161
Prorail de zaken wel goed op orde zou hebben gehad, dan had u nu als college moeten vertellen
dat het project vertraging had. Dus hoe stevig wordt dat gesprek nu met ProRail en wat zijn nu de
consequenties van die uitspraak?
Als laatste vinden wij ook, dat wanneer het gaat om zoiets eenvoudigs als een stukje riolering of
een verkeersinstallatie, je dat prima nu al kunt regelen in dit bestuursvoorstel. Maar ook dat schuift
u voor uzelf uit. Eigenlijk zegt u: we gaan aan de slag met fase 1 tot en met december 2010 en wie
er in april 2010 in het college komt, die moet dan maar zien waar we in januari 2011 aan
beginnen. Mijnheer Szablewski was eigenlijk typerend voor de politieke moed van het hele
gebeuren. Je houdt een commissievergadering, vervolgens neem je geen initiatieven, in de
raadsvergadering schudt je wat suggesties uit je mouw voor een feestje met de wijk, zonder dat je
concreet iets toezegt aan bewoners, waar ze ook van op aan kunnen. Dat ben ik dus eens met
mijnheer Taks. Daar kunnen wij ons als D66 niet in vinden. En ook met pijn in het hart moeten wij
dus tegen stemmen. Dit kan gewoon veel beter. Dank u.
DE VOORZITTER:
Mijnheer Boer.
DE HEER BOER:
Dank u mijnheer de voorzitter. De vorige drie sprekers zouden het allemaal kort houden en dat is
toch nog een kwartier geworden. Maar ik zal het echt kort houden. Ik baal er eigenlijk van dat ik
de informatie vanmiddag op de mat gekregen heb. Maar ik ben niet thuis geweest. Dan kan ik het
niet meenemen in het gesprek. Er is me wel aangeboden om het snel door te lezen, maar dan mis
ik de essentie daar weer van. Het is een heel belangrijk stuk. Ik heb bij eerdere onderwerpen
vanavond al gezegd dat het wat ons betreft voorop moet staan. Het moet geen gat van Breda
worden zoals het gat in Arnhem. En het moet ook compleet worden, want als je zaken achterlaat
die niet aangepakt worden, zoals die drie straten, geeft dat een smerige indruk. Dat moeten we
gewoon zeker niet doen. Mijnheer Vos gaf zojuist al aan datje dan ook keuzes moet maken. We
hebben al een paar keer de sporthal genoemd. Je kunt dit niet zomaar doorschuiven, tenzij het een
tactische zet is. Ik geloof wel dat je het rijk niet alles hoeft te laten zien. Je kunt wel zeggen: je
bent met rioolputten bezig en daarom krijgt u geen geld om die straat op te knappen. Ik denk ook
dat de schuld van de ontwikkeling ook niet helemaal bij Breda ligt en dat het dus ook tactisch heel
goed is om nog een keer bij het rijk aan te kloppen voor meer geld.
Mijnheer Vergroesen heeft volgens mij het meeste gelijk. Er gaat altijd wat fout. Bij kleine dingen
gaat het een beetje fout en bij grote dingen gaat het dus erg fout. En dit maakt geen uitzondering.
Het valt eigenlijk nog mee. 13,5 miljoen op een totaal bedrag van wat hier besproken is, is wel
groot, maar nog steeds geen heel groot en onoverkomelijk bedrag. Wij hopen eigenlijk, en dat is
het enige wat we er over kunnen zeggen, dat het allemaal goed gaat en dat toch, die drie straten
meegenomen worden. Wij zouden er tegen zijn wanneer dat niet zou gebeuren. Ik vind toch dat
het opknappen van die straten, die drie projecten die nou eventueel losgelaten worden, dat dat
gewoon meegenomen moet worden in het totaal. Wij willen u toch het voordeel van de twijfel
geven. Het heeft geen zin om tegen te gaan hangen, want we moeten er gewoon met z'n allen
achter staan om het tot een goed einde te brengen.
DE VOORZITTER:
Dank u zeer.
Aan de orde is de Businesscase Via Breda.
U weet dat de businesscase bestuurlijk gecoördineerd wordt door de wethouder Grondzaken,
wethouder Heerkens. Het totaal Via Breda is van wethouder Aarts. Dus eerst komt wethouder
Heerkens aan het woord en dat in goede samenspraak met wethouder Aarts. Het woord is aan
wethouder Heerkens.
WETHOUDER HEERKENS:
Voorzitter, we hebben natuurlijk in de commissie al uitgebreid gesproken over zowel de
voortgangsrapportage Via Breda als over de Businesscase. Dat die hier u nu bereikt in de raad is,
omdat een deel van het totale krediet wat u al eerder gevoteerd heeft, namelijk de 27 miljoen voor
de gebiedsexploitatie, voornamelijk de infrastructuur, hetzelfde blijft, maar in een andere fasering
gaat. We zouden niet rechtmatig bezig zijn zonder een expliciete besluitvorming daarover door de
raad. Daarom ligt nu de actualisatie expliciet voor bij de raad.
Als ik kijk, - de VVD heeft dat eigenlijk aangezet -, naar het kredietcrisisverhaal, ook naar andere
oorzaken, - de heer Vos heeft dat ook nog genoemd -, heeft u daaraan wel verbonden hoe
belangrijk het eigenlijk is dat heel breed in de raad het hart van Via Breda, de stationsomgeving,
de realisatie van de OV terminal is. En dat we de kwaliteit van niet alleen de OV terminal maar van
het totale gebied hoog moeten houden, omdat het ook de trekkracht is van de verdere
ontwikkeling van Via Breda, omdat het natuurlijk iets is wat voor de totale ontwikkeling van de
