48 Aan de orde is de motie. Wie is voor de motie? Wie wil eerst een stemverklaring? De heer Boer is voor de motie? DE HEER BOER: Ja, ik wil ook een stemverklaring geven. Als de wethouder nou niet kan zeggen dat lessenaarsdak en pladak uitgesloten wordt aan de dorpskant, dan handhaaf ik de motie en ben ik dus voor. DE VOORZITTER: U introduceert eigenlijk een derde termijn. En de wethouder is duidelijk geweest; dat doet hij niet. We gaan over tot de stemming. Wie is voor de motie? De heer Boer. Wie is tegen de motie? De motie is geacht te zijn verworpen. We gaan over naar het bestemmingsplan. Ik moet dat in zijn geheel n stemming brengen. Wie is voor het bestemmingsplan Ulvenhout? Stemverklaring van mevrouw Van Hasselt. MEVROUW VAN HASSELT: Voorzitter, een stemverklaring. Wij zijn voor dit bestemmingsplan Ulvenhout, met uitzondering van het punt Kraaijenbergsestraat 15. De HEER VOS: En dat geldt ook voor ons. DE VOORZITTER: Akkoord. U allen stemt in met het bestemmingsplan met de twee kanttekeningen. Dan is aldus besloten. Ik wijs op de klok. Het is 22.50 uur. We hebben de afspraak om om 23.00 uur te eindigen. We hebben nog een agendapunt. Mag ik u allen vragen om te proberen u tot de hoofdlijnen van dit agendapunt te beperken? 7. INTEGRALE KETENAANPAK DUURZAME ENERGIE LOCATIE KADIJK. DE VOORZITTER: Aan de orde is de integrale ketenaanpak van snoeimateriaal tot levering van duurzame energie vanuit de locatie Kadijk. Wie wenst daarover het woord? Het woord is aan mevrouw Vossenaar. MEVROUW VOSSENAAR: Mijnheer de voorzitter, zoals altijd, roepen nieuwe ontwikkelingen vragen op. En in de afweging die daarbij gemaakt moet worden, is het ook nodig om alle kanten van de medaille te bekijken. In dat kader is het best wel eens goed om een nachtje te slapen over een onderwerp. Wij hebben ook een aantal vragen gesteld in de commissie, waarop we in gesprekken een duidelijk antwoord hebben gehad. Ook de brief die de wethouder ons over dit onderwerp heeft gestuurd, heeft een beter licht geworpen op deze ontwikkeling. Heel kort even iets over onze vragen en de antwoorden en dan de conclusies die we daaruit trekken. Een van onze vragen was: is hier sprake van een experiment dat voor de toekomstige gebruikers de zekerheid dat ze altijd voldoende warmte kunnen krijgen garandeert? Die toekomstige gebruikers kunnen namelijk niet kiezen. Het antwoord was eenvoudigweg ja, die zekerheid kan geboden worden want er is de nodige ervaring met deze techniek en die ervaringen zijn goed. De tweede belangrijke vraag was: is die gekozen locatie wel de meest geschikte, gezien de onmiddellijke nabijheid van de nieuwe woningbouw? En de wethouder, het college, gaf daarop ten antwoord dat op deze locatie in feite twee vliegen in een klap gevangen worden: de huidige op- en overslag hoeft niet te worden verplaatst, kan zijn functie behouden. En dat brengt natuurlijk een aanzienlijke kostenbesparing met zich mee. En voor ons ook heel belangrijk: de toekomstige en de nieuwe activiteiten kunnen zodanig worden ingepast dat er geen sprake zal zijn van milieuhinder, noch van een onaanvaardbaar gebouwencomplex. Dat houdt overigens niet in, werd ons verzekerd, dat er geen andere locaties in de nadere afweging zullen worden meegenomen. Een derde en laatste vraag is: Waarom nou zo'n kennelijke haast met dit project, nadat het maanden stil is geweest? Moet dat nog op de valreep worden besloten? En zou het niet verstandig zijn om eerst meer draagvlak te kweken, tenminste bij de dorpsraad Teteringen? Duidelijk is nu ons uitgelegd in welk kader de provinciale subsidie is toegezegd en welke deadlines daarvoor zijn gesteld en waarom 1 maart zo'n cruciaal moment is. Het is natuurlijk jammer dat het dossier pas nu gereed is voor bespreking. Inmiddels heeft het door ons geëntameerde gesprek met de dorpsraad plaatsgevonden, waarbij is overeengekomen dat ook in de toekomst dit onderwerp op de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2010 | | pagina 49