468
DE VOORZITTER:
Heel kort.
DE HEER HARDORFF:
We weten allemaal dat het investeringsvolume deze periode kleiner zal zijn dan in de voorgaande
perioden. Je kan een paar grote dingen doen. Ik zou winkelcentra als de Donk of de Bergen of een
investering in de Haagweg geen details willen noemen. Op het moment dat we het nu niet
opdragen, zit het er straks misschien niet meer in. Volgens mij is dat juist iets wat je met
kadernota besprekingen doet.
MEVROUW VERKUIJLEN:
Om nog even op Berg en Donk in te gaan, daar hebben we duidelijke procesafspraken over
gemaakt en die wil ik ook gewoon nakomen en daar wil ik nog niet op vooruit lopen. We willen
eerst even kijken wat het concreet betekent en dan keuzes maken. Dat vinden wij de goede
volgorde.
DE VOORZITTER:
Goed. Het woord is aan mijnheer Van Lunteren, SP.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Ik sluit me helemaal aan bij u de heer Hardorff. Het zou zo een SP-er kunnen zijn.
DE VOORZITTER:
Goed.
DE HEER HARDORFF:
Ik zal straks even in de spiegel kijken of ik dat een compliment vind.
DE VOORZITTER:
Geen andere vragen meer? Dan geef ik het woord aan de fractievoorzitter van D66, mijnheer De
Beer.
DE HEER DE BEER:
Het is de eerste keer dat ik hier sta aan deze kant. Vandaag bespreken we de kaderbrief en na het
coalitieakkoord @Breda is dit dan ook de eerste doorvertaling vanuit het college voor de komende
anderhalfjaar. En bij de presentatie van @Breda was het financieel zware weer reeds bekend. De
afgelopen 8 weken, - de periode dat dit college aan de slag is -, zijn met name tegenvallers bij
projecten, tegenvallende subsidie opbrengsten, mogelijk ontoereikende reservepotten, maar ook
enkele financiële losse eindjes die voortvloeien uit eerdere besluitvorming, pijnlijk zichtbaar
geworden. De D66 fractie legt dan ook de absolute prioriteit bij het verstevigen van de basis van
onze gemeentefinanciën. Het adagium is, geld dat je niet hebt, geef je niet uit. Het gedwongen
bijsturen omdat in het verleden dit adagium te weinig heeft gegolden, doet pijn. Maar dat moet ons
niet uit de koers brengen voor de opgaven van de komende jaren, D66 pleit ervoor om te wachten
met het vullen van de investeringsruimte tot het moment dat we werkelijk afwegingen kunnen
maken en risico's beheersbaar blijken.
Bij deze coalitie geldt echter niet alleen de nood tot bezuinigen als enig argument om de
hervormingsagenda te voeren. Een nieuwe filosofie tot het nemen van verantwoordelijkheid door
mensen, bedrijven, maatschappelijke partners in de stad, vult de komende jaren de achtergelaten
ruimte. De overheid moet niet alles willen kunnen want zij kan niet alles. Vooral mensen kunnen
zoveel dingen zelf, individueel of binnen collectieve verbanden. Onderwijs, opleiding, ontwikkeling
van mensen, dat levert ontplooiing op van mensen, regie en ook tevredenheid. En voor die groep
die de mogelijkheden niet heeft, tijdelijk of structureel, blijft onze gemeente een gedegen vangnet
en ondersteuning bieden. Juist het kunnen rekenen op dat goede vangnet, als het echt tegen zit,
zorgt er voor dat mensen de stap vooruit aandurven.
Wij erkennen in de kaderbrief deze contouren van het coalitieakkoord. De kaderbrief raakt
visiedocumenten die zijn opgesteld met en door de stad en spreekt op veel plaatsen over
uitwerkingsnotities. Die uitwerkingen zijn ook hard nodig. Een groot deel van de stad kan zich
vinden in de denklijnen van deze coalitie en wil ermee aan de slag. D66 vraagt het college om deze
energie in de stad optimaal te benutten, duidelijk te communiceren en productief samen te werken.
Het is nu aan ons om de ruimte die de kaderbrief biedt om kaderstellend te zijn, in te vullen, meer
richting te geven en suggesties te doen. Wij gaan hier ook enkele voorstellen voor doen.
Naast visie, vooral ook concreet vanavond, een eerlijke kans op een opleiding, een baan en een
huis.