43 wijze contact geweest met deze burger. Als wij een niets vermoedende woningeigenaar op deze wijze zouden overvallen met het leggen van een wijzigingsbevoegdheid naar Natuur, zouden we ons bezondigen aan onbehoorlijk bestuur. Wel kun je stellen dat de provincie ons via gespreksverslagen of onderhandelingsresultaten kan laten zien dat verwerving van het perceel aannemelijk is of zelfs al gerealiseerd, de gemeente uiteraard de bereidheid zal hebben om op hun kosten met een postzegelbestemmingsplan, de bestemming van de gronden te wijzigen naar Natuur. Dit is overigens allemaal precies in lijn met de regels van de provinciale ontwerpverordening Ruimte waarin is bepaald dat de vigerende bestemmingen van percelen op de aankooplijst in acht moeten worden genomen. We handelen dus naar de geest en naar de letter van de provinciale ontwerpverordening, door gewoon weer een woonbestemming aan het perceel toe te voegen. Voorzitter, dit was een... MEVROUW SCHOKKER: Voorzitter, mag ik daar een aanvullende vraag op stellen? DE VOORZITTER: Gaat uw gang. MEVROUW SCHOKKER: U zegt dat nu pas bij de provinciale verordening dit perceel aangemerkt zal worden als ecologische hoofdstructuur. Maar het is naar mijn idee al lang aangemerkt. Dat staat ook al in het reconstructieplan en misschien nog wel veel eerder. Had daar niet op geanticipeerd kunnen worden? WETHOUDER OOMEN: Mevrouw Schokker, de informatie die ik heb, heb ik u hier nu gegeven. Op de vraag die u nu stelt, kan ik niet verder ingaan omdat ik zojuist de informatie heb uitgesproken die ik heb. MEVROUW SCHOKKER: Voorzitter, dan zou ik nog een vraag willen stellen, namelijk of de wethouder wel vindt dat dit perceel in de toekomst verworven moet worden om die verbinding toch te kunnen herstellen. Want het is nu eenmaal vastgesteld beleid dat die er moet komen. En dat vastgesteld beleid moeten we in de gemeente in een bestemmingsplan gaan vastleggen. WETHOUDER OOMEN: Ik heb u zojuist uitgelegd hoe ik denk daar in de toekomst mee om te gaan. Dat heb ik u zojuist uitgelegd. DE VOORZITTER: Goed. Ik stel voor dat de wethouder verder gaat. Ook daar heb ik van gezegd dat het mijn stellige overtuiging is, dat zoals het bestemmingsplan nu is opgesteld, daar voldoende waarborgen in zitten om het gebied vanaf het jachthuis tot de Molenstraat voldoende te beschermen. De dorpsraad vraagt zich af of dat wel voldoende is. Ik kan u zeggen dat de afgelopen jaren, op basis van uitgebreid onderzoek en door tussenkomst van hoge autoriteiten op dit gebied, door de rijksdienst voor monumentenzorg, is besloten dat aanwijzing van de Dorpsstraat als beschermd stadsgezicht niet aan de orde was. Aan een eventueel nieuwe adviesaanvraag aan de rijksdienst, zullen minimaal nieuw onderzoek en inzichten ten grondslag moeten worden gelegd. Mede op het oog op de mij bekende achterstanden bij de rijksdienst in de afwerking in de adviesaanvragen, neemt de procedure in het kader van de aanwijzing tot beschermd stadsgezicht tussen de 5 en 10 jaar in beslag. Dat is de schatting. Dit leidt tot de conclusie dat, mocht de gemeenteraad alsnog van oordeel zijn dat op basis van nieuw in te stellen onderzoek het gebied aangewezen moet worden als beschermd dorpsgezicht, en tevens dat de uitkomsten hiervan moeten worde vastgelegd in het bestemmingsplan, een toekomstige gedeeltelijke herziening van het bestemmingsplan Ulvenhout mogelijk is. Het is dus niet nu of nooit. Dat zal dus echt op zijn vroegst over 5 jaar aan de orde kunnen zijn. Veel waarschijnlijker is dat de rijksdienst, gezien de resultaten van de eerder genoemde procedure, die niet tot aanwijzing leidde, in dat geval tot het oordeel zal komen dat de bebouwing aan de Dorpsstraat voldoende beschermd is in het huidige regime. Voorzitter, dan kom ik bij hetgeen is opgemerkt door mevrouw Van Hasselt. Dat ging over het handhaven. Het is u bekend dat het eerst was opgenomen in het bestemmingsplan Buitengebied. Daar hebben we het uitgehaald om de volgende reden. We hebben gezegd: we kunnen dit in het bestemmingsplan van, wat ik gemakshalve het Binnengebied noem, op een andere manier regelen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2010 | | pagina 44