569
tempo gemaakt moet worden met het uitvoeren van de aanbevelingen uit deze visie. De
winkelcentra moeten behouden blijven voor de wijk. Het is nu tijd voor actie. De marktpartijen en
corporaties willen investeren, mijnheer Ernst, om de winkelcentra te versterken, weer up to date te
maken, maar dan moet de gemeente meedoen, haar verantwoordelijkheden nemen, toezeggingen
nakomen, starten met het aanpakken van bijvoorbeeld de openbare ruimte, veiligheid nu al en niet
pas in 2012. Het gaat nu al niet goed, met name op de Berg. 2012 is te laat om te starten met
verbeteringen. Dan ligt er wel een prachtig verbeterplan maar zal de patiënt helaas al overleden
zijn. Dat zijn trouwens niet mijn woorden maar de woorden van de voorzitter van het
Retailplatform.
Voorzitter, de Partij van de Arbeid wil graag van de wethouder weten wat de stand van zaken is
met betrekking tot het verbeterplan. Ik heb begrepen dat er nu al heel hard aan gewerkt wordt en
dat het plan klaar kan zijn in januari 2011. Kan de wethouder nu al een indicatie geven van de
investeringen die vanuit de gemeente nodig zullen zijn, een grove schatting, zodat bij de begroting
het gemeentelijk deel van de investeringen opgenomen kauworden, zodat de partijen zien dat de
gemeente haar verantwoordelijkheid neemt en het verbeterplan in de loop van 2011 uitgevoerd
kan worden.
We hebben hiervoor een motie achter de hand maar we hopen deze natuurlijk niet nodig te
hebben. Het gaat hier niet om maatregelen waar we nog een jaar op moeten en willen rekenen en
tekenen. De winkelcentra, ondernemers, corporaties, Bekom en het Retail Platform vragen om
tempo en daadkracht. Ook wat de Partij van de Arbeid betreft, moet er al in 2011 gestart worden
met de uitvoering van het verbeterplan: 2012 is echt te laat om te starten met de behandeling.
Dan wordt het een typisch geval van operatie geslaagd maar de patiënt is helaas overleden.
DE HEER ERNST:
Voorzitter,...
DE WAARNEMEND RAADSVOORZITTER:
Ja mijnheer Ernst.
DE HEER ERNST:
Even een interruptie of misschien een naruptie. Misschien gaat uw vergelijking wel een beetje
mank want het is volgens mij geen patiënt waar we over praten.
MEVROUW VAN MOURIK:
Het zijn drie patiënten.
DE HEER ERNST:
U kunt er een patiënt van maken maar volgens mij hebben we het hier over een commerciële
activiteit waar volgens mij toch echt primair de mensen zelf verantwoordelijk zijn. Je hebt
pandeigenaren, winkeliers. U geeft ook aan dat die ook willen investeren. Uiteraard hebben wij
gevraagd als gemeente facilitair op te treden waar dat kan. Maar het gaat primair natuurlijk om de
winkelcentra. En dat is natuurlijk ook gewoon de verantwoordelijkheid van andere mensen dan de
gemeente. Kunt u zich daarbij aansluiten of ziet u dat anders?
MEVROUW VAN MOURIK:
Daar kan ik mij ten dele bij aansluiten maar om een voorbeeld te geven: bij de Donk is de
investeerder in gesprek met de corporatie Singelveste om daar bijvoorbeeld dat winkelcentrum te
gaan versterken, geschikt te maken voor GWI. Maar daarvoor is het wel nodig dat de omgeving
van het winkelcentrum versterkt wordt, anders heeft het voor hen gewoon geen zin om daarin te
investeren. Natuurlijk moeten zij hun eigen verantwoordelijkheid nemen maar de gemeente moet
ook haar verantwoordelijkheid nemen. Je moet het samen doen en het niet alleen maar afschuiven
op de commerciële organisatie.
DE HEER ERNST:
Even kort nog. U doet net of de plannen er al liggen maar volgens mij hebben we er het vandaag
over dat er een plan gemaakt wordt, een verbeterplan waar wat mee gedaan wordt. U doet net of
die er zijn.
MEVROUW VAN MOURIK:
Ook daar laat ik mij nu leiden door de brief die de wethouder ons stuurde. Daar staat: er wordt op
dit moment hard gewerkt aan het opstellen van een verbeterplan en er wordt al gepraat met
belanghebbenden en marktpartijen. Dat zijn de woorden van de wethouder en die neem ik gewoon
voor waarheid aan.