Als ik dan door ga naar de amendementen en de moties, dan heb ik een amendement over het mondiaal beleid. Ik snap uw passie voor dit onderwerp. Maar het is wel zo dat u dan geld moet vinden om die 94.000,— te dekken want als die zin zomaar geschrapt wordt, dan hebben we nu al een gat in de begroting in 2012 en dat kan niet de bedoeling zijn. Voor wat betreft het voorstel met betrekking tot de kerntakendiscussie, de motie, die valt uiteen in een drietal beslispunten. Ik heb gehoord dat u ook al met elkaar als fractievoorzitters in gesprek bent geweest over hoe willen wij dat nou doen als raad, die kerntakendiscussie, en wat is de rol van het college daarbij. Wij zitten ook niet stil om daarover na te denken en volgens mij ontmoeten we elkaar ook op 12 juli om daarover verder te spreken, waarbij het vanzelfsprekend is dat er geen enkel onderwerp of beleidsterrein is wat van tevoren uit te sluiten valt. Daarom hebben we het ook over een takendiscussie met elkaar. En volgens mij is dat ook wat u als fractievoorzitters al met elkaar besproken heeft. Die voorbereidingsgroep. Ik zou zeggen, wacht nou even totdat we elkaar daarin ontmoet hebben. En volgens mij bent u daar zelf ook zorgvuldig over aan het nadenken en gaan we verder daarover in discussie over hoe we dat dan gaan doen. Deze motie lijkt me in dit opzicht nogal voorbarig. DE HEER HARDORFF: Mijnheer de voorzitter, mag ik daar toch even op reageren? Mevrouw Boelema verwijst terecht naar de raad als het gaat over het vormgeven van het proces van de kerntakendiscussie. Maar in uw kaderbrief staat een uitgangspunt, namelijk dat er 5 miljoen bezuinigd moet worden op de maatschappelijke visie, 5 miljoen op arbeidsparticipatie en 10 miljoen op de rest. Als we een kerntakendiscussie houden, moetje een open discussie houden over alles, over wat gaan we wel en wat gaan we niet doen en wat zijn vervolgens de consequenties van die keuze. Bent u dan bereid om dat uitgangspunt te laten vallen voor wij die kerntakendiscussie ingaan? WETHOUDER BOELEMA: U heeft het coalitieakkoord ook gelezen. Dat is gelukkig nog maar twee maanden geleden en zit nog vers in ons geheugen. U kunt het ook zo zien mijnheer Hardorff: een kerntakendiscussie van 20 miljoen, waarbij al op 2 terreinen is aangegeven dat er in ieder geval 5 miljoen gevonden moet worden. Zo kunt u het ook lezen. DE HEER HARDORFF: Dan stel ik u nu de vraag als raadslid. Want u zegt: ik wil met een breed draagvlak, met de hele raad, het gesprek aan met de stad. Als u merkt, dat iets meer, of iets minder van de raad in ieder geval al hier al heel nadrukkelijk in de eerste termijn heeft gezegd dat men daar moeite mee heeft, om op die manier die kerntakendiscussie aan te gaan, is het u dan wat waard om met breed draagvlak van de raad dat proces in te gaan en juist dat aspect te laten vallen? Of is het u dat niet waard en zegt u: wij gaan nu alleen met de coalitie de stad in? WETHOUDER BOELEMA: Volgens mij moetje dat sowieso niet doen en ligt het primaat ook bij u. Daar maakte uw fractiegenoot ook een opmerking over en het is niet om het over de schutting te kieperen, maar wat ik doe, is gewoon uitvoeren en wat het college doet is uitvoeren wat er in het coalitieakkoord staat en daar zijn die keuzes in gemaakt. Ik kan het u niet mooier geven. Dan moet u proberen om het coalitieakkoord nog een keer in stemming te krijgen en te amenderen en te kijken of u daar dan een meerderheid voor heeft. Maar op dit moment voeren wij dat wat ons is opgedragen uit, en dat is 10 miljoen in de kerntakendiscussie. Daarbij zou ik het ook niet erg zou vinden, - maar dat is even een vergezicht -, dat we niet die 10 miljoen leidend laten zijn, maar als we daar 15 miljoen uit vinden dan hebben we een ander investeringsvolume om andere dingen mee te doen. Dus het is niet zo dat we moeten toe redeneren naar die 10 miljoen. Maar goed, dat is even terzijde. DE VOORZITTER: Ik stel voor dat de wethouder nu verder gaat want ik wil ook het college aan de tijd houden. En u krijgt een tweede termijn. WETHOUDER BOELEMA: Dank u wel. Over de OZB heeft de heer Akinci al het nodige uitgelegd. Als het goed is gaat de afvalstoffenheffing naar beneden en profiteert hier iedere burger in de stad van, of hij nou een koop- of een huurhuis heeft. En wat die concrete doelen betreft, daarvan heb ik u ook al gezegd, dat dat terecht komt in het uitvoeringsprogramma van het college. We zullen zeker zorgen die smart geformuleerd zijn zodat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2010 | | pagina 31