252 En om ons verzoek kracht bij te zetten, heb ik het genoegen om inderdaad namens de hele raad een motie hierover in te dienen. Dank u wel. DE VOORZITTER: Het dictum luidt: Verzoeken het college om een voorstel voor te bereiden om op basis van deze toerismebepaling openstelling mogelijk te maken van warme bakkers op de zondagochtend, hierover vooraf overleg te voeren met de desbetreffende branche om, mede naar aanleiding hiervan, de exacte tijdstippen van openstelling vast te stellen, het voorstel en het resultaat van dit overleg voor te leggen aan de commissie Onderwijs en Economie van 13 oktober 2009. Het woord is aan wethouder Aarts. WETHOUDER AARTS: Voorzitter, wie ben ik om als wethouder van Breda zo'n warm pleidooi van mevrouw Verkuijlen voor de warme bakker namens de hele gemeenteraad, negatief te benaderen. Dat is ook absoluut niet mijn bedoeling. Want ik denk dat wij met een positieve grondhouding moeten kijken of dit mogelijk zou zijn in Breda. Uiteindelijk begrijpen wij allemaal dat het voor mensen op zondagmorgen heel aantrekkelijk zou zijn, als dit zou kunnen. Maar ik denk wel dat we heel goed moeten onderzoeken of er een onderscheid gemaakt kan worden tussen de verschillende branches en hoe de warme bakkers er zelf over denken. Ik begrijp dat u daarin ook al zelf het nodige voorwerk hebt gedaan. Ik verwacht dus dat we daarin ook wel weer een warm onthaal zullen krijgen. De intentie van die motie kan ik overnemen. Ik hoop dat het college mij daar dan ook in steunt, maar wel met dien verstande dat een voorstel wordt voorbereid mits het mogelijk is binnen wet- en regelgeving. Zoals u weet, staan tussen droom en daad wetten en praktische bezwaren. Daar hoef ik u verder niks over te vertellen. Dank u wel. DE VOORZITTER: Is er nog behoefte aan een reactie? Dan gaan we door naar de heer Taks, VVD. DE HEER TAKS: Ik wil graag een opmerking maken over een belangrijke zaak. De VVD heeft de motie ondertekend. Dat is in de eerste plaats natuurlijk om bakker Nagelkerke te helpen om zijn droom te realiseren, maar vooral omdat wij dit zien als de eerste stap op weg naar meer vrijheid voor de hele detailhandel om de winkeltijden ook op zondag naar eigen behoefte te kunnen regelen. Ik vraag het college hiervan goede nota te nemen, de wethouder van Economische Zaken voorop, uiteraard, met het oog op de komende actualisering van het detailhandelsbeleid. En ik vind ook dat het op zijn plaats is, om mevrouw Verkuijlen een compliment te maken voor haar politieke moed, dat zij tegen het landelijke beleid van het CDA in, dit gebaar durft te maken. Het CDA streeft naar inperking van de toerismebepaling, terwijl dit nu juist de toepassing is van de huidige bepaling. Hiervoor ook een compliment. Wat daar van zij voorzitter, wij als VVD hebben in elk geval onze opvattingen en die wijken af van de meerderheid van de gemeenteraad, waarin wij conform het standpunt van de tweede kamer fractie van de VVD streven naar volledige afschaffing van de Winkeltijdenwet. Na afschaffing daarvan is er volledige vrijheid voor de gemeenteraden om, met de plaatselijke situatie rekening houdend, het winkeltijdenbeleid zelf te bepalen. Dat is verte prefereren boven het huidige beleid, maar dat is een zaak voor Den Haag. DE VOORZITTER: Ik dank u zeer. Het gaat om het vragenmoment. Ik citeer uit uw eigen reglement. De tweede termijn is dus voor raadsleden om aanvullende vragen te stellen. DE HEER TAKS: Ik had ook een aanvullende vraag, ik verzoek het college nota te nemen van onze opvatting. DE VOORZITTER: Ik weet niet of dat een vraag is. Mijnheer Scheltens. DE HEER SCHELTENS: Dan moet je gewoon je opmerking een beetje aanpassen als het een vraag moet zijn.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2009 | | pagina 6