423 winstneming van zaken die naar de toekomst zijn verplaatst. Dat is niet helemaal hetzelfde als waar we het over hebben. DE HEER VAN LUNTEREN: Ik ben blij dat u de woorden van de heer Vergroesen uitlegt. Ik neem aan dat de SP zelf gaat over zijn eigen woorden. Dank u wel. DE HEER AKINCI: Ik leg ze even uit aan u. Maar we kunnen best de notulen er even bij pakken. DE HEER VAN LUNTEREN: U legt uw interpretatie van zijn woorden uit. Dank u wel. DE HEER AKINCI: Doorgaans sta ik niet bekend als iemand die heel vrij interpreteert uit andermans woorden, tenzij het me heel goed uit komt. Maar ja daar ben je politicus voor. DE HEER VAN LUNTEREN: Precies. DE HEER AKINCI: Voorzitter, grosso modo moeten wij naar een andere rol en een andere functie van het grondbedrijf. Het is, zoals wij in 2001 en 2002 bij de herziening van het grondbedrijf uit 1996 toch een beetje hebben bedacht, niet meer de verdienmachine of de verdienfabriek van de stad. Niet omdat het crisis is maar ook omdat die tijden van werken met het grondbedrijf en werken met mogelijke uitleglocaties sowieso voorbij zijn. De stad moet meer kijken naar wat er kan binnen de eigen grenzen. Dat is zowel ecologisch als DE HEER VUIJK: Voorzitter, mag ik even daarop inspelen. De rekenkamer heeft ooit eens gezegd: we moeten ruimtelijke projecten en exploitatie van gronden aan elkaar verbinden. Dat zegt u nu ook. Wij kunnen dat hier zo doen op dit micro stukje grond, twee ontwikkelingen die Vitalis en de sporthal kunnen gerelateerd worden aan een directe grondexploitatie en toch bent u tegen. Toch gaat u die toen miljoen afserveren. Ik snap het niet helemaal. DE HEER AKINCI: Het is jammer dat u een hele vernieuwende visie over wat het grondbedrijf zou moeten opereren binnen de stad door zoiets kleins als het sportcentrum onderbreekt. Maar ik zal daar zo meteen op terug komen. Om toch even aan het begin van die zin te beginnen: de verdienfunctie van het grondbedrijf is weg. Je moet niet ruimtelijke projecten willen gaan beoordelen op het feit dat je ooit, omdat het in 2002 besloten is, 75 miljoen in het tijdsbestek van ongeveer 10 jaar uit het grondbedrijf wil halen. Het grondbedrijf moet de gemeente ten dienst staan als ontwikkelmachine, als een bedrijf wat ten dienste staat aan de ruimtelijke projecten en de wensen en de toekomstvisie van deze gemeenteraad in de stad... DE HEER VUIJK: Wij begrijpen elkaar op dit onderdeel. Dus dan zeg ik: sporthal en Vitalis kunnen dus landen. DE HEER AKINCI: Ja, ware het niet dat er kennelijk in deze gemeenteraad, althans ik denk dat we dat straks gaan concluderen, geen meerderheid is voor die ruimtelijke visie en die ontwikkeling van de stad. En aangezien het grondbedrijf ten dienste moet staan van wat de meerderheid van de gemeenteraad wil in de zin van de ruimtelijke visie, vrees ik dat u daar geen meerderheid voor zult krijgen. DE HEER VUIJK: Daar heb ik ook wat van gezegd. Want de stad is niet alleen cijfers maar ook maatschappelijke ontwikkelingen. DE VOORZITTER: Het wordt tijd dat de heer Akinci verder gaat met zijn betoog. DE HEER AKINCI: Ik zal zo dadelijk nog op die sporthal terug komen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2010 | | pagina 23