Tenslotte, ja de wijkraden die min of meer het overleg hebben opgezegd. Ik vind het jammer. En ik
niet alleen. Ik denk dat dat wel meer mensen jammer vinden, want overleg is een groot goed en
wij roepen dan eigenlijk het college op: probeer ze gewoon aan tafel te krijgen en we zullen ook
moeten aangeven dat aan tafel zitten niet automatisch gelijk krijgen betekent. Maar ik denk dat ze
volwassen genoeg zijn om zich dat te realiseren.
DE VOORZITTER:
Dank u zeer. Het woord is aan de heer Taks, VVD.
DE HEER TAKS:
Het gaat bij dit voorstel, mijnheer de voorzitter, over de kwaliteit van de buitenruimte in het
Stationskwartier. Na het stevige debat in de raad van juni, is vastgesteld door de gemeenteraad
dat de kwaliteitseisen door het college zonder meer moeten worden nageleefd. Er mag niet
ingeleverd worden op de kwaliteit. Dat wordt gegarandeerd bij deze buitenruimte bij de eerste
fase van het plan. De tweede fase, daar zijn nog financiële tekorten. Die moeten weg gewerkt
worden in de komende tijd. We gaan in de maand januari praten over de derde
voortgangsrapportage Via Breda en dan zullen we vernemen wat de inspanningen van het college
hebben opgeleverd om bij de rijksoverheid financiële middelen los te krijgen. Vooralsnog ziet het er
niet erg hoopgevend uit, maar de inspanningen van het college verdienen ook de steun van de
oppositie. We hopen dat dat tot een goed resultaat komt. Het gaat met dit voorstel niet om de
kwaliteit van het station en zeker ook niet over de kwaliteit van de fietstunnel. Daar heeft de raad
twee jaar geleden een besluit over genomen bij het vaststellen van het definitieve ontwerp van het
station. Daar heeft de VVD fractie toen tegen gestemd omdat wij vonden dat bij dit definitieve
ontwerp te veel op de kwaliteit was ingeleverd, met name ook wat betreft de fietstunnel. Nu wordt
er min of meer een achterhoedegevecht geleverd maar dan in positieve zin. Als het mogelijk is om
het comfort voor de fietser enigszins te verbeteren, dan heeft de wethouder de steun van de VVD
fractie. Maar het is wel een achterhoedegevecht. Het debat is twee jaar geleden gevoerd, de VVD
heeft tegen gestemd, de raad had ook meer moed moeten tonen, maar ze heeft zich laten
overtuigen door de argumenten van het college. En soms krijg je daar spijt van.
DE VOORZITTER:
Ik dank u zeer.
Het woord is aan de heer Szablewski, Partij van de Arbeid.
DE HEER SZABLEWSKI:
Goed mensen, een hele hoop van wat ik wilde zeggen, is door de voorgaande sprekers al gezegd.
Mijnheer Lips zegt: maak drie zinnen. Ik maak drie hele lange zinnen.
Inzake de fietstunnel heeft mijnheer Taks natuurlijk gelijk. We hebben daar ooit ons laten
overtuigen en die overtuiging is er nog steeds, maar het is op zich helemaal niet verkeerd om
nogmaals, omdat het voor ons toch allemaal belangrijk is de wethouder te verzoeken om met de
partners in gesprek te gaan hierover. Niet geschoten is altijd mis.
Belangrijk is echter de opmerking die ook door de VVD gemaakt wordt, dat deze hele raad volgens
mij nadrukkelijk de wethouder wil meegeven dat we niet gaan inboeten op de kwaliteit. Dat is
belangrijk. Dit soort projecten hebben last van de economische crisis en dan heeft men de neiging
om te beperken op de kwaliteit. Wij moeten hier een generatie mee doen en daarom willen wij
gewoon kwaliteit. En daar heeft de buurt ook voordeel van.
De communicatie met de bewoners is een opmerking. De ontwerpateliers is iets waar de wethouder
mee door moet gaan omdat wij ook geluiden krijgen van mensen die niet op de commissie
inspreken, maar die heel tevreden zijn over de manier waarop het is gegaan bij de Belcrum. Dat
betekent overigens niet dat we de mensen niet serieus moeten nemen die gefrustreerd zijn omdat
ze al vijftien jaar met het project bezig zijn en een aantal keren teleurgesteld zijn. Maar in zo'n
project zijn honderd mensen voor en honderd mensen tegen en ik wil ook benadrukken en namens
de Partij van de Arbeid zeggen, dat de wijk Belcrum waarschijnlijk een flinke upgrade krijgt als dit
plan eenmaal gerealiseerd is en dat de mensen daar hartstikke blij mee zullen zijn. En ik ga deze
keer niet pleiten voor een feest maar als het er komt, dan ben ik er bij.
DE HEER AKINCI:
Ik moet de heer Szablewski een groot compliment maken. Het waren inderdaad precies drie
zinnen.
DE VOORZITTER:
Andere leden nog van uw raad?
Mijnheer Boer.
