724
Waar het gaat over het onderwijsachterstandenbeleid, is dat het namelijk niet alleen iets is wat wij
alleen met het onderwijs doen. Dat doen wij ook met welzijnsorganisaties, enzovoorts. En ik kan u
verzekeren dat ik maandelijks spreek met het primair onderwijs. En daar komen dit soort punten
zeker aan de orde. Maar ook tegen hen zeg ik: luister eens, we moeten roeien met de riemen die
we hebben en dat betekent af en toe ook voor hen een pijnlijke keuze want je kunt niet zeggen:
we houden een bepaald veld buiten schot. En volgens mij hoeft dat ook niet. Want waar het om
gaat, is dat we met elkaar ambities hebben die wij weg zetten in de stad met partners. En daar
hoop ik graag in januari met u over van gedachten te wisselen.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Voorzitter,
DE VOORZITTER:
Mijnheer Van Lunteren:
DE HEER VAN LUNTEREN:
De wethouder is helemaal niet ingegaan op mijn punt over die wethoudersvergoeding. En het leeft
natuurlijk wel bij de samenleving: ze zitten maar op wachtgeld en ze teren op ons geld. Misschien
is het wel goed om er iets over te zeggen, hoe u dat aanpakt. Ik heb begrepen dat in de wetgeving
ook iets staat over maatwerk en re-integratie. Voor de beeldvorming, dat u er wel serieus naar
kijkt en daar toch iets over zegt.
WETHOUDER BOELEMA:
Er zijn heel veel dingen waar ik ambitie in heb en die ik heel graag met u wil delen en die dit
college graag met u deelt, omdat we er trots op zijn dat we er wat mee doen en dat we dat ook
heel graag in de samenleving openbaar maken. Het zijn onderwerpen en die zijn persoonlijk van
aard en daar doen wij wel degelijk als college wat mee, ik als portefeuillehouder in het bijzonder.
Maar dat is niet iets wat ik graag met een persbericht naar buiten breng. Ik hoop dat ik u hiermee
voldoende gezegd heb.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Kunnen we dan wel inzage krijgen in de maatregelen zoals die voorgeschreven staan in de wet?
Doet u dat op papier aan ons doen toekomen, als u dat liever niet zegt?
WETHOUDER BOELEMA:
De wet is aangepast sinds maart 2010, waar het gaat over de wachtgeldregeling. Die is
aangescherpt en ik denk dat dat ook een goede zaak is. Dat betekent dat de
wachtgeldverplichtingen die resteren van voor die periode het vooral moeten hebben van...
Nou ja, je hebt eigenlijk geen dwingende instrumenten. Dus je moet het vooral van de zachte hand
hebben. En als je het daarvan wil hebben, moet je het vooral niet openbaar proberen te bespreken,
denk ik.
DE VOORZITTER:
Goed. Dan hebben we in twee termijnen gesproken. Er is een motie ingediend. Ik stel voor...
Mijnheer De Beer.
DE HEER DE BEER:
Is het nog mogelijk om een vraag over die motie te stellen?
DE VOORZITTER:
Daar was ik net bij gekomen..
DE HEER DE BEER:
Excuses.
DE VOORZITTER:
Dus ik zou me kunnen voorstellen dat we een kort moment inbrengen, zie dat als een vorm van
stemverklaring en reactie waar u over de motie uw opinie kunt formuleren.
Het woord is aan mijnheer De Beer.
DE HEER DE BEER:
Het onderwerp van deze motie vinden wij natuurlijk ontzettend belangrijk en daarom heb ik hem
ook heel goed bestudeerd. En als je kijkt naar die ambities die staan beschreven, dan delen we die
helemaal. En natuurlijk, in de boezem van de fractie zijn er meer van dit soort onderwerpen die
