De heer Szablewski had het over de investeringsplanning ProRail. Daar zal wethouder Aarts op ingaan. DE HEER VOS: Voorzitter. DE VOORZITTER: Even een interruptie van mijnheer Vos. Gaat uw gang. DE HEER VOS: Even een toelichtende vraag, want in de commissiebespreking was ook al helder dat de overgrote meerderheid van de raad niet wilde bezuinigen op die drie straten. Waarom hebt u dan niet net als wethouder Oomen, in de tussentijd het raadsvoorstel aangepast? WETHOUDER HEERKENS: Volgens mij heeft de heer Bergkamp dat nog het duidelijkste uitgelegd. Er is natuurlijk altijd een theoretische mogelijkheid. Kijk, het is natuurlijk wel zo dat ook al zeggen wij dat nu, het toch zo is dat wanneer de werkelijkheid over een paar jaar anders is en we zitten met andere afwegingen, een raad, ondanks dat er nu een ander raadsvoorstel is, toch kan zeggen dat dit subsidie onafhankelijke werken zijn en dus niet uitgevoerd hoeven te worden. We verliezen geen subsidies en we voldoen aan de afspraak van onze partners. Dus het maakt niet zo veel uit. Het is een theoretische mogelijkheid en zo zou ik hem lezen. Kijk u had nu als raad -maar ik vind het zwaar - een motie in kunnen dienen. Maar ik kan u nu ook zeggen namens het college dat ik u goed heb verstaan. Wij hoeven niet met dat voorstel te komen. Ik denk met deze samenstelling en met deze ploeg en met deze situatie DE HEER VUIJK: Even ter interruptie voorzitter. Kan die theoretische mogelijkheid er dan niet gewoon uit. Als u daar zo pertinent in bent, dan kan dat er toch gewoon uit. WETHOUDER HEERKENS: Ja, in die zin zouden we dat ook af kunnen spreken. Wat mij betreft mag dat. Maar ik wil wel even op uw opmerking ingaan dat het dus niet - nou ja, de heer Oomen, nou ja hij schrikt niet zo snel hoor, maar hij was toch wel even, ja... Het was wel een hele creatieve, maar we hebben er dus absoluut niet over gesproken om dat uit het andere budget te doen. Dus ik zal dat duidelijk nog een keer stellen. Maar dit is het wat mij betreft, maar misschien is het goed om dat nog even snel met de collega's te overleggen. Maar volgens mij is dat dan toch ook letterlijk wat we op dit moment zeggen. Wat mij betreft mogen we het ook zo doen dat we zeggen dat deze zinsnede dan ook geschrapt is, want dat is eigenlijk wat uw raad wenst en dan kunnen wij ook naar de financiële mensen zeggen: wij hebben als college alles voorgelegd aan de raad. De raad is de baas. Die beslist dat en volgens mij hebben wij dat dan ook keurig gedaan en kunnen ze niet meteen tegen ons zeggen dat we niet alle pogingen hebben ondernomen om het project te beheersen. Dat volgens mij een beetje wat speelt in de discussie. Dus ik denk dat dat goed is. DE HEER TAKS: Geldt dat dan voor de hele zin? Die zin heeft twee elementen namelijk het niet uitvoeren van die drie straten, maar ook het anders uitvoeren van bepaalde werken en dat kan impliceren datje kwaliteit verlies op andere werken die wel worden uitgevoerd, accepteert. WETHOUDER HEERKENS: Waar het om gaat is dat we niet met een voorstel komen om die straten niet aan te pakken. Ik geloof dat het om een bepaald bedrag gaat. Laat ik het maar niet noemen, want ik weet niet precies of dat... in totaal gaat dat om aanbesteding. U heeft dat kunnen zien. Dus dat levert een bepaalde besparing op. Maar daarvan heeft u gezegd dat dat geen begonnen werk is. En uitvoeren van werken, hoe dan ook, die onder die NSP kwaliteit vallen, zitten gewoon in de bouwovereenkomst, dus in de overeenkomst met die ministeries. Ik kan niet anders dan die via de NSP kwaliteit uitvoeren. DE HEER TAKS: Dat is helder. Maar het anders uitvoeren van werken betekent dat wel. WETHOUDER HEERKENS: Volgens mij heeft dat te maken - ik kijk terwijl ik u antwoord ook meteen naar de ambtelijke ondersteuning -, maar volgens mij heeft dat ook te maken met het feit dat er ook nog een aantal

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2009 | | pagina 43