815
De motie met betrekking tot de ziektekostenverzekering ondersteunen wij ook. Wij vinden dat er
geen risico mag worden genomen met onze volksgezondheid.
Ook de motie over het budget voor de kinderen zullen wij steunen. Wij zijn het in grote lijnen eens
met deze verordening. Eventuele problemen, als gevolg van de bezuinigingen op het
armoedebeleid en de langdurigheidstoeslag kunnen eventueel opgelost worden in het kader van de
bijzondere bijstand. Dat ontmoet dan bij ons ook verder geen bezwaren want dat is maatwerk.
Re-integratie is van groot belang. Hier liggen wat ons betreft ook nog veel kansen. Wij vinden het
dan ook onverteerbaar, gezien in het licht van wat ik zojuist heb gezegd, namelijk dat een betaalde
baan de beste armoedebestrijding is, dat de gemeente hierover geen regie gevoerd heeft in de
afgelopen 5 jaar. Wij ondersteunen dan ook de motie met betrekking tot het instellen van de
tijdelijke raadscommissie. Daar wil ik het bij laten.
DE VOORZITTER:
Ik dank u zeer. Wethouder Meeuwis heeft even de noodzaak voor een persoonlijke pit stop.
Daarom schors ik de vergadering voor ongeveer 2 minuten. Daarna gaan we door.
SCHORSING.
DE VOORZITTER:
Mag ik vragen de plaatsen in te nemen?
Ik heropen de beraadslagingen.
Het woord is aan de wethouder.
WETHOUDER MEEUWIS:
Dank u zeer voorzitter. Ik moest net even denken dat het net zo ging als bij de commissie. Maar
dat het tot op dit detailniveau zou gaan, dat realiseerde ik me ook niet, tot 6 minuten geleden.
DE HEER SZABLEWSKI:
Ik heb het niet verstaan. Maar het was blijkbaar ook niet belangrijk? Zeg het dan niet.
DE VOORZITTER:
Het woord is nu aan de wethouder.
WETHOUDER MEEUWIS:
Voorzitter dank u wel. Ik zal mij richten op de vragen en de moties en amendementen die zijn
voorgesteld. We hebben in de commissie 4 uren over dit thema en de onderwerpen gesproken. En
ik ben het met de woorden die ik in deze zaal hoor ook wel eens, althans wat uit uw betoog klinkt,
is dat beschaving en goed zorgen voor kwetsbaren wel hand in hand gaan. En ik ben het ook met
uw constatering eens dat armoedebeleid en participatieambities ook hand in hand moeten gaan.
Nog even kort terug kijkend wat we met ons armoedebeleid, - en ik ben het ook met u eens als u
zegt: ja is dat wel het goede woord, maar omdat het nu zo voor ligt wil ik toch even bij de term
blijven, - zo is dat wij natuurlijk een aantal afspraken hebben gemaakt.
Er werd gerefereerd aan het coalitieakkoord. Ik zal dat niet uitbundig doen deze keer, maar we
hebben natuurlijk een aantal zaken overeind gehouden, verworvenheden van het Bredase beleid en
daar mogen we best trots op zijn, als dat kan.
Ik wil ook kort even iets zeggen over het verleden. Want een aantal van u hakte er nogal fors op
in. En vanuit uw visie is dat misschien ook wel zo. Maar er zijn ook een aantal goede dingen
gebeurd in Breda. We hebben, hoewel het in de commotie een beetje verstomde, maar op het
gebied van uitstroom uit de bijstand ook in economisch moeilijke tijden en het beperken van de
instroom in de bijstand in Breda hele goede resultaten bereikt in het verleden.
Ook het percentage gebruik van voorzieningen is in Breda hoog. Daar kunt u van alles van vinden
maar dat is wel het gevolg van beleid wat we in Breda hebben gevoerd. Dat is duur en dat vind ik
ook met u. Maar dat is bewust beleid geweest in het verleden om mensen die recht hebben op
voorzieningen, om die voorzieningen ook bij die mensen te brengen. Het percentage van 30% wat
door het Jonker Verweij Instituut wordt aangehaald, geldt niet voor Breda, althans afhankelijk van
welke voorziening je krijgt. In Breda is goed geïnvesteerd om mensen die recht hebben op
voorzieningen, ook als ze die zelf niet vinden, om die bij die mensen te brengen. Dat is niet mijn
verdienste maar dat is wel hoe het in Breda is gegaan.
Als ik kijk naar uw vragen, dan loop ik die even kort door. Dan vraagt u aan mij in meerderheid:
kunt u de langdurigheidstoeslag toch wat minder naar beneden brengen dan in het voorstel ligt? Ik
kan natuurlijk ook tellen en ik vind het op zich een motie waar ik prima mee uit de voeten kan.
U vraagt aan mij: kunt u de 65 plussers ontzien in de bezuinigingsambities van de stad? En daar
kan ik me ook prima in vinden. Sterker nog, als ik kijk naar het totaal van voorstellen wat u doet in
meerderheid in deze raad om de bezuinigingsdoelstellingen op dit gevoelige thema wat anders
