Ill
Het "helaas, het is niet meer" van wethouder Aarts, vind ik iets te gemakkelijk. Volgens mij
moeten we echt kritisch blijven kijken wat we in de toekomst kunnen blijven verbeteren.
De vergelijking met de steden gaat natuurlijk mank; het is appels met peren vergelijken. We
kennen de uitgangssituatie niet goed. Dat is ook de reden dat ik de opmerking maakte dat een
objectieve analyse van de Rekenkamer wellicht op zijn plaats zou kunnen zijn. Dat de verschillen
groot zijn, of lijken, dat is in ieder geval wel het geval.
DE VOORZITTER:
Goed. Dan hebben we in twee termijnen gesproken.
Het voorstel is aan de orde. Wie is voor het voorstel? Dan is dit voorstel unaniem aangenomen.
DE HEER AKINCI:
Voorzitter, voor de goede orde, u heeft alle drie de voorstellen tegelijk in stemming gebracht?
DE VOORZITTER:
Ja, dat had ik in het begin van de avond als ordevoorstel.
9. RECHTMATIGHEID 2008.
DE VOORZITTER:
Dan is aan de orde agendapunt 9, Rechtmatigheid 2008.
Wie?
Het woord is aan de heer Vos.
DE HEER VOS:
Dank u wel voorzitter. In dit laatste uurtje van deze raadsvergadering nog een belangrijk punt.
Nee, u hoeft niet bang te zijn. Voor vanavond houd ik het echt maar bij vijf minuten.
We gaan het hebben over het volgende: hoe beoordelen we de uitgaven van het college die we
vooraf niet met elkaar hebben afgesproken. En voor dit college is een fors bedrag beschikbaar voor
uitgaven op het gebied van bestuur en bestuursondersteuning.
Voor de beeldvorming: voor 2008 was voor het college 2,7 miljoen beschikbaar en daarnaast nog
eens 3 miljoen voor bestuursondersteuning. Dat zijn forse bedragen en toch was dit helaas niet
genoeg. Dat blijkt uit de conceptcijfers voor de jaarrekening 2008. Extra uitgaven zijn onder
andere gedaan voor de inzet van een gastvrouw voor het ontvangen van gasten van het college,
een derde chauffeur, want de dienstauto's draaiden zo ontzettend veel overuren dat het kopen
voordeliger werd dan huren. Ook de uitgaven voor de representatie voor het college zijn fors hoger
dan begroot. Alles bij elkaar zo'n 200 duizend euro meer dan wij vooraf met elkaar hadden
afgesproken en daarnaast zijn er nog een aantal andere afspraken waar wij ons over hebben
verbaasd.
Maar wij hebben voor vanavond de rollen verdeeld. Mijn collega Arbouw neemt ook een aantal
punten voor zijn rekening.
Kijk, laat er geen misverstand over bestaan, onze fractie D66 keurt dit soort uitgaven niet op
voorhand af. Maar binnen het bredere perspectief van de ontwikkelingen in onze gemeente zetten
wij er wel grote vraagtekens bij. U bent als college naar de hei geweest en u hebt daar afspraken
gemaakt over bezuinigingen, noodzakelijk als gevolg van de economische recessie, en als
verantwoordelijk wethouder financiën en bedrijfsvoering laat u de ambtenaren weten dat er extra
zuinig met de beschikbare financiële middelen omgegaan moet worden. Zo moeten ambtenaren
besparen op overuren, inhuur van derden en nog een aantal andere zaken. Normaal draaien we
iedere euro een keer om, nu doen we dat twee keer. Dat is toch het motto waar u politiek
verantwoordelijk voor bent. Ook de culturele instellingen, zoals de Nieuwe Veste en het Bredaas
Museum en de Bibliotheek hebben een duidelijke boodschap van uw college gehad: bezuinigd moet
er worden en u kunt dit jaar niet meer rekenen op een coulante houding van onze kant.
En nu vragen wij ons af hoe we deze soberheid moeten rijmen met de extra uitgaven die u zelf
doet?
Onze fractie heeft een vergelijkend onderzoek gehouden met als voorbeeld de dienstauto's.
Een vergelijkend onderzoek naar steden met meer dan 100.000 inwoners. En wat blijkt? Het
gemiddelde is een dienstauto. Neem als voorbeeld de buren in Tilburg. Die gebruiken er een.
Hetzelfde geldt voor Amersfoort, Apeldoorn, Maastricht, Haarlem. In Delft en Zoetermeer hebben
ze er helemaal geen. En een stad als Almere, toch fors groter dan Breda - en mevrouw Jorritsma,
de burgemeester is ook nog voorzitter van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, dat is nou
echt een baan waarvoor je veel op pad moet - daar hebben ze twee dienstauto's. En allemaal, want
dat hebben we ook gevraagd, geven ze aan dat ze met 0, 1 of soms 2 dienstauto's prima
functioneren en dat de inhuur van een taxi op incidentele basis veruit goedkoper is dan de
aanschaf van een extra dienstauto. Nu blijkt uit de stukken van het college dat dat hier in Breda