kantoren in Breda is en niet hoe we NAC, dan wel een projectontwikkelaar, het beste van dienst kunnen zijn. Op dit moment is er volop leegstand en bij de spoorzone komen er enorme hoeveelheden kantoorruimtes bij. Kijk eens naar de manier waarop ze het in Den Haag doen; boven een autoweg of zo. Nogmaals, er zijn vele redenen om dit af te keuren. Dan hebben we vandaag - voorzitter, nou rond ik echt af - een brief van Super de Boer gehad en ik vraag aan de collega's om in ieder geval ook daar eens op te reageren. DE VOORZITTER: Ik dank u zeer. Het woord is aan mijnheer Vuijk, Breda'97. DE HEER VUIJK: NAC verbindt ons allemaal. Mijnheer de voorzitter, de fractie van Breda'97 was uitermate verheugd over de brede steun in de commissie, daar waar het gaat over de stadionontwikkeling. Het is dan ook een uitermate verstandig besluit. Een uitermate goed voorstel, waarin wij als eigenaar, maar ook de huurder, elkaar zakelijk hebben gevonden. Ik zou u willen zeggen mijnheer Mommers, gefeliciteerd en ga aan de slag met de wens om van NAC een nog mooiere club te maken. Maar daarover hebben we in de commissie denk ik genoeg gewisseld. En dan gaan we over naar punt 5 van het voorstel. Want hierin zit een toekomstig beslismoment verstopt. De vorige sprekers hebben het er al over gehad; de gebiedsontwikkeling. Over deze gebiedsontwikkeling zouden wij later graag met u nog nader afstemmen. Ik spreek dan over het DPO, wat al gezegd is, het verdelen van de supermarkten over de stad, maar ook over het feit dat een voetbalclub niet zonder trainingsvelden kan. Dat geldt ook voor speelvelden voor de jeugd. Het is de vraag waar ze gaan trainen. Vooralsnog denken wij dat dat een kwestie is die NAC zelf op zou moeten lossen, omdat we ook in dit stuk spreken over budgetneutraal. Dus als die studie naar die planontwikkeling is afgerond, spreken wij daar graag nader over. Ja, en wat NAC betreft, ik heb zelf twee bekerfinales mee mogen maken. Wat zou het mooi zijn alswat zou het mooi zijn als... DE VOORZITTER: Ik dank u. Het woord is aan mijnheer Akinci, GroenLinks. DE HEER AKINCI: Voorzitter, de heer Van Overveld had weliswaar mooie, maar veel woorden nodig om uit te leggen waarom hij destijds voor de reddingsoperatie NAC was en waarom hij nog steeds voor deze investering is. Ik hoop iets minder woorden nodig te hebben om uit te leggen waarom GroenLinks destijds tegen de reddingsoperatie was, maar nu voor deze investering is. De reden waarom wij destijds in 2003 tegen de toenmalige aankoop van het stadion waren, was omdat de gemeente daarmee een zakelijke relatie aangaat met een betaald voetbalclub, in zekere zin een bedrijf. Dat vonden wij een stap te ver. We nemen ook geen fabriekshallen over op momenten dat een fabriek even wat investeringsmiddelen nodig heeft die ze op dat moment niet hebben. Desondanks is die beslissing toen genomen. Dat betekent dat er inmiddels een nieuwe verhouding is waarbij de gemeente verhuurder is van een stadion en NAC huurder is van dat stadion. En dat is - de heer Van Overveld heeft het gezegd - een zakelijke relatie, waarbij de huur die NAC betaalt marktconform is en de gemeente niet verliest op de aankoop van destijds en ook geen winst maakt op de huurpenningen die nu betaald worden. Dan even de vraag hoe je dit voorstel verder beoordeelt. Het is een investering in een stadion, eigenlijk zorgen dat het stadion up to date blijft, niet veroudert, modern blijft, faciliteiten verbeteren en straks ook meer supporters huisvesten. En supporters heeft NAC meer dan voldoende. Ik zie er hier, met het vertrek van twee raadsleden, nog steeds 37 zitten en dan laat ik het college en de publieke tribune nog maar even achterwege. Dus die supporters, die extra plaatsen, die extra business units die er misschien op termijn komen, - er wordt nog overwogen wanneer dat dan zou moeten zijn - die komen wel vol en daarmee zet NAC een positieve stap en zetten wij een positieve stap qua huisvesting voor NAC om zich in de toekomst te kunnen handhaven als club. Om het een beetje samen te vatten: worden de financiële risico's voor de gemeente groter met deze investering? Ja dat worden ze, want daar komt een grotere boekwaarde in de gemeentelijke begroting te staan. Maar het risico wat de gemeente loopt, de kans dat het risico zich ook werkelijk gaat manifesteren, wordt juist kleiner. Dus: een financieel groter risico, maar een veel kleinere kans dat dat ook werkelijk gaat gebeuren. En eigenlijk heeft de heer Van Overveld dat ook al een beetje gezegd. Dan tot slot, en daar heeft de heer Gouka veel over gezegd, de gebiedsontwikkeling en de kredietvotering van 650.000 euro daarvoor. Hoewel de definitieve plannen en de definitieve beoordeling van de invulling van die plannen nog in deze raad moeten worden besproken, is er natuurlijk niets mis met de ontwikkeling van die plannen. En op het moment dat je daar geen geld

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2009 | | pagina 13