798 MEVROUW VAN DER SANDEN: Toch nog heel even.... DE VOORZITTER: Andere leden? Mevrouw Van der Sanden. MEVROUW VAN DER SANDEN: Ik had nog geen interruptie geplaatst. De heer Bos zegt dat het primaat bij de raad ligt. Maar dan had wethouder Meeuwis tijdens de vergadering van de OBB niet moeten zorgen dat daar keurige formuliertjes lagen, bedrukt op gemeentepapier met het logo van de gemeente waarop alle koopzondagen voor 2011 al stonden. Hier is in de communicatie heel veel fout gegaan waarin het primaat duidelijk niet bij de raad lag maar waarbij iedereen al net deed alsof het besloten was. DE VOORZITTER: Goed. Ik stel voor dat de wethouder de gelegenheid heeft tot een reactie voor zover er nog nadrukkelijke vragen om een antwoord vragen. WETHOUDER MEEUWIS: Ik zal het kort houden. Dank u wel in tweede termijn voor uw toelichting en uw vragen. Volgens mij is het ook zo dat ik in mijn eerste termijn een aantal zaken met u heb afgesproken in die zin dat u een aantal zaken heeft gevraagd en ik heb toegezegd namens het college dat te doen. Dat gaat over de informatie die ik u wil geven in het proces na de datum van invoering over het overleg. Ik heb u toegezegd dat ik u de manier waarop wij de evaluatie zullen vorm geven, dat ik die met u wil delen en dat ik dus daarover met u van gedachten wil wisselen, en ik heb u toegezegd dat we de handremmethode, laat ik het zo maar even noemen, hanteren, dat als het mis gaat, we zullen ingrijpen. En die afspraak is namelijk heel belangrijk en ik leg u uit waarom. Als de Barones inderdaad, - laat ik het voorbeeld van mevrouw Van der Sanden maar pakken -, zegt: wij gaan iedere 3e zondag van de maand open, dan ga ik er van uit dat mevrouw Van Beek mij belt en zegt: volgens mij wethouder was dit niet de afspraak, dus ik denk dat we een probleem hebben. En die dreiging, het klinkt een beetje negatief als we het hebben over vertrouwen, maar die stok die staat gewoon achter de deur. Dus dat weten de partijen die dat convenant hebben gesloten en de individuele leden weten dat ook. MEVROUW VAN DER SANDEN: Maar wat gaat u dan doen? Want het mag, ze mogen die zondagen open. WETHOUDER MEEUWIS: Het mandaat ligt bij u. Dat heeft u vandaag al een aantal malen gezegd. En als u zegt: deze verordening doet niet wat we willen, want we willen namelijk een goed en mooi detailhandelsbeleid voor de stad, wat goed is voor de ondernemers, wat goed is voor de inwoners en wat goed is voor de bezoekers en dus de economie, de geldstroom naar de stad toe. Dat willen we met z'n allen. Maar we willen dat het beheerst gebeurt. Maar we zeggen wel: ondernemers, ga dat regelen. En houd rekening met de bewoners. En dat is allemaal gebeurd. En nu gaan we kijken of het gebeurt. En ik denk, ik heb er vertrouwen in dat het gebeurt. En als het niet zo is, dan geldt de afspraak die wij hier met elkaar maken. Die toezegging is volgens mij dus waardevol. Dan even over die OBB formulieren waar u het over heeft. Dat is gewoon ongelukkig. Dat was gewoon een net iets te enthousiaste groep mensen. Ja ik heb ze niet gedrukt, ze hebben ons logo gebruikt, ja, lullig, excuses, ik kan er verder ook niks aan doen, in die zin. DE VOORZITTER: Gaat u verder. WETHOUDER MEEUWIS: Daar komt in ieder geval geen onderzoek naar. Volgens mij heb ik verder geen vragen meer. MEVROUW VAN DER SANDEN: Maar gaat de wethouder het OBB er ook op aanspreken? DE VOORZITTER: Ik stel voor dat we nu tot een afronding komen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2010 | | pagina 68