492 de onderhandelingen afwachten. Dan komt er, als het goed is, een collegevoorstel en dan gaan we over die inhoud praten. Wat ons betreft, is het voorstel overbodig. DE VOORZITTER: Mevrouw Van Maanen, VVD. MEVROUW VAN MAANEN: Ja voorzitter, bij deze de reactie van de VVD. De VVD is altijd voor ontwikkeling geweest, op het gebied van onderwijs, op het gebied van sport, en ook op het gebied van topsport. Dat is wat wij hier ook steeds hebben aangegeven. Nou heeft het college ruim vier jaar de tijd gehad om met een voorstel te komen, en dan moet het dus de allerlaatste raadsvergadering van deze periode nog eventjes geregeld worden. Wij denken dan: til het dan over de verkiezingen heen. Dat wil niet zeggen dat wij tegen een sporthal zijn. Maar wij vinden wel dat je een en ander wel in samenhang moet zien met bijvoorbeeld de monumentenstatus van de Scharen en bijvoorbeeld de nog vast te stellen sportnota. Die is wel doorgeschoven naar de volgende periode, met andere initiatieven die wellicht in de stad nog zijn. En bovendien wordt ook de herijking van de structuurvisie steeds doorgeschoven. Het hoort dus thuis in een integrale afweging van alle bouwinitiatieven in de stad. En nu krijgen wij het gevoel dat, omdat er nu eenmaal iets in het coalitieakkoord staat, er overhaast vlak voor de verkiezingen, nog even 16 miljoen doorgeschoven moet worden omdat anders de PvdA het verkiezingsprogramma niet binnen kan halen. DE VOORZITTER: Het woord is aan de heer Akinci, GroenLinks. DE HEER AKINCI: Voorzitter, ik wilde eigenlijk conform de procedure allereerst een vraag ook aan de wethouder stellen, maar gezien de reacties van de andere partijen kom ik ook maar meteen met een soort van stemverklaring. Allereerst vraag ik me af over dat voorbereidingskrediet wat wij 11 februari dan moeten gaan voteren, hoe dat er uit gaat zien, hoe hoog dat is en waarvoor dat precies is. Is dat voor een schetsontwerp, een VO, een DO? Dat maakt nogal veel uit voor de waarde van die beslissing. Dus daar willen wij graag nog even wat duidelijkheid over in uw tweede termijn van het vragenuur. Met betrekking tot de motie van D66, VVD en SP, snap ik heel goed de overwegingen in punt 2 en punt 3 van het dictum dat je op basis van misschien toch wel een andere verhouding in een raad na 3 maart, na de verkiezingen, wellicht geen ingrijpende beslissingen zou moeten nemen en zeker geen juridische afspraken moet aangaan met derden partijen die vervolgens onomkeerbaar zijn. We weten uit het recente verleden hoe vervelend dat is. Dus in overweging 2 en 3 kan ik mij heel goed vinden. Ik heb wat problemen bij overweging 1 van het dictum, waarin wij als gemeenteraad onszelf een beperking opleggen op datgene wat we mogen besluiten. Stel bijvoorbeeld dat iemand een initiatiefvoorstel zou willen indienen in februari over het sportcentrum, dan zal het altijd in behandeling genomen dienen te worden. In die zin zijn wij dus met punt 1 van de motie niet akkoord. DE VOORZITTER: Mevrouw Vossenaar. MEVROUW VOSSENAAR: Voorzitter, de raad is een continuüm en ik wil dat toch graag boven water houden. Het is niet zo dat de wereld ophoudt op 3 maart of misschien zoveel eerder of zoveel later. Ik neem aan dat dat allemaal gewoon door gaat. Vandaar dat de term doorschuiven mij ook niet zo goed past. We hebben hier niet te maken met iets wat ons volkomen overvalt. We hebben er zelf om gevraagd. We hebben het college gevraagd om een go of no go beslissing te maken. Dat heeft het college gedaan en dat dan niet tot in detail is uitgewerkt, is een feit. We hadden het misschien allemaal liever wat anders gehad, maar we moeten nu vooruit. Laten we blij zijn dat we vooruit kunnen. Daarom heb ik ook geen behoefte aan het doorschuiven van dit besluit naar een latere datum. Laten we op deze weg door gaan en er is nog ruimte genoeg voor de toekomst om allerlei specifieke invullingen daaraan te geven. DE VOORZITTER: Mijnheer Boer. DE HEER BOER: Ja mijnheer de voorzitter, het verbaast me toch elke keer weer opnieuw hoe hardleers de politiek is, en dan zeker de meerderheid. Wij hebben bij het Chassé gezien dat die drie keer over de kop

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2009 | | pagina 10