583 Wij zijn er van overtuigd dat deze businesscase dienstverlening dit gaat realiseren op een nieuwe en ondernemende manier. Wij horen graag van de wethouder hoe zij de raad in de toekomst gaat informeren over de voortgang van het project. Dank u wel. MEVROUW HAAGH Voorzitter, mag ik een vraag stellen? DE WAARNEMEND RAADSVOORZITTER: Ja, mevrouw Haagh. MEVROUW HAAGH: Mijnheer Voorn, we hebben u leren kennen als een hele kritische man die dit soort financiële zaken volgt. Dat prijs ik ook enorm. En in het stuk, zoals u dat zelf ook gelezen heeft, wordt echt gesproken over significante onzekerheden, als het gaat over die financiën. En ik wil toch even aan u vragen hoe u dat nou rijmt met uw verhaal. DE HEER VOORN: Mevrouw Haagh, zoals ik in mijn speech ook aangaf, heb ik de gelegenheid genomen om een gesprek te hebben met een aantal ambtenaren. Daarvoor was u uitgenodigd. Ik heb u niet gezien. De vragen die u gesteld heeft in uw speech, waren precies de vragen die ik ook had. Ik heb alleen de moeite genomen om binnen de coalitie in de openheid zonder achterkamertjespolitiek, ook voor u, gewoon een vraag te stellen aan de wethouder en aan de ambtenaren over hoe het nou precies zat. Want het was de eerste keer en je kan bij de eerste keer natuurlijk snappen dat het voor iedereen even zoeken is naar de juiste formulering en de juiste manier van hoe je een businesscase gaat opbouwen. Ik denk dat dat op een juiste manier gedaan is, zeker als je hoort hoe kwetsbaar de ambtenaren zijn geweest naar ons om echt de intentie van deze businesscase duidelijk te maken. MEVROUW HAAGH: Voorzitter, als ik nog even mag reageren. Ik vind het prima dat u zich laat informeren door ambtenaren in coalitieverband in alle openheid, maar dit soort... DE HEER DE BEER: Voorzitter, voorzitter,... MEVROUW HAAGH: zaken horen wij echt in de raadszaal te bespreken in de openbaarheid, vandaar die vraag. Dat lijkt me logisch. DE HEER VOORN: Maar mevrouw Haagh, even voor mijn beeldvorming... MEVROUW HAAGH: Nee, ik vroeg aan u: in het stuk wordt gesproken over financiële onzekerheden. Dat verandert niet, dat staat er namelijk nog steeds met een al dan niet goede uitleg. En hoe kijkt u daar dan tegenaan? DE HEER DE BEER: Voorzitter, ik wil even een interruptie plaatsen op mevrouw Haagh. DE WAARNEMEND RAADSVOORZITTER: Mijnheer De Beer. DE HEER DE BEER: Kijk, een verspreking is snel gemaakt en mevrouw Haagh gaat die nu in haar voordeel gebruiken maar in coalitieverband is helemaal niks. Er is een sessie geweest en daar was mevrouw Haagh ook voor uitgenodigd om zich nog extra uitgebreid te laten informeren door ambtenaren. En als mevrouw Haagh daar geen gebruik van maakt dan moet zij daarna niet zeggen: ik ben daar niet geweest en er waren toevallig alleen coalitiepartijen en het is een coalitieoverleg geweest. Zo zit de wereld niet in elkaar. MEVROUW HAAGH:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2010 | | pagina 29