eeasiwaagMüBMWfi 30 metBamtÊÊÊKl Akinci, herken ik dat, omdat hij ook zich aanvankelijk enige tijd geleden, toen het oorspronkelijke voorstel aan de orde was, zich daar zeer tegen verzette. Ik vind het interessant om de literatuurstudie van Engeland tot mij te nemen, maar het gaat er vooral om dat we uitkomen daar waar met camera's de mogelijkheid is om te komen tot opsporing en alles wat ernstig mis is gegaan, en ook later nog terug te pakken en daar iets mee te doen. Zelfs vandaag is nog tot mij gekomen dat dank zij de camera en het uitlezen, wij nu ook nog soms vervelende incidenten tot een oplossing kunnen brengen. En dat wil ik wel graag vasthouden. Met andere woorden: Ik ben een nadrukkelijk voorstander ervan. En als het gaat om de betekenis en privacy enigszins te nuanceren en te relativeren, kan ik het verhaal van mevrouw Vossenaar absoluut niet verbeteren. Ook dat is een werkelijkheid en een realiteit. En daar wordt ook niet altijd zo over gesproken, terwijl je daar soms ook mee te maken krijgt. Het cameratoezicht moeten we gepast en verantwoord bewerken en kijken om daar het nodige mee te doen, en uiteraard met verantwoording achteraf en zo snel mogelijk. En aan de andere kant is het ook aan uw raad om middels die APV daar het nodige in te betekenen en dat kan dan ook. Dus in de essentie kan ik mij zeer vinden in dit voorstel. En dat zal u zeker niet verrassen, hoe wenselijk het ook zou zijn om het terug te brengen, te verminderen en hoe wenselijk het ook is om meer blauw op straat te hebben. Ook dat zijn allemaal werkelijkheden. Maar als je camera's hebt, kan je het uitlezen. En bij ernstige incidenten kan je er ook vaak later nog iets mee doen. Vandaar dat ik mij kan vinden in het voorstel. DE WAARNEMEND VOORZITTER: Ik dank u zeer. Dan gaan we nu naar de tweede termijn. De heer Ugerler, mevrouw Haagh, Partij van de Arbeid. Wie zie ik nog meer? De heer Akinci, de heer Gouka. Dan geef ik nu het woord aan de heer Ugerler. DE HEER UCERLER: Voorzitter, als u mij toestaat vanuit mijn plaats. Zoals de burgemeester zei, hebben wij verschillende keren over dit onderwerp gesproken. Het is mij of de voorstanders niet gelukt om onder andere GroenLinks of de SP te overtuigen van dit voorstel. Ik denk dat dit vanavond ook niet zal lukken. Mij rest alleen om de fracties te bedanken die het CDA voorstel ondersteunen en daarnaast wil ik ook de ambtenaren van de griffie en het stadskantoor bedanken voor de bijstand voor het opstellen van dit voorstel. DE WAARNEMEND VOORZITTER: Ik dank u wel. Mevrouw Haagh. MEVROUW HAAGH: Heel kort, voorzitter. Ik zei al in de eerste termijn dat het voor de Partij van de Arbeid heel belangrijk is dat er eerst naar andere maatregelen gekeken wordt. Dat is vanavond ook meerdere keren genoemd. Toen wij de problematiek op winkelcentrum de Berg bespraken in commissieverband, was het ook de Partij van de Arbeid die zei: laten we het niet meteen over cameratoezicht hebben, maar laten we eerst eens kijken naar wat de ondernemers ook aangeven. En dat waren toen rampalen, fietsenstandaarden voor de winkels en nog wat andere maatregelen. Gelukkig blijkt dat ook afdoende. In ieder geval op dit moment. Daar blijven wij dus een absolute voorstander van. Ik moet nog wel even reageren op het noemen van een draai van de Partij van de Arbeid. De heer Akinci noemde het al voortschrijdend inzicht. Ik hoop dat hij dat ook mee krijgt in de komende vier jaar, wat ons betreft. Zo wil ik het niet noemen. Wij passen ons aan aan de veranderende situaties die er zijn in onze maatschappij. En dat noemen wij verantwoordelijk besturen. DE HEER BOER: Een korte opmerking, mevrouw de voorzitter. DE WAARNEMEND VOORZITTER: De heer Boer. DE HEER BOER: Als reactie hierop: dat proces is al 15 jaar gaande. DE WAARNEMEND VOORZITTER: Dank u wel. Dan geeft ik nu het woord aan de heer Gouka. DE HEER GOUKA:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2010 | | pagina 31