747 DE VOORZITTER: Dank u zeer. Mijnheer De Jong, Trots op Nederland. DE HEER DE JONG: Dank u voorzitter. Ik zal het zeer kort houden. Wij zijn tegen de wietpas. Het is een voordeuroplossing voor een achterdeurprobleem. De wietpas brengt ongewenste neveneffecten met zich mee, zoals straathandel, drugsrunners, enzovoort. De controle en het overzicht raak je kwijt. En ook de privacy van de mensen die een pasje hebben, baart mij zorgen. De zware georganiseerde misdaad moet inderdaad aangepakt worden. Daar wordt een task force voor opgericht. Wat mij betreft is dat afdoende en moeten we niet aan zo'n wietpas beginnen. DE VOORZITTER: Mijnheer Akinci. DE HEER AKINCI: Voorzitter, duidelijk standpunt van de fracties. Ik prijs de heer Ügerler ook om zijn consequentheid want dat is ook een policy of urgency zoals ze dat in Engeland zouden zeggen. Maastricht heeft vandaag als raad uitgesproken die wietpas niet te willen hebben. Ik wilde eigenlijk proberen te kijken of er zo'n zelfde duidelijke uitspraak van deze raad te verwachten valt. Ik wil dat doen met het indienen van een motie op dit punt. En die kom ik naar u toe brengen. DE HEER VUIJK: Ik dacht dat het Maastrichtse model straks pas aan de orde zou komen. DE VOORZITTER: Verzoekt de burgemeester geen onomkeerbare stappen te nemen in het invoeren van een wietpas systeem tot dat het rijk ons dit onontkoombaar oplegt en er bij de minister op aan te dringen dat een opgelegde invoering van een wietpassysteem niet kan worden doorgevoerd zonder extra opsporingscapaciteit beschikbaar gesteld te krijgen voor het aanpakken van de te verwachten toename van handelskanalen buiten de coffeeshop om. Aldus besloten. De heer Akinci. DE HEER AKINCI: Voorzitter, ik kan me voorstellen omdat er nu een motie wordt ingediend bij het tweeminutendebat dat dat de verantwoordelijk bestuurder, in dit geval de burgemeester, wel de mogelijkheid geeft, om daarop te reageren. DE BURGEMEESTER: Ik zal het kort houden omdat ik denk dat het goed zou zijn om in de eerstvolgende commissie Bestuur uitgebreider stil te staan en te spreken over het vraagstuk wat nu meerdere dimensies gaat bevatten. Zoals ik al na het spoedoverleg met de minister van Veiligheid heb gemeld, heeft de minister aangegeven en is die pertinent overtuigd om het nodige te zullen doen om een succesvolle aanpak van de drugscriminaliteit in Brabant mogelijk te maken. En daarbij is hij pertinent overtuigd van een snelle invoering van het pasjessysteem voor coffeeshops in geheel Brabant. Het Europees Hof heeft een positief advies gegeven, maar ook de Raad van State moet nog uitspraak doen en ik kan nog niet overzien hoe het een en ander gaat plaats vinden, ook in de tijd gezien. Het is duidelijk dat de minister, het kabinet, in deze aan zet zijn.Tot dat duidelijk is hoe het kabinet dat wenst uit te voeren, wordt het coffeeshopbeleid zoals ik dat tot nu toe in Breda hanteer, door mij voortgezet. Dit beleid werkt naar tevredenheid en ook die erkenning krijgen we zowel uit onderzoekskant als ook vanuit andere kanten en steden. Dit geldt ook voor de andere voorwaarden die het kabinet in het regeerakkoord als voornemen heeft opgenomen naast de wietpas, zoals de coffeeshop minimaal 350 meter van een school, - is nu in Breda 250 meter, - en daarnaast moeten ook aandacht krijgen de ongewenste neveneffecten. Wij bereiden ons met de partners voor op wat gaat komen, maar zonder, - en ik zeg dat gewoon, - extra politie capaciteit. We zullen het moeten doen met wat we hebben. De wens om meer politie is meer dan genoegzaam bekend bij het kabinet. Wel heeft de minister aangegeven rondom de misdaad en georganiseerde problematiek het nodige aanvullend te willen leveren. Naar aanleiding van het eenzijdig sluiten van de coffeeshops in Roosendaal en Bergen op Zoom, heb ik samen met anderen aangedrongen op landelijke coördinatie in het drugsdossier. De minister, en dat moet hem nagegeven worden, heeft die coördinatie nadrukkelijk op zich genomen. Aanleiding: de alarmerende situatie met de georganiseerde criminaliteit in Brabant met nadrukkelijk ook vertakkingen naar datgene wat we van doen hebben met hennepteelt enzovoort. Nu de minister die coördinatie op zich heeft genomen, - en hij doet dat krachtig, ik ervaar dat op dit moment bijna wekelijks tot dagelijks, - verdient hij daarbij onze steun, ook al zijn we het misschien niet eens met alle maatregelen die

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2010 | | pagina 17