426 Grontmij keer op keer niet gelukt om een lijst met financiers te produceren. Dat was tot op het laatste moment zo. Ik heb daar keer op keer om gevraagd: wie gaan dit project financieren, doet ING mee, doet ING Real Estate mee. Maar er kwam geen lijst. Er was geen financiële dekking. En dan kan je hele mooie plannen hebben over een cd winkel op de Bavelse Berg met een podium erbij, - heel raar overigens want het aantal cd winkels neemt zienderogen af, maar kennelijk kan dat op de Bavelse Berg wel volgens de heer Nijhof -, maar ik geloof daar niet in. Ik vond het realiteitsgehalte van de plannen, inclusief de financiële onderbouwing, met de dag minder en minder worden. DE VOORZITTER: Tot slot mevrouw Van Maanen. MEVROUW VAN MAANEN: Voorzitter, u bent heel kritisch op de Bavelse Berg. Dat is terecht, want de afloop daarvan verdient geen schoonheidsprijs. U zegt dat er onvoldoende financiële onderbouwing was en dat klopt. U zegt dat er geen financiers waren en dat klopt ook. Maar als het gaat over de Heilig Hartkerk, - want wij zijn ook voor erfgoed en dat hebben we de afgelopen tijd goed laten zien -, dan zit daar ook geen financiële onderbouwing. Waarom eist U daar ook geen lijst van financiers. Daar zijn maar twee financiers en we weten nu al dat het minstens 5 of 6 miljoen gaat kosten om die kerk op te knappen. DE HEER AKINCI: U hebt het over verschillende verantwoordelijkheden. Als het gaat om het behouden van erfgoed is het een taak, - in Nederland althans hebben wij daarvoor gekozen -, van de overheid. En dat betekent ook dat er verschillende overheden, fondsen en eventueel private investeerders die daar nog aanhaken, samen verantwoordelijk zijn voor het maken van een financiering voor het opknappen en uiteindelijk exploiteren van zo'n gebouw. Dat is anders bij de Bavelse Berg, waarbij we hebben gezegd dat het in principe en ten principale een private marktinvestering is, waarbij de overheid, de gemeentelijke overheid in deze, faciliteert. Dat deden we door het beschikbaar stellen van gronden. Dat deden we op een gegeven moment, eigenlijk geheel tegen het coalitieakkoord in, ook nog door het bereid verklaren, het bereid zijn, tot het dekken van een onrendabele top.Daar gingen we eigenlijk al over de grenzen van een volledige marktontwikkeling heen. En dat is het principale verschil tussen het opknappen van een rijksmonument wat een overheidstaak is en het ontwikkelen van een evenementencomplex wat een markttaak is. MEVROUW VAN MAANEN: Voorzitter, de Heilig Hartkerk is niet in het bezit van de gemeente. Overigens maken wij het geld niet op maar zetten wij dit in de algemene reserve, omdat wij vinden dat die onderbouwing onvoldoende is. Ik kan me best voorstellen datje als gemeente investeert in erfgoed maar daar moet een goede onderbouwing onder zitten, zoals u dat ook vindt bij de Bavelse Berg. Dat zou hiervoor toch ook moeten gelden? DE HEER AKINCI: Ik zeg al dat het uitgangspunt anders is. En uiteraard, op het moment datje gaat restaureren aan de kerk, - overigens kun je een aantal dingen sowieso al doen -, als je gaat praten over de verdere invulling, dan moet natuurlijk tegen die tijd duidelijk zijn wat voor invulling dat gebouw krijgt. Dat ben ik met u eens. Natuurlijk moetje dan gaan werken aan een financieel dekkend besluit daarvoor. Maar nogmaals, ten principale is het hier de overheid die als eerste de kar moet trekken bij het restaureren en behouden van dat pand. MEVROUW VAN MAANEN: Maar wij kunnen nu al zeggen dat 1 miljoen straks te weinig zal zijn. Maar dan wil ik het nog even hebben over de biomassacentrale. DE VOORZITTER: Nee, ik wil nu gaan afronden. MEVROUW VAN MAANEN: Voorzitter, DE VOORZITTER: Straks krijgt u een tweede termijn.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2009 | | pagina 24