132 behaald. Dat is een voornemen wat we eigenlijk al jarenlang hebben. Het voorliggend cijferbeeld laat namelijk bij hoogconjunctuur echter tegengestelde bewegingen zien en de effecten van de economische crisis die nog niet geheel verwerkt zijn in deze cijfers, zullen de zaak nog verder gaan verslechteren. En dat zetje natuurlijk tot nadenken. De wethouder heeft in de commissie toegezegd dat zij bij de bespreking van de kadernota een aantal voorstellen met betrekking tot het verbeteren van het weerstandsvermogen zal presenteren. Dit, en de toegezegde presentatie volgende week van het interventieteam, leiden er ook toe dat onze grote ongerustheid wordt weggenomen. Feit is wel, dat de situatie, de bijlage betreffende het Grondbedrijf natuurlijk wel in een apart daglicht stelt. Het CDA zal dan ook instemmen met de jaarrekening met de aantekening dat wij verwachten dat het interventieteam de ongerustheid zal wegnemen. Dan heb ik nog iets over de jaarrekening zelf. In de commissie hebben we ook al aangegeven dat wij sturen op de kaders die wij stellen, zoals te behalen doelen en, zoals een non profit organisatie als de gemeente betaamt, financieel de nul houden en risicobeheersing. Over het laatste is inmiddels genoeg gesproken. Het doelen behalen, heeft mevrouw Vossenaar ook al aangehaald. Ook dat loopt redelijk goed op schema en wordt steeds beter inzichtelijk voor ons. Financieel de nul houden is toch een wat lastiger probleem. Elk jaar houden we structureel bijna 20 miljoen over, zij het wel dat het elk jaar uit een ander potje komt. Nader onderzoek moet dan ook aantonen of, en zo ja hoe, wij hier beter grip op kunnen krijgen. Dat wachten wij met spanning af. En tot slot mogen wij een ding niet vergeten. Voor ons ligt een jaarrekening die tijdens een tot op heden succesvolle verbouwing tot stand is gekomen. Dus daarom is het niet vanzelfsprekend dat er een rechtmatigheids of een getrouwheidsverklaring wordt afgegeven. Laten we dan wel wezen: dit hebben we te danken aan alle inspanningen van al degenen op de werkvloer en daar past maar een afsluitend woord bij: chapeau! DE VOORZITTER: Ik dank u zeer. Ik geef het woord aan de heer Driehuijs, Partij van de Arbeid. DE HEER DRIEHUIJS: Dank u wel voorzitter. De voorgaande sprekers hebben al het een en ander benadrukt. Daarom zal ik proberen om het kort te houden. Uiteraard is in de commissies over het jaarverslag en de jaarrekening gesproken. Daarbij was het duidelijk de tendens dat iedereen in de commissie op zich zeer tevreden was over de opzet en de structuur van het jaarverslag en de jaarrekening. Hieruit begint langzamerhand te blijken dat de verbeteringsslagen die we neergezet hebben, en waar verschillende partijen een belangrijke rol in hebben gespeeld, vruchten beginnen af te werpen. We zijn ons ervan bewust dat hiervoor het college en in het bijzonder de wethouder financiën en zijn ambtenaren, zeer grote inspanningen hebben gepleegd. Het is overigens wel zo dat, hoewel uit de ambities van het college duidelijk blijkt, dat ondanks het feit dat er een aantal resultaten zijn geboekt, we er nog niet zijn. Een aantal verbeterslagen zullen nog gemaakt moeten gaan worden en die zijn ons ook toegezegd. Wat betreft de inhoud kan vastgesteld worden dat de accountant zeer positief was over een aantal punten. Ik wil er toch een aantal noemen omdat die gedurende de afgelopen jaren vrij vaak in de schijnwerpers hebben gestaan en voor verbetering vatbaar waren en nu inderdaad verbeterd blijken te zijn. En dat is dan met name de beheersing van de bedrijfsvoering. Dat is een duidelijk punt van verbetering. Ik noem toch ook het risicomanagement van het Grondbedrijf. Wij begrijpen uit hetgeen wat er tot nu toe gezegd is, dat we er nog wel niet zijn, maar dat er wel degelijk verbeterslagen zijn gemaakt. Dan noem ik de beheersing van grote projecten en programma's. En daarbij wil ik toch nog wel even de accountant aanhalen die daarover zei dat het project wat daarbij is onderzocht, en dat was het project Via Breda, een toonbeeld is van hoe projectbeheersing kan worden ingericht. En het doet ons ook deugd om vast te stellen dat het college van plan is om bij de andere projecten een uitrol te laten plaatsvinden. Met andere woorden: de manier waarop Via Breda is aangepakt zal ook in de andere projecten worden gehanteerd. Tenslotte nog een aantal punten van aandacht en verbetering in 2009. Zoals u al aangaf, is de uitrol van de projectbeheersing een verbetering, een verbetering met betrekking tot de restantkredieten en hoe daar mee omgegaan wordt. Bijdrage derden zal verder onderzocht moeten worden. Het is al eerder genoemd: budgetbeheer. En ik ben ervan overtuigd dat ondanks het feit dat er altijd wat discussie is over of het wel of niet terecht is dat er zoveel ruimte in het budget zit, steeds duidelijker wordt waar die ruimte zit en waardoor die veroorzaakt wordt. En als laatste en niet onbelangrijkste: een gemeentebreed risicomanagement. Dan wil ik nog een opmerking maken over het pre advies aan de gemeenteraad met betrekking tot wat wij hebben voorgesteld. Wij kunnen ons uiteraard vinden in de 10 punten en over het lle punt met betrekking tot het mogelijk onderzoek is al over besloten dat we dat zullen laten afhangen van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2009 | | pagina 12