99
Dat is wat we gezegd hebben als coalitiepartijen. Dat betekent dus dat u straks zelf als raad aan
zet bent om te vertellen wat het college moet gaan doen. Ik ben dus heel benieuwd naar al die
voorstellen. Ik hoop dat het iets substantiëler wordt. Iedere ton is meegenomen natuurlijk, maar
het moet wel wat substantiëler worden. Het gaat wel om 10 miljoen euro die we gewoon niet meer
hebben.
DE HEER HARDORFF:
Mag ik even reageren mevrouw Boelema?
MEVROUW BOELEMA:
Ja.
DE HEER HARDORFF:
Volgens mij hebben we geen inwerkprogramma meer nodig want we krijgen een lezing van u. Als
je het dan bijvoorbeeld hebt over Brede scholen en u heeft het over financieel solide beleid...
MEVROUW BOELEMA:
Ik was nog niet bij onderwijs.
DE HEER HARDORFF:
Nee, maar ik stel er wel een vraag over want de vraag is namelijk van financiële aard. U als
coalitiepartner schrijft in het coalitieakkoord dat elke nieuwe school een Brede school is. Dan zijn
wij wel benieuwd om hoeveel scholen dat gaat. Betreft het ook de scholen waar nu noodgebouwen
staan? Want uw aanstaande of huidige fractievoorzitter, Paul de Beer, heeft tijdens het
verkiezingsdebat gezegd: als het aan ons ligt, zitten er over vier jaar geen leerlingen meer in een
noodgebouw. Worden die dan allemaal vervangen door Brede scholen? En waar is de dekking
daarvoor?
MEVROUW BOELEMA:
Dat is een interessant punt en dat is mooi want dan haalt u meteen datgene aan wat ik nog meer
als punt in deze tweede termijn wilde maken. En dat had inderdaad te maken met investeringen
rondom onderwijs.
DE VOORZITTER:
Ik stel voor dat mevrouw Boelema eerst op de interruptie in gaat.
MEVROUW BOELEMA:
Graag, want ik heb daar natuurlijk wel een verhaal bij. U kent ons als een gedegen partij die ook
heel veel aandacht heeft gevraagd, ook in de verkiezingen, rondom onderwijs. Ik ben overigens blij
dat die interesse voor het onderwijs raadsbreed gedeeld wordt, zoals ik nu begrijp. Ik hoor dat in
alle bijdragen terug. U heeft volgens mij ook het boekje ontvangen van alle besturen van het
primair onderwijs waarin zij een strategisch huisvestingsplan maken, waarin zij vragen om samen
met de gemeente, maar ook bijvoorbeeld met kinderopvang Kobergroep, een plan te maken om te
zorgen dat we met hetzelfde geld meer kunnen doen waar het gaat om onderwijshuisvesting. Ik wil
heel graag met deze coalitie, - het staat ook in het akkoord -, die uitdaging aangaan om bij het
primair onderwijs te kijken hoe we met hetzelfde geld meer kunnen doen. Dat betekent dus
tegelijkertijd ook dat we niet meteen hebben gezegd dat we heel veel extra investeringen
opnemen. Wat we doen is absoluut niets bezuinigen op onderwijs. Maar we willen kijken hoe we nu
daadwerkelijk met die allianties, zoals we die ook kennen vanuit het voortgezet onderwijs, met
hetzelfde geld meer kunnen doen. En dat betekent uiteindelijk ook meer Brede scholen die in
diezelfde notitie Talentcentra heten, zoals u heeft kunnen lezen.
DE HEER HARDORFF:
Dat is een lang antwoord. Maar mag ik daaruit concluderen dat als die Brede scholen samen die
ambitie willen realiseren en ze komen daar financieel niet uit, u dan dus klaar staat om die ambitie
van elke nieuwe school is een Brede school, mee te financieren? En daarvoor zien we dan de
dekking niet terug. Of denkt u dat dat niet nodig is?
MEVROUW BOELEMA:
U ziet ook in het akkoord, als u heeft kunnen optellen, dat van de 50 miljoen investeringsruimte
die er ligt voor de komende vier jaar, dat we daar als coalitie pas 35 miljoen voor hebben ingevuld.
En dat betekent dat er dus nog ruimte is om die investeringen te vinden, mocht dat aan de orde
zijn. Ik ga voor de ambitie om dat budgetneutraal te doen. Maar als dat niet zo is, dan krijgt u
vast van het nieuwe college een voorstel en dan bent u aan zet om te kijken of u daar geld voor