262
beide winkelcentra. Ik denk dat dat een heel goed en positief gebaar is en dat wilde ik u niet
onthouden.
Voorzitter, dames en heren, ik heb in de commissie vorige keer al gezegd dat als het gaat om de
opwaardering van deze winkelcentra, dit nu niet alleen een zaak van het gemeentebestuur is, maar
dat er vele partijen bij betrokken zijn. Wij hebben die toen ook genoemd. Dat zijn de onroerend
goed eigenaren, het zijn de woningcorporaties, het is de gemeente Breda, het zijn de bewoners,
het is de Bekom en ga zo maar door. Kortom, het zijn vele partijen als het gaat om de
opwaardering van deze centra die hier hun bijdrage aan zullen moeten leveren. En ik weet ook,
daar waar het gaat om de bijdrage wat de leefbaarheid betreft, dat er voor moet worden gezorgd
dat om en nabij die centra een goed verblijfsklimaat ontstaat. Mensen moeten het leuk vinden, de
moeite waard vinden, om toch hun dagelijkse boodschappen bij die centra te blijven doen. Je kunt
klanten aan je binden als ondernemer als je zorgt dat de omgeving waar mensen vertoeven,
aantrekkelijk is. Daar kunnen wij met z'n allen voor zorgen en het college zegt u ook toe dat wij
daar ook een bijdrage aan zullen leveren en dat wij alle partijen die hierbij betrokken zijn bij elkaar
zullen brengen.
Er werd gevraagd wanneer het plan van aanpak gepresenteerd zou kunnen worden. Laten we dit
zeggen: ik vind 1 januari aan de late kant, maar met 31 december kan ik akkoord gaan. U zou bij
de nieuwjaarspost dit in de bus kunnen vinden. Dat is dus een toezegging die ik nu namens het
college doe. Ik kon de afgelopen week alleen nog niet zo concreet zijn of dat nou 31 december of 1
januari zou zijn maar we zijn nu weer 2 dagen verder.
Dames en heren, ik heb er ook bij gezegd en ik wil dat ook herhalen - want plannen maken en
uitwerken daar zijn wij zeer wel toe in staat -, maar u weet ook dat ook voor de gemeente Breda,
voor u, voor ons, voor het college, daar ook nog een financieel plaatje aan hangt. En ik heb u ook
gezegd en ik herhaal dat, omdat ik voor de volledigheid dat als wethouder Buitenruimte namens
het college ook moet doen. U weet dat er bij de Kadernota ook nog andere elementen zijn
genoemd. We hebben de Nieuwe Haagdijk, we hebben de Haagweg, we hebben het
Ingehouszplein, en dit komt hierbij. U zult dat prioritair mee kunnen nemen. Daar ga ik niet over,
dat is iets wat u aan het einde van het jaar, of misschien wel met de begroting gaat beslissen. Ik
zeg alleen maar dat ik namens het college uw oproep om de opwaardering met andere partijen van
de beide winkelcentra voortvarend zullen aanpakken. Die toezegging die krijgt u van mij eigenlijk
voor de tweede maal.
Voorzitter, ik denk dat ik het hier, wat betreft mijn onderdeel, even bij kan laten.
DE VOORZITTER:
Dank u zeer. Het woord is aan wethouder Aarts.
WETHOUDER AARTS:
Voorzitter, ik kan geheel aansluiten bij de woorden van wethouder Oomen. Inderdaad is afgelopen
dinsdag veel gezegd over de winkelcentra de Donk en de Berg. We hebben toen met elkaar
afgesproken en we kunnen nu ook wat nader met elkaar afspreken, dat wij de komende tijd heel
veel energie gaan steken om te komen tot een plan van aanpak om daar te gaan kijken naar
eigenlijk een integrale herstructurering, ook van de voorzieningenstructuur van de Haagse
Beemden. Want naast een goed leefbare openbare ruimte, waarvan natuurlijk parkeren een
belangrijk onderdeel is, is het voorzieningenpakket zoals dat is, in deze wijk ook heel erg
belangrijk. En een winkelcentrum is natuurlijk een heel belangrijk onderdeel van een
voorzieningenpakket. In die zin kunnen wij natuurlijk heel goed aansluiten bij het wijkimpulsplan
van de Haagse Beemden, wat op dit moment in voorbereiding is. En ik denk dat wij ook zeker een
beroep moeten gaan doen op impulsgelden. Wij zullen ook zeker een beroep moeten gaan doen op
de rijksoverheid, waar impulsgelden zijn voor dit soort wijken. Wij zullen zeker ook een beroep
moeten doen op andere partijen, zoals woningcorporaties en vastgoedeigenaren, zoals wethouder
Oomen ook heeft gezegd. In die zin zullen wij ook zo snel mogelijk in overleg gaan treden met alle
actoren in de wijk, want eigenlijk zijn alle betrokkenen daarbij van belang. Gezamenlijk kunnen zij
ook inbrengen wat het beste plan is en dan zullen wij ook proberen te komen tot een financiële
indicatie. Wethouder Oomen zegt heel terecht: voor niks gaat de zon op. En als je dit soort zaken
echt integraal wil aanpakken, dan zijn er toch ook wel de nodige miljoenen mee gemoeid. Het zal
dan toch zeker een taak zijn om dat geld bij elkaar te krijgen. Wat mij betreft kun je dat ook over
een meerjarenplanning uitstrijken. Maar je zult wel met elkaar af moeten spreken watje
uiteindelijke doel is. Het is blijkbaar allemaal net na Kerstmis toegezegd, maar ja, dan kunt u er
zich toch al vast onder de kerstboom op verheugen dat u met oudjaar goed nieuws krijgt. Dan
zullen wij met een hoofdlijn komen. In die zin is die toezegging gedaan en kan ik ook eigenlijk
tegen de Partij van de Arbeid zeggen dat daarmee hun aangekondigde motie, wat mij betreft, bij
deze overgenomen is door het college.
Een andere vraag die afgelopen dinsdag gesteld werd door het CDA, was hoe we nu moeten
omgaan met die waardebepaling van het vastgoed in deze winkelcentra. Want Heja heeft daar wel
MM