791 Een andere hele belangrijke handrem is denk ik de evaluatie na een jaar. En wij hebben als CDA dat al aangegeven, want we zijn er op dit moment ook niet heel blij mee, maar we willen het wel een kans geven. Als echter blijkt dat na een jaar het toch niet blijkt te werken, dan nemen wij ook de vrijheid om onze eigen positie daarin op te nemen. DE VOORZITTER: Goed, het woord is aan mijnheer Stubenitsky. DE HEER STUBENITSKY: Ja voorzitter, ik moet toch iets recht zetten. Er zijn wettelijk 12 koopzondagen plus een aantal met kunst en vliegwerk themazondagen, zodat we in Breda op 16 koopzondagen uitkomen. Er wordt getwijfeld aan die houdbaarheid van die 19 koopzondagen. Stap over naar het Maastrichts model en het zal me niets verwonderen als dan bijna iedereen akkoord gaat. En ik wil ook nog iets uitleggen over de Barones. Ik had het daarnet weg gestreept want dat is daar werkelijk een horror scenario. De ondernemersvereniging winkelcentrum De Barones werkt met stemmen die een jaar of vijf geleden 1000 euro per stem kostten. U kunt zich dus voorstellen wie het in de Barones voor het zeggen hebben. En een ondernemer vanuit de Barones die op een koopzondag niet open gaat, krijgt een forse boete. De winkelier die de trein mist en een half uur te laat open gaat, krijgt een forse boete. Dat is een systeem watje niet wil hebben. En daarom kwam die mijnheer van de Barones ook met.... DE HEER VAN DER HORST: Pardon mijnheer Stubenitsky, maar daar hebben ze toch zelf voor gekozen? Je wordt toch zelf lid en je gaat daar toch zitten? DE HEER STUBENITSKY: Nee mijnheer Van der Horst. De Barones heeft een eigenaar en die eigenaar bepaalt wat er gebeurt. Daar houd ik het bij. DE HEER VAN DER HORST: Maar je tekent toch zelf een contract? Je gaat daar toch zelf zitten? DE HEER STUBENITSKY: Dus u vindt zo'n systeem te prefereren? DE HEER VAN DER HORST Je weet toch van tevoren waar je voor tekent? DE VOORZITTER: Mijnheer Stubenitsky? U bent afgerond? Dan ga ik naar mijnheer De Jong, Trots op Nederland. DE HEER DE JONG: Dank u voorzitter. De wethouder had tijdens de eerste termijn niet goed geluisterd. De onduidelijkheid waar ik het over had, had betrekking op het gratis parkeren en niet op de data waarop de koopzondagen gepland staan. Voor wat betreft zijn antwoord met betrekking tot de inloopstraten die meelopen met het regime van het convenant, het centrum aanhouden, dat is logisch en daar zijn we wel tevreden mee. Maar voor wat betreft de dorpen en de wijken, hoe zit het daar dan mee? Moeten bezoekers in winkelcentra in dorpen en wijken die op koopzondagen op bezoek komen en hun auto weg zetten, ook betalen als daar de winkels dicht zijn? Of andersom?Als daar de winkels open zijn, maar er is geen koopzondag in de binnenstad, hoe zit het dan? Moeten ze dan wel betalen? Moeten ze dan niet betalen? Over die onduidelijkheid had ik het. Voor wat betreft de motie met betrekking tot de evaluatie die wij met het CDA zouden indienen, die gaan wij, gelet op het antwoord van de wethouder, niet meer indienen. Daar wil ik het bij laten. DE VOORZITTER: Dan is het woord aan mevrouw Van der Sanden, SP. MEVROUW VAN DER SANDEN: Voorzitter, ook even vanaf deze plaats, want dan kan ik mevrouw Van Beek gewoon aankijken in plaats van tegen haar achterhoofd aan te kijken. Ik wil eerst nog even mijnheer Van der Horst

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2010 | | pagina 61