305 DE VOORZITTER: Wie van u? Het woord is aan de heer Vos, D66. DE HEER VOS: Dank u wel voorzitter. Wij hebben tijdens de commissie Bestuur ook al een eerder debat gehad over deze begrotingswijziging en ook over de bezuinigingsvoorstellen. Ik wil daar toch nog even op terugkomen, ondanks dat we daar in de commissie Bestuur al over gesproken hebben. Ik zal dat kort en bondig doen bij de drie belangrijkste punten die voor ons zijn blijven liggen. Als ik het zou moeten samenvatten, dan is watje belangrijk vindt voor de toekomst van deze stad, enerzijds de korte termijn, de uitvoering van het coalitieakkoord. Als daar prioriteit aan gegeven wordt, dan zou je je moeten kunnen vinden in deze bezuinigingsvoorstellen. Als je gaat voor de lange termijn en de Visie Breda 2020 zoals we die hebben vastgesteld, dan sluiten deze bezuinigingsvoorstellen daar niet op aan. Laat ik beginnen met de haalbaarheid van deze bezuinigingen. Die haalbaarheid wordt door zowel de VVD als door D66 in twijfel getrokken. Vorige week in het debat werd dit bestreden door de coalitiepartijen en ook door de wethouder Financiën. Die gaf ons een garantie dat het allemaal haalbaar zou zijn en dat het niet ten koste zou gaan van de uitvoering van de beleidsvoornemens, zoals we die hebben afgesproken. Totdat eigenlijk, en dat verraste ons, in de finale van het debat, vanuit de ambtelijke toelichting toch ook heel specifiek ook in onze richting werd aangegeven, dat er geen garantie werd afgegeven. Kijk, dat is vanuit die ambtelijke verantwoordelijkheid heel logisch, maar in het licht van het politieke debat wat wij daaraan voorafgaand hadden gehad, in ons opzicht opmerkelijk. Dus vandaar dat ik vanavond nog specifiek de vraag stel in de richting van het college: als u deze bezuinigingen doorvoert, gaat u uw beleidsprogramma dan nog wel realiseren? Ik heb tijdens de vorige discussie het voorbeeld genoemd van Brabantpark. Daar hebben wij als gemeenteraad toen unaniem uitgesproken dat we een onderzoek zouden doen naar de hoeveelheid verkeer en de verkeersafwikkeling. Er is nu een jaar voorbij. En als ik nu even vlug in de Begroting 2010 kijk, dan zie ik dat voor de uitvoering daarvan ook al een tekort resteert. Dan hebben we het nog niet gehad over de unanieme motie van deze gemeenteraad om een onderzoek te doen naar de Brede School in Brabantpark. Dat zijn twee voorbeelden waarvan ik me afvraag: dat hebben wij wel met elkaar afgesproken maar wordt dat allemaal nog wel uitgevoerd, mede als je bedenkt dat de wethouder Ruimtelijke Ordening nog heel veel werk te doen heeft en ook daar op bezuinigd wordt. Dan kom ik aan het tweede punt. Dat is de vraag waarom we deze bezuinigingen doorvoeren. Als je de perspublicaties leest van het college bij de begroting 2010, dan wordt er zo mooi geschreven dat dit is vanwege de economische crisis. Maar ook tijdens het debat van vorige week werd glashelder - dat gaf de wethouder ook zelf toe - dat deze bezuinigingen toch vooral worden doorgevoerd om het coalitieakkoord te kunnen uitvoeren. En de meest prominente blikvanger is daarvoor dan ook de sporthal. Het meeste geld wat met deze bezuinigingen wordt opgebracht, wordt ook geïnvesteerd in die sporthal. De coalitiepartijen waren heel eensgezind in hun kritiek richting D66 en VVD over de haalbaarheid van deze bezuinigingen. Maar ze zijn onderling toch best wel vaag. Mevrouw Vossenaar had het zo mooi over: "afspraak is afspraak". Voor ons is niet duidelijk of die realisatie van die sporthal nou bij dat "afspraak is afspraak" hoort. Want zo hebben bijvoorbeeld de fracties van GroenLinks en CDA nog helemaal niet uitgesproken dat ze bereid zijn om dat bedrag wat we realiseren met deze bezuinigingen, ook daadwerkelijk in 2010 voor de sporthal te investeren. Dus mijn vraag is eigenlijk: voor wie voeren we die bezuinigingen nou eigenlijk door? Dan het laatste punt, dat is eigenlijk de erfenis van deze wethouder financiën, het financiële tekort van 4,9 miljoen, op het lange termijn perspectief tot en met 2013. Wat ons betreft is financieel degelijk beleid datje aan het eind van een coalitieperiode gewoon netjes een financieel beleid achter laat wat sluit op de 0 en niet een financieel tekort open laat staan van 5 miljoen. En dan schrijft het college zo mooi: wij gaan dan scenario's uitwerken om dat tekort in te vullen. Het uitspreken van een intentie dat je iets gaat doen, zonder helder te maken hoe je dat gaat doen, is natuurlijk niks. Niemand weet hoe dat scenario er uit ziet en waar het aan voldoet. En dat tekort van 5 miljoen - dat vind ik ook wel belangrijk - is nog exclusief de gevolgen van de echte crisis. Een tijdje geleden is de rijksbegroting gepresenteerd en als je dan de verschillende toelichtingen leest en wat de consequenties zijn voor de grote steden, dan moeten we er als Breda rekening mee houden dat vanaf 2011 toch 10 tot 15% of misschien wel 20% minder aan financiële inkomsten onze kant op komt. Als dat nog boven op dat tekort van 5 miljoen komt, wat nu al vast staat, dan vragen wij ons af waarom u als coalitie niet gewoon uw verantwoordelijkheid neemt en gewoon de tekorten die in deze periode ontstaan, ook in deze periode oplost.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2009 | | pagina 7