de stuitingsbrief en op de vraag of wij wel of niet kunnen procederen. Ten eerste is er geen conflict. Dat zei ik al. Er moet nog blijken dat er iets aan de hand is. Op dat moment zullen wij ons inzetten om samen met de Bredase bewoners, maar naar ik denk samen met alle stadsverwarmingsgebruikers in heel Nederland om te kijken wat voor consequenties dat heeft en of dat via procedures moet of via geschillen of via de ombudsman of de Kamer. Dat zal nog moeten blijken. Ik zei al dat dit een buitengewoon ingewikkeld vraagstuk is. Maar wat ik niet wil, is dat wij zelf gaan procederen, omdat wij geen partij zijn. Wij hebben alleen een contract waarin staat dat het "niet meer dan anders principe" moet worden toegepast. Als dat niet zo is kunnen wij mogelijk - ik heb daar de stadsadvocaat vanmiddag nog even over geraadpleegd - inderdaad overwegen om Essent in gebreke te stellen wegens het niet voldoen aan de overeenkomst die we met hen hebben gesloten, de overeenkomst dat het "niet meer dan anders principe" moet worden toegepast. En dan zal ik hen uitnodigen om de overeenkomst alsnog na te leven en met de afzonderlijke consumenten c.q. energie afnemers afspraken maken over hoe dat gecorrigeerd moet worden. Dat kan ik doen. Maar ik kan niet namens 16000 onbekende bewoners gaan procederen als een soort advocaat in een massaproces. Ik kan hen wel aanspreken op hun verantwoordelijkheid in het contract en dat zal ik ook doen. Maar of dat juridisch moet of op een andere wijze, dat moeten we op dat moment beoordelen. De stadsadvocaat zegt ook dat het nu te vroeg is om daar een uitspraak over te doen. En dan kom je op het punt van de stuiting. Een stuitingsbrief schrijven betekent dat je nu al weet dat er iemand in gebreke is en dat er een vordering loopt die je voor jaren wil stuiten. Nou die vordering is er nog niet en die lijkt er ook niet te komen. Natuurlijk kan ik een brief schrijven en dat heb ik ook aangeboden in mijn brief van 6 februari, in de zin van: Beste Essent, u zult begrijpen dat als er voor u een negatieve uitspraak komt, van enige hoogste rechterlijke instantie, dat dat ook voor u, voor het nakomen van uw contract met ons, consequenties heeft en dat we dan daar samen met de bewoners, over in gesprek willen, wat dat ook kan betekenen. Die brief heb ik aangeboden. Ik noem dat geen formele stuitingsbrief maar deze heeft wel precies dezelfde bedoelingen, namelijk om Essent er nu vast van te doordringen, voor zover men dat al niet was,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2009 | | pagina 10