28 Mijnheer Vergroesen, gaat uw gang. DE HEER VERGROESEN: Ja voorzitter. We kunnen ons aansluiten bij het standpunt van de andere partijen, wat wij in eerste termijn ook ingenomen hebben. Wij vinden dat Elisabeth geholpen moet worden. We zijn blij dat we begin maart kaders kunnen stellen. En mocht er informatie boven water komen over wat er dan werkelijk gebeurd is, dan is dat altijd interessant om te weten. DE VOORZITTER: Het woord is aan wethouder Snier. WETHOUDER SNIER: Dank u wel voorzitter. Waar het met name voor ons om ging, was dat wij ons volledig gefocust hebben op de vraagstelling die we op 30 januari kregen, namelijk een acuut liquiditeitsprobleem bij Stichting Elisabeth, het gevaar van het omvallen van een hele belangrijke instelling voor onze stad en de mogelijkheid dat een belangrijke stimulans voor de Bredase economie van 50 miljoen euro voorgoed stil zou komen te vallen. Dat is de kwestie waar wij ons zwaar op gefocust hebben. Daar hebben we ook ambtelijk hard aan gewerkt. Ik heb u net toegelicht welke stappen we daarin hebben moeten zetten. Daar is dag in, dag uit aan gewerkt en ik moet u dan ook heel eerlijk zeggen dat ik niet precies weet, - want dat heb ik gewoon niet gevraagd, - in welke termijnen en op welke voorwaarden Elisabeth met welke bank op welk moment gesproken heeft. Dat heb ik ook niet gevraagd omdat, als je kijkt naar de kwestie die nu speelt, het belang om dat te weten heel relatief is. Als u er behoefte aan heeft om dat soort informatie alsnog te krijgen, dan zal ik natuurlijk mijn uiterste best doen, als u die vragen bij me inlevert, om daar alsnog voor u de antwoorden op te krijgen. Dan wil ik u best toezeggen om dat te doen. Maar het gaat hier om de kwestie die wij voor hebben liggen. Ik begrijp de heer Vos van D66 ook niet helemaal. Hij zegt dat ik niet proactief gehandeld heb omdat ik geen kader voor garantstellingen klaar had, wat inspeelde op de huidige economische situatie. Op 30 januari kwam het eerste geval op ons af, de officiële vraagstelling, en nog geen twee en een halve week later hebben wij de besluitvorming in de raad voorliggen. Ik vind dat een prestatie, ook van het ambtelijk apparaat, waarvoor een compliment op zijn plaats is. Als wij dan niet proactief handelen! Wij zitten begin volgende maand, dus over drie weken, al met de kaderstellingdiscussie. Dus binnen een termijn van zes a zeven weken worden helemaal de specifieke casus en deze operatie voor Elisabeth gedaan en wij starten het proces van de kaderstelling. Ik moet zeggen dat ik eigenlijk eerder een compliment voor de voortvarendheid verwacht had. MEVROUW BOELEMA: Voorzitter, als ik daar nog even wat op mag zeggen. De wethouder wijkt eigenlijk af van het punt waar het om gaat. We hebben absoluut niet gezegd dat het niet legitiem zou zijn om Elisabeth te steunen, sterker nog die maatschappelijke taak die zien wij nu ook. Wij hebben absoluut niet gezegd dat ambtenaren niet hard zouden werken. Daar gaat het ons helemaal niet om. Waar het ons wel om gaat is de communicatie die u heeft gepleegd en het beeld wat u daarmee geschapen heeft. Dat strookt niet. Het gaat ons dus niet zozeer om het punt wat nu voorligt, behalve dan dat kader, maar dat komt allemaal later wel. Maar het gaat om de manier waarop u een instelling in de stad en een bank die hier in de stad ook zaken doet, weg zet. Daar gaat het ons om, en daar hoor ik u nu niet over. Want u probeert nu daar vandaan te draaien, maar dat is dus wel waar het om gaat. Ik zou daar heel graag een uitspraak van u over willen, want daar gaat het ons om. MEVROUW HAAGH: Voorzitter, ik wil daar graag even op reageren. Want dan zou ik toch heel graag van mevrouw Boelema horen hoe ze het wel wil. Er wordt hier snel gehandeld. Wij zitten hier op maandag bij elkaar. Dan krijgen wij mondeling de informatie die ons op dat moment kan toekomen. De volgende dag stellen wij vragen, 28 vragen. En die vragen worden heel uitgebreid behandeld, ook door de Stichting Elisabeth. Natuurlijk zitten daar dingen in waarvan we de ins en outs niet weten en waarvan, zoals de heer Snier nu zegt, hij ook nog niet alle ins en outs weet. Maar wat is er in dit geval nou belangrijker, de snelheid of de zorgvuldigheid op alle punten? Ik begrijp dit echt niet. Als u echt het belang, zoals u het net verwoordt, zo belangrijk vindt, dan snap ik niet waar u nu naar toe wil. MEVROUW BOELEMA: Nou dat is volgens mij heel helder en daar zat ook geen woord Spaans bij. Waar het mij om gaat is het volgende. Je moet natuurlijk zorgvuldig zijn. Want op het moment dat er verschil bestaat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2009 | | pagina 13