25
WETHOUDER SNIER:
Ik denk, als het echt op een oordeel aankomt, dat we dat eventueel aan een rechter moeten
overlaten, omdat daar een oordeel op zijn plek is over wie rechtens een steek heeft laten vallen.
DE HEER AKINCI:
Laten we het dan een inschatting noemen en geen oordeel.
WETHOUDER SNIER:
Wat ik u kan toezeggen, is dat ik in ieder geval op dit punt nog nader overleg zal voeren en zal
proberen om de omstandigheden, als die relevant zijn voor onze kaderstelling, in te brengen in de
discussie over de kaderstelling. Kom ik u dan voldoende tegemoet?
DE HEER AKINCI:
(Knikt bevestigend)
MEVROUW VAN MAANEN:
Mag ik nog even een korte aanvullende vraag stellen? Want men vraagt naar de publieke taak. Het
staat namelijk in het voorstel, het bestuursvoorstel, of het raadsvoorstel: "Volgens de wet
Financiering decentrale overheden is het verstrekken van een garantie door de gemeente
toegestaan, indien het werkterrein van de vragende partij behoort tot de publieke taak van een
gemeente". Is deze definiëring juridisch voldoende om dit te doen? Het is natuurlijk formeel niet de
publieke taak van de gemeente wat Elisabeth doet.
WETHOUDER SNIER:
Wij hebben begrepen op basis van het advies wat wij gekregen hebben, dat wij deze garantstelling
zo mogen doen binnen de mogelijkheden die de wet ons biedt. En inzake de publieke taak het
volgende. Wat wij in ieder geval gevonden hebben is, dat als je praat over zorg, over een
voorziening voor ouderen en hulpbehoevenden en daarmee dus een instelling die met name ook
maatschappelijk welzijn nastreeft, hebben wij die definitie voor onszelf in ieder geval gelijk gesteld
met wat je dan een publieke taak zou kunnen noemen.
De heer Vos heeft mij nog een vraag gesteld en hij had het over de donderpreek. Wat ik gezegd
heb, en ik heb toen inderdaad het woord donderpreek gebruikt, was in de context, toen we met de
fractievoorzitters bij elkaar zaten. Ik neem aan dat u aan dat gesprek refereert want daar zat
mevrouw Boelema ook bij. Daar heb ik gezegd, in de context van het feit van: daar zijn dingen fout
gegaan: als daar dingen fout gegaan zijn en in hoeverre zou je bijna kunnen zeggen, kan je dan nu
wel voldoende vertrouwen op dit bestuur en op deze Raad van Toezicht en beseffen ze eigenlijk wel
wat er aan de hand is. Dat was even in mijn woorden de context waarin dat gesteld is. In die
context heb ik het woord donderpreek gebruikt. Als dat zo was, dan had ik dat inderdaad gedaan.
Ik heb iets anders geconstateerd en dat ziet u ook heel duidelijk in de brief die u gekregen heeft
van Stichting Elisabeth. Wij hebben daar een verhelderend gesprek gehad waarbij we ook een
aantal dingen met elkaar op een goede manier hebben gewisseld. En we hebben ook, wat mij
betreft in ieder geval, een heldere extra informatie in de raad hierover kunnen verschaffen. En in
die context en de manier waarop dat gesprek ging en de informatie die daar gewisseld werd, was
de donderpreek niet meer aan de orde.
Het college begrijpt dat het lastig is om, vooruitlopend op het debat, waar bijna alle fracties ook
over gesproken hebben, nu deze beslissing te nemen. Maar deze is wel nodig. Ook het college
heeft geworsteld met deze vraag en het is van absoluut belang dat wij Stichting Elisabeth steunen
en behalve vanuit het standpunt van die publieke taak, van dat borgen van die zorg aan ouderen
en hulpbehoevenden, alleen ook al omdat wij daarmee een investering van 50 miljoen euro in onze
stad weer van start laten gaan. En dat is zeker in deze tijd ook niet van gering belang.
Ik heb u goed verstaan. U wilt op korte termijn dat gesprek. Ik wil u graag toezeggen dat ik zal
streven naar een eerste bijeenkomst in de eerste week van maart. Dan moet u mij even de ruimte
laten over hoe dat precies gaat. Ik zal dat met de griffie afstemmen. We gaan dat in ieder geval op
die manier regelen. Wij zullen dan nog uitgebreid over deze casus en de betekenis voor het kader
daarvan, te spreken komen.
DE VOORZITTER:
Goed. Wie heeft er behoefte aan een tweede termijn?
MEVROUW VAN MAANEN:
Voorzitter, wij willen graag een korte schorsing van 10 minuten.
DE VOORZITTER:
Oké. De vergadering is voor 10 minuten geschorst.