73 dat het college eigenlijk weinig illusies heeft over het gewicht dat ons belang, namelijk 0,016% van de aandelen nog in de schaal zal leggen. En als het gaat over het besluitvormingstraject voor wat betreft de verkoop van het bedrijf, laat ik dan heel eerlijk zijn, en zeggen dat ons belang als aandeelhouder daar gewoonweg te gering voor is. Wij hebben wel onze verantwoordelijkheid genomen. Wij hebben, waar het gaat om de zorgen die ook geuit zijn, in artikel 41 vragen in maart jongstleden, op het gebied van de geopolitiek en de duurzaamheid, toegezegd, een en ander kenbaar te maken aan de andere aandeelhouders in de provincie. Dat hebben wij ook per brief gedaan. In die zin hebben we dus wel geprobeerd om die argumenten ook te delen met anderen. Op dit moment wordt het besluit van de gemeente Breda voorbereid. Zoals door de voorzitter in de commissie Bestuur ook aangekondigd is aan het begin van de vorige commissievergadering, wordt u in de gelegenheid gesteld om als raad wensen en bedenkingen aan ons mee te geven. En daarna zal de formele besluitvorming verder worden afgewerkt, zodat in mei het formele besluitvormingsproces ook afgerond kan gaan worden. DE VOORZITTER: Behoefte aan een tweede termijn, mijnheer Vergroesen? DE HEER VERGROESEN: Ja, dank u wel voorzitter. Voorzitter, ik bedank de wethouder voor de antwoorden. Dat was de reden waarom ik het nu op de agenda wilde zetten want in mei hebben de provincies de formele beslissing al genomen. En dan krijg ik het eigenlijk het idee dat alles al bijna besloten is. En wat moeten wij dan nog zeggen en heeft het dan nog zin om veel te zeggen? Maar toch, er zijn nog een paar andere zaken. En dat zet ons ook aan het denken. Het partijbestuur van de PvdA vindt dat de overheid een meerderheidsbelang moet houden in nutsbedrijven. En toen kreeg ik deze week nog een pikant detail dat de PvdA in Bergen op Zoom tegen de verkoop is; anderen zijn voor. De ministers van Economische Zaken van de EU hebben nu een voorstel gemaakt dat splitsing van energiebedrijven niet meer nodig is. Dat moet nog door het parlement, maar dat wordt waarschijnlijk een hamerstuk. Nederland is dus weer eens voorop en als de rest dus niet hoeft te splitsen en wij wel, dan hebben we letterlijk een uitverkoop van onze energiesector. De SP is uiteraard benieuwd - en daar hoeft u geen antwoord op te geven - waarmee onze minister van Economische Zaken straks terug komt. En dan heb ik ook nog een vraag. Ik heb expres geen motie gemaakt. Wat vinden eigenlijk de andere politieke partijen van het standpunt van het college dat men pas in mei gaat beslissen als in feite de beslissing al voor een groot gedeelte genomen is. DE VOORZITTER: Even voor de orde. Het gaat om een vragenuur. U stelt wat vragen aan de wethouder. Ik dacht dat ik zojuist al wat royaal was door u, laat ik zeggen, de opvattingen wat te laten ventileren. Maar eigenlijk is uw tweede termijn bedoeld om aanvullende vragen aan de wethouder te stellen en zo nodig kunnen fracties dan ook een vraag stellen. Dat is het karakter van het vragenuur. Het woord is aan de wethouder. WETHOUDER SNIER: Dank u wel voorzitter. Ik denk niet dat dit het moment is om op die overwegingen aangaande de landelijke politiek in te gaan. Ik denk wel dat het belangrijk is, wanneer u daar behoefte aan heeft, om wensen en bedenkingen te uiten en ook behoefte zou hebben om daarover te discussiëren, dat' u die gelegenheid krijgt. En dat betekent dus dat wij pas daarna een formeel standpunt innemen als Breda, en pas daarna ook ons standpunt op de aandeelhoudersvergadering gaan mededelen. Dus in die zin is er nog alle gelegenheid om, waar het gaat om het bepalen van het standpunt van Breda, een eigenstandige positie in te nemen. Maar ik heb wel reëel willen zijn en daarbij in ieder geval de verhoudingen goed willen duiden. DE VOORZITTER: Goed. Dan is aan de orde de vaststelling van de notulen. DE HEER ARBOUW: Voorzitter, mag ik een aanvullende vraag stellen. De wethouder heeft namelijk een opmerking gemaakt dat hij een brief geschreven heeft over de geopolitieke aspecten en de duurzaamheid. Mijn vraag aan de wethouder is of daar van de kant van Essent ook een reactie op gekomen is. WETHOUDER SNIER: Nee, daar is nog geen reactie op gekomen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2009 | | pagina 7