545
MEVROUW VAN DER SANDEN:
Nog even ter interruptie voorzitter.
De wethouder stelt dat hij er niet zo'n hard hoofd in heeft dat partijen er niet uitkomen. Hij denkt
dat dat wel gaat lukken. Maar stel nou dat dat Retail Platform er uit komt en zegt dat men het hoe
het nu is, eigenlijk wel goed vindt, die eerste zondag van de maand. Gaat u dan toch dat
toeristisch regime doordrukken of zegt u dan: het Retail Platform heeft gesproken en we draaien
het terug?
WETHOUDER MEEUWIS:
Dat is een interessante vraag, een goede vraag ook misschien wel. De gesprekken die ik met het
bestuur van het Retail Platform heb gevoerd tot nu toe, geven zicht op een wat grotere ambitie, die
ik overigens ook heb. Ik geloof er ook echt in dat hoe meer zondagen, hoe groter de
aantrekkingskracht. En 52 zou ideaal zijn in mijn beeld omdat je dan 100% invulling geeft aan het
maximaal economisch potentieel van de koopzondag. Maar we hebben de afspraak dat zij er over
gaan en ik denk dat het er wat meer worden.
DE VOORZITTER:
Goed. Behoefte aan een tweede termijn? U krijgt een tweede termijn. Wie voor de tweede termijn?
Ik noteer mevrouw Giebels en mevrouw Verkuijlen. Klopt dat? Dan is het woord aan mevrouw
Giebels. Gaat uw gang mevrouw.
MEVROUW GIEBELS:
Ik had eigenlijk in de eerste termijn ook nog een vraag gesteld over hoe we de bewoners erbij
gingen betrekken. Ik begrijp dus dat de bewoners erbij worden betrokken. Ik zou het liever bij de
convenantbesprekingen hebben gehad. Maar hoe gaan we dat doen?
En daarnaast toch die volgorde om eerst dat convenant af te sluiten en als dat convenant er ligt
en het akkoord is om dan die winkeltijdenverordening aan te passen. Ik wilde dus twee moties
daarvoor indienen. Ik neem aan dat ik dan naar u moet toekomen?
DE VOORZITTER:
Ja, tenzij u verwacht dat ik naar u toekom, maar dat doe ik niet.
MEVROUW GIEBELS:
Ik heb twee moties. De eerste motie gaat dus echt over die volgorde, eerst het convenant en dan
de zondagopenstelling. Die wordt ook gesteund door de SP.
En de tweede gaat over het betrekken van de bewoners bij dat convenant wat er dus eerst moet
komen voordat de winkeltijdenverordening aangepast wordt. En dan wil ik met name vragen of het
college een voorstel wil doen over de manier waarop ze dat willen doen, met inachtneming van
respect voor alle meningen en belangen. Die wordt ook ondersteund door Leefbaar Breda en de SP.
DE VOORZITTER:
De eerste motie luidt: verzoekt het college om de volgorde in de besluitvorming als volgt aan te
houden, eerst te komen tot een convenant met alle belanghebbenden en pas als dit convenant op
een evenwichtige wijze recht doet aan alle belangen van de betrokkenen, dan met een voorstel te
komen voor aanpassing van de winkeltijdenverordening.
Motie 2. Verzoekt het college om bij de volgende commissievergadering Economie een voorstel van
het college te bespreking, voor te leggen waarin is geformuleerd hoe en in welke mate de
verschillende belanghebbenden zoals bewoners worden betrokken bij het veststellen van het
convenant.
Beide maken deel uit van de beraadslagingen.
Het woord is aan mijnheer Vos, D66.
DE HEER VOS:
Voorzitter, ik heb een verduidelijkende vraag richting de Partij van de Arbeid over hun voorstel
over de volgtijdelijkheid. Want als ik de Partij van de Arbeid goed begrijp, zegt u hier dat er eerst
een convenant moet komen met ondernemers en pas daarna gaat u de zondagopenstelling
verruimen. En ik begrijp daar vrij weinig van. In de eerste termijn houdt u een inspirerend verhaal
waar ik het volledig mee eens was, over hoe wij onze binnenstad ontzettend aantrekkelijk kunnen
maken en de beste winkels naar onze stad kunnen halen en dan biedt u ruimte aan creativiteit en
ondernemerschap. En daarna zegt u: als er een handjevol conservatieve ondernemers is dat
pertinent geen trek heeft in de zondagopenstelling, dan komt er dus ook geen convenant -want dat
leidt daartoe, voor een convenant moetje ook wel enigszins overeenstemming hebben- en als een
kleine groep conservatieve ondernemers daar pertinent op tegen is, dan zal er geen convenant