167 houden voor dit katheder. Er zijn vanavond verschillende mensen geweest, nieuwe mensen, goede mensen met een goede maidenspeech, er heeft iemand vragen gesteld, de heer De Beer, hele goede spreker, ziet er prima uit. Ik zou zeggen: ga naar het katheder, u wordt wereldberoemd in uw eigen wijk en het scheelt ook op vrijdag bij de visboer, kan ik u vertellen. Daar wou ik een pleidooi voor houden. DE HEER LIPS: Krijgt u dan korting bij de visboer? DE HEER SCHELTENS: Nee, nee, je krijgt geen korting en ook geen extra haring maar wel een heleboel extra uitjes, in mijn geval dan. Even terzake, Heerbaan 228-230. Verschillende mensen hebben hier al over gesproken. Ik heb eigenlijk niks daaraan toe te voegen, alhoewel we hebben afgesproken, wijzigingsbevoegdheid, dat heeft de wethouder gezegd, dan komt het terug naar de commissie, dan kunnen we erover praten en dan gaan we de plannen bijstellen in overleg met de buurt. En dan niet met een buur of met een rijtje woningen, maar met alle buren en ook met de betrokkenen die daar komen wonen. En dan gaan we eventueel het plan aanpassen want eigenlijk hebben we er bij een wijzigingsbevoegdheid niks over te vertellen, maar de toezegging van de wethouder was vrij stevig. Dan gaan we het plan gewoon aanpassen. En als wij dan als commissie negatief zijn, dan is dat voor hem een zwaarwegend argument. En ik was bijna van plan om te zeggen: dat vind ik zo zwaarwegend en dat vind ik dan belangrijker dan het amendement. Ik wilde de wethouder op zijn blauwe ogen geloven. Nou zegt hij net dat hij geen blauwe ogen heeft. Dat is wel een probleem. Dat is de tweede keer dat u qua kleur mij teleurstelt. Een paar weken geleden had u de verkeerde kleur das. Nou is dat goed maar zijn uw ogen weer van een andere kleur. Maar ik wilde graag van u horen wat die toezegging inhoudt en dan met de commissie bepalen waar we liever voor kiezen, de warme keiharde toezegging van de wethouder dat we er gewoon gemeenschappelijk uit komen. Dat heb ik dan eerlijk gezegd liever dan een amendement want dan is het net alsof er een politieke tegenstelling is en die is er volgens mij niet. Wij willen allemaal hetzelfde, een goed plan, voor goede bewoners, in overleg met de buurt. DE VOORZITTER: Mijnheer Vuijk. DE HEER VUIJK: Nee, na de vorige sprekers heb ik er niets meer aan toe te voegen. DE VOORZITTER: Andere leden nog van uw raad? Mijnheer Lips. DE HEER LIPS: Dank u wel voorzitter. Ik had ook een heel verhaal maar dat is al door een aantal mensen gehouden dus ik zal het niet helemaal herhalen. Ik wil wel heel duidelijk zeggen dat wij natuurlijk een grote voorstander zijn van een woonzorgcomplex en dat wij het ook heel belangrijk vinden dat er ook aandacht is voor de omwonenden, - het gaat om 33 gezinnen en de belangen van de mensen die er al jaren met hun gezinnen wonen en dat daar goed naar gekeken wordt. Die wijzigingsbevoegdheid is voor ons voldoende, ondanks dat we het amendement van de heer Stubenitsky eigenlijk wel sympathiek vinden. Daarom hoeven wij het amendement niet te steunen. Ik wil nog wel iets zeggen over het Bergschot. Ik ben daar in de commissie ook heel diep op ingegaan. Het Bergschot is een drama, is een ramp, mensen zijn de dupe van de kantoren die daar gekomen zijn. We weten allemaal dat het gaat om een oud bestemmingsplan, als het gaat om die nieuwe kantoren. Ik denk dat we die wettelijk niet eens kunnen tegenhouden als ze die daar willen gaan bouwen maar ik wil toch met klem nog eens heel duidelijk vragen, alsjeblieft aandacht voor het parkeren op eigen terrein en dat de overlast op Bergschot niet groter wordt op de omgeving. En u heeft ook nog beloofd in de commissie, misschien dat u daar al iets meer over kunt zeggen, dat u in ieder geval aan het nadenken bent over een oplossing voor de problematiek zoals die er nu is. DE VOORZITTER: Ik dank u zeer. Nog andere leden van uw raad? Mijnheer de Jong. DE HEER DE JONG:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2010 | | pagina 45