425
Maar de vraag is niet of het er is, maar de vraag is of je dat zonder consequentie weg zou kunnen
halen, zonder het lopende werk onmogelijk te maken. We kunnen ook met elkaar afspreken om de
BrIM helemaal op te heffen. Maar dat zou ik niet willen.
MEVROUW HAAGH:
U ontwijkt mijn vraag. Het is een interessante discussie maar...
DE HEER AKIN CI: t., t
Maar dat zet u wel tegenover elkaar weg. De hele BrIM opheffen tegen een reserve stilstaand geld
weg halen bij de BSW. Dat zijn de twee keuzes die u voorlegt.
MEVROUW HAAGH:
Nee, we verdelen het een beetje en we halen een reserve stilstaand geld bij de BrIM weg en we
halen een reserve stilstaand geld bij BSW weg en daarmee maken we het plaatje compleet en
verdelen we het eerlijk over de stad.
DE VOORZITTER:
Ik stel voor dat u verder gaat, mijnheer Akinci.
DE HEER AKINCI:
U denkt dat het stilstaand geld is, maar volgens mij is dat niet zo.
DE VOORZITTER:
Gaat u verder.
DE HEER AKINCI:
Dat is een. En dan, om de heer Vuijk nog even een plezier te doen, de sporthal. Ik vind het
fantastisch op het moment dat u al aan de toekomst denkt en zegt: er zal ooit een nieuwe
sportvoorziening in de stad moeten komen. Dat ben ik niet met u oneens. Het zal niet zo zijn dat in
2050 de Scharen er nog steeds staan. Ik hoop het wel omdat het een monument is, maar niet als
enige sportfaciliteit binnen Breda. En aan de andere kant, en dat doet misschien pijn, moeten we
nu eenmaal een aantal keuzes maken en op het moment datje zegt: doe die sporthal, ben je al
een beetje door het totale budget van je meerjaren investeringsprogramma heen. Overigens, het
meerjaren investeringsprogramma wat de heer Van Lunteren in allebei zijn moties zojuist heeft
ingezet, om andere reserves ongemoeid te laten, is een keuze die deze coalitie niet maakt. Dan
maar even wachten met de sporthal, dan dat maar even een paar jaar uitstellen. Dat wil niet
zeggen dat dat helemaal van de baan is. Dat wil niet zeggen dat je niet kan nadenken, maar nu
even niet omdat we gewoon in een hele moeilijke situatie zitten. Net zoals ik dolgraag de derde
fase van de Haven zou willen gaan voltooien, maar ook zie dat dat op dit moment niet opportuun is
omdat de gemeentelijke middelen daar gewoon niet toereikend voor zijn. En dat is een afweging.
Het is een moeilijke keuze. Ik maak mezelf er misschien ook niet populair mee maar ik durf die
hier wel te maken.
DE HEER VUIJK:
Het zijn inderdaad allemaal keuzes die u maakt. Misschien is er ook wel een beetje kwaaie wil bij,
ik weet het niet hoor. Als we nu alles afboeken, en binnen een jaar weer opboeken en weer met
ons eigen voorstelletje komen, dan kunnen we volgend jaar in het jaarverslag zeggen: kijk eens,
we hebben het goed gedaan. U zet de stad gewoon op stil.
DE HEER VOS:
Voorzitter, mag ik daar iets op zeggen.
DE VOORZITTER:
Mijnheer Vos.
DE HEER VOS:
Ik zit met verbazing naar de heer Vuijk te luisteren. De sporthal en de realisatie van de nieuwe
sporthal was vier jaar lang de verantwoordelijkheid van de wethouder van Breda 97. Er is niets
anders gebeurd dan het schrijven van rapportjes en nu doet u alsof het bouwen van die sporthal
met hetzelfde gemak gedaan kan worden als datje in een willekeurig dorp de fanfare binnen haalt.
Ik zit echt met verbazing te kijken. Vier jaar lang is er niks gebeurd en....
DE HEER VUIJK: