160
Maar er is ook sprake van een wijzigingsbevoegdheid voor een andere grote stedelijke ontwikkeling
en in de commissievergadering en ook in de brief van de wethouder is hier niet verder op
ingegaan. Ik heb het wel in de commissievergadering aan de orde gesteld. Er wordt een
buitenplaats mogelijk gemaakt, waarin het bouwvolume zodanig groot is dat dat overeenkomt met
38 woningen aan de Lindte. Dat is zo ongeveer een beetje wat er nu aan woningen aan de Lindte
op de rol staat. Wij denken dat dat toch niet de bedoeling kan zijn in dit gebied waar
cultuurhistorie en landschap versterkt zouden moeten worden.
Het verzoek aan het college is dan ook om nog eens goed te kijken naar het bouwvolume in de
wijzigingsbevoegdheid. Want volgens de Nota Groen en Rood zou bij een buitenplaats van die
grootte, van 38.000 kubieke meter, 50 hectare natuur aansluitend aan de buitenplaats ingericht
moeten worden, terwijl er slechts sprake is van 1 a 2 hectare. Mogelijk is hier een omissie in het
Dan hebben wij nog een ander belangrijk punt dat in algemene zin aandacht moet hebben.
Geconstateerd kan worden dat in het bestemmingsplan aan de afspraken in de structuurvisie Groen
en Rood geen gevolg is gegeven. Dat is dus niet specifiek voor dit plan, maar dat geldt ook voor
andere plannen.
Geconstateerd kan worden dat er geen afspraken gemaakt zijn en dat er wel exploitatie
overeenkomsten gesloten zijn waarbij geen afdracht is afgesproken in het Groenfonds. In het Digit
Pare is het zo geweest dat 11 hectare daar van het bestemmingsplan buitengebied overgaan in een
bedrijfsfunctie. En ook in dit plan zijn diverse rode ontwikkelingen en er is niet aangegeven in het
plan hoe daar nou mee omgegaan wordt. Wij begrijpen best dat deze zaken niet afgesproken zijn
in die exploitatie overeenkomsten, maar wij zouden toch wel heel graag willen dat dat in de
toekomst goed geregeld gaat worden. Daarom de vraag: ziet het college mogelijkheden om bij
ieder bestemmingsplan waarin de bestemming buitengebied verandert in een stedelijke
bestemming, dat de afdracht aan het Groenfonds in de exploitatie overeenkomst opgenomen
wordt? En zou het college kunnen toezeggen een notitie voor de raad op te stellen waarin de
voortgang van het budget en de verwachte inkomsten en onttrekkingen in het Groenfonds duidelijk
worden? Dank u wel.
DE VOORZITTER:
Dank u zeer.
Het woord is aan mevrouw Van Hasselt, VVD.
MEVROUW VAN HASSELT:
Dank u wel voorzitter. Om te beginnen wil ik de wethouder danken voor de brief die wij ontvangen
hebben met nadere uitleg over bepaalde punten met betrekking tot dit bestemmingsplan. Dat is
voor mij aanleiding om eigenlijk alleen maar een opmerking te maken over het retraitehotel want
er zijn initiatieven op dit gebied om in het voormalige seminarie een vijfsterrenhotel te vestigen. En
wij gaan er toch nog steeds wel van uit dat dit hotel er ook daadwerkelijk gaat komen want er zijn
natuurlijk wel twijfels vanwege het uitstel, maar wat ons betreft liggen die plannen er nog steeds
en is het nog niet 100% zeker dat het niet doorgaat. Wij gaan er dus van uit dat het er gewoon
gaat komen.
Maar in deze tijden van economische crisis doet zich natuurlijk wel een probleem voor wat er
vroeger niet was. En dat is bij het vorige agendapunt ook al aan de orde geweest. Er wordt een
bouwvergunning afgegeven door de gemeente en vervolgens wordt er niet gebouwd. Dat is toch
een nieuw fenomeen en mijn vraag aan de wethouder is: Hoe gaan we hier in de toekomst mee
om, want dat is erg verwarrend en het schiet gewoon niet op. Daar zou toch wel iets mee moeten
gebeuren. Mijn vraag is: hoe denkt u daar mee om te gaan?
Als je het nu hebt over die ontwikkelingen bij dat retraitehotel, daar is natuurlijk zorgvuldig over
nagedacht, het is ingepast in de natuur en bouwhoogte en bouwmassa zijn vastgesteld, maar het
kan toch niet zo zijn dat er op die locatie een andere ontwikkeling ineens zou komen die
grootschaliger is. Wat de VVD betreft is dat absoluut niet aan de orde en moet dat echt voorkomen
worden. Daar wil ik graag even van u een reactie op.
DE VOORZITTER:
Ik dank u zeer.
Het woord is aan de heer Vuijk, Breda'97.
Dank u wel voorzitter. Ik kan eigenlijk heel kort zijn, want mevrouw Van Hasselt sprak ook al over
de maten en de grenzen van het hotel. Ik denk dat het heel waardevol is dat het hotel daar gaat
landen, in welke vorm ook. Als het te koop staat en er komt een nieuwe partner en wij houden ons
aan de bestaande grenzen en de bestaande uitgangspunten, dan is dat prima. Ik denk dat de brief