528 VIII. SLUITING. Ja mijnheer de voorzitter, ik weet niet of dit binnen de regels valt, maar ik heb geprobeerd om strooizout op te halen bij ..dinges en dat is niet gelukt en dat vind ik heel erg jammer. Mijn vraag is eigenlijk om dat strooizout van de gemeente toch bereikbaar te maken voor de burgers. DE VOORZITTER: Wethouder Oomen. WETHOUDER OOMEN: Ja voorzitter, de heer Boer stelt dat eenvoudig maar voor: strooizout beschikbaar stellen voor de burgers. Maar dat is toch een operatie die ik een twee drie toch niet uitvoerbaar acht, in die zin dat je ook in conflict kunt komen. Want als u zegt: ik stel strooizout beschikbaar, los van de logistieke problematiek, hoe ga je dat dan financieel doen? Bij de supermarkten en bij de doe-het-zelf zaken is dat ook te verkrijgen.... DE HEER BOER: Dat is allemaal uitverkocht. MEVROUW VAN MAANEN: Voorzitter, mag ik even een punt van orde maken. De rondvraag is voor huishoudelijke zaken. DE VOORZITTER: U hebt gelijk mevrouw Van Maanen. Maar zout is soms ook voor huishoudelijk gebruik. Maar mevrouw Van Maanen heeft gewoon gelijk. Ik stel voor dat we hier nu niet verder over spreken. Mocht daar enige gedachte over zijn, dan kunt u ook na afloop met de wethouder over spreken. Hij is daar zeker toe bereid. Niet dat dat tot een ander antwoord zal leiden. DE VOORZITTER: Dames en heren, toch een korte terugblik op het afgelopen jaar. We mogen vaststellen dat we met elkaar een veelbewogen jaar achter ons hebben. Het was zeker niet rustig in 2009. Er was vrijwel geen dag waarop het landelijke of liever gezegd het wereldnieuws niet gedomineerd werd door de economische crisis. En dat dit ook onze stad niet onberoerd zou laten, werd in de loop van dit jaar steeds meer zichtbaar. Tot op de dag van vandaag zijn uw en onze inspanningen er op gericht de effecten van de recessie zo veel mogelijk te beperken. Dat is zeker geen eenvoudige opgave. Naast zeer ingrijpende bezuinigingen moet er ook verder worden gewerkt aan onze prachtige stad. Dat vraagt ook om investeren. En dat alles in het besef dat ons in deze samenstelling nog slechts een raadsvergadering rest. Ik weet niet of ik moet spreken over een duivels dilemma voor het openbaar bestuur. Zeker is dat we deze laatste maanden geregeld zullen moeten afwegen welke keuzes nog gerechtvaardigd zijn en hoe verstrekkend de consequenties moeten of mogen en kunnen zijn. Ik wil op deze plaats graag een compliment maken aan allen die zich hebben ingespannen voor de Bredase economie. En dan heb ik het zeker niet alleen over de ambtenaren, collegeleden en raadsleden. Ik wil zeker ook onze partners, ondernemers en instellingen mijn waardering overbrengen voor de wijze waarop men het hoofd probeert te bieden aan de crisis die vaak mensen rechtstreeks raakt. Dat maakt dat we met elkaar een samenleving kunnen vormen met een hoog niveau van zorg, onderwijs en sociale voorzieningen. De crisis ten spijt, mag ik ook constateren dat Breda flonkert, zeker in de ogen van velen buiten onze stad. We haalden dit jaar het Topinstituut voor Logistiek binnen. Amsterdam en Rotterdam hadden het nakijken. En zoals een Amsterdamse bestuurder mij recentelijk zei: Daar had men goed de pest over in. En zelf wisten we het natuurlijk allang, maar bij monde van anderen krijgt de kwalificatie "Beste Binnenstad" toch extra glans. Het valt op in den lande dat Breda ook zeer gastvrij is, maar ook dat de innovatieve wijze waarop we met de stad communiceren succesvol is en buiten de gebaande paden treedt. Kijk naar de innovatieve prijs, de tweede die vorige week behaald is. Dat brengt mij zeker ook bij de inwoners van deze stad. Dames en heren raadsleden, het afgelopen jaar heeft u uw rol als volksvertegenwoordiger weer met veel verve opgepakt. Ik zag u vaak bij ontmoetingen met burgers, bij wijkbijeenkomsten of stadsgesprekken. En bij die contacten met u heb ik ook gezien hoeveel positieve energie er is en dat er een grote bereidheid is bij mensen om ook een bijdrage te leveren aan onze samenleving, in alle geledingen van onze stad. Ik ontmoet en voel daarbij ook een dynamiek die mij in ieder geval positief stemt. Dat is voor mij ook met elkaar vorm geven aan onze samenleving. Maar zoals mevrouw Vossenaar vanavond nog eens terecht zei, ook velen zoeken nog naar een goede plaats en nog niet eenieder weet die goede plaats vanzelfsprekend ook te vinden. Ook daar behoren wij als volksvertegenwoordigers en

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2009 | | pagina 46