16 DE VOORZITTER: Het dictum luidt: spreekt als zijn mening uit dat een station met slechts een beperkte fietsenstalling aan de zuidzijde en zonder een doorlopende fietsdoorgang naar de noordzijde voor de gemeenteraad onacceptabel is. Verzoekt het college de bouwpartners nadrukkelijk aan te spreken op hun verantwoordelijkheid en op korte termijn gezamenlijk een oplossing te vinden voor goede fietsroutes en stallingsvoorzieningen. Maakt deel uit van de beraadslagingen. Ik geef het woord aan de vertegenwoordiger van GroenLinks. DE HEER SCHELTENS: Ik vind het ook heel apart dat mevrouw Van Beek een motie indient voordat we in debat gaan. Maar laten we eerlijk zijn: bij de vorige motie werd eerst het verhaal gehouden en daarna de reactie van de wethouder en toen werd er alsnog een motie ingediend die ook al klaar lag. Het is maar een klein verschilletje hoor. Wat ik wel heel belangrijk vind, - want het onderwerp is meer dan belangrijk, belangrijk genoeg om dit debatje aan te gaan -, is: baseert mevrouw Van Beek zich op nieuwe cijfers of op het inspreken van de Fietsersbond, de lokale afdeling. Of weet u weer nieuwe informatie die wij niet weten? Want zoals u weet loopt dit debat al heel erg lang. U zegt 10 jaar en ik sluit niet uit dat het al langer is. We hebben al op vele manieren hebben gepoogd die fietserstunnels voor elkaar te krijgen en we hebben ook op veel manieren geprobeerd de aantallen bewaakte en onbewaakte fietsenstallingen te verruimen. Dat is dan voor een deel gebeurd en dat is wel voor een deel gebeurd aan de noordzijde. Nou, dat is op zich al heel erg vervelend en dat is zeker vervelend in combinatie met een fietstunnel waar je niet mag fietsen. Maar nogmaals, de belangrijkste vraag aan mevrouw Van Beek is: heeft u nieuwe informatie of baseert u zich op de inbreng van de Fietsersbond, lokale afdeling? DE VOORZITTER: Mevrouw Van Beek krijgt straks de ruimte voor een afrondende opvatting. Dan geef ik nu het woord aan D66, mijnheer Vos. DE HEER VOS: Dank u wel. Nog heel recent hebben we in de commissie Economie gesproken over de ontwikkeling van het nieuwe station. Ik heb toen namens D66 aangegeven dat wij ons herkennen in de problematiek met de fietsen. Ik heb toen ook gezegd: het is vreemd dat als je aan de ene kant miljoenen investeert in de nieuwe openbare ruimte, ook voor de Willemstraat, je tegelijkertijd te weinig fietsenstallingen realiseert, waardoor het straatbeeld er straks als volgt uit ziet: namelijk datje niets ziet van die prachtige openbare ruimte en dat het overal vol staat met wild geparkeerde fietsen. Dus wij hebben toen ook het college gevraagd om aan de slag te gaan met de andere partijen. Ik heb daarbij toen wel aangegeven dat wat ons betreft, het niet acceptabel is als de realisatie van het station vertraging oploopt, de aanbesteding die ingezet is. Want dat het station er met spoed moet komen, dat is heel belangrijk en op nog verdere vertraging zitten we niet te wachten. Maar dat er een oplossing moet komen voor de fietsproblematiek, daar ben ik het helemaal mee eens. DE VOORZITTER: De SP. Mijnheer Van Lunteren. DE HEER VAN LUNTEREN: Dank u wel, voorzitter. Het CDA spreek over een film. Ik kijk ook wel eens een film. Je hebt ook van die films waarin iedereen weet waar het gevaar dreigt en iedereen voor de TV zit te joelen: pas op, pas op, kijk uit, niet doen. En de acteur hoort je niet want hij zit natuurlijk aan de andere kant van het scherm. Dat gevoel heb ik in dit dossier ook al heel lang. Iedereen roept dat er iets moet gebeuren met die fietsen, dat er een andere tunnel moet komen. En willen is kunnen, denk ik dan altijd. Waarom gebeurt het dan niet? Blijkbaar horen ze ons niet. Steun voor de sympathieke motie. DE VOORZITTER: Breda'97. DE HEER VAN YPEREN: Eigenlijk is het al gezegd: we zijn al heel lang bezig, we kennen de problematiek van oudsher. Ook het naar beneden gaan met de fiets langs de trap is een onmogelijke zaak. Dat betekent dus dat wij volledig achter de motie staan.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2011 | | pagina 17