28
DE HEER KLUIJTMANS:
Ik denk dat, wat D66 betreft, dat we alle mogelijke partners er bij moeten betrekken. En in dit
verband vind ik het horizontale partnerschap watje aan gaat als gemeente met het veld van groot
belang. Dat wil dus zeggen dat inderdaad de ambitie, en daar zal ik mijn verhaal mee eindigen, is
dat in 2014 alle scholen volgens het Brede Scholen concept, het basisconcept, is gerealiseerd. Maar
dat wil natuurlijk niet zeggen dat wij niet meer willen. Onze ambitie ligt wat dat betreft hoog, ja.
En dat willen we zo houden. Maar we zijn ook realisten. En in dat opzicht denk ik we moeten
beginnen met een goede basis neer te leggen en van daar uit verder gaan werken.
Met deze vraag van de Partij van de Arbeid heb ik ook mijn verhaal afgesloten. Dus, wat dat
betreft, dank u wel.
DE VOORZITTER:
Zeer bedankt, mijnheer Kluijtmans.
De heer Ügerler, CDA.
DE HEER ÜgERLER:
Dank u wel, voorzitter. De focus wordt verlegd van fysieke Brede Scholen naar een brede
samenwerking van organisaties, een netwerkconcept waarin onderwijs, kinderopvang en andere
instellingen samenwerken. Het CDA vindt dit een goede ontwikkeling. Immers, deze andere
zienswijze op de Brede School ontwikkeling kan er toe bijdragen dat misschien al in 2014 een
dekkend aanbod van Brede Scholen is gerealiseerd door de hele stad. Een belangrijke stap
voorwaarts in het onderwijs en kansen voor kinderen van 0 tot 13 jaar.
Het CDA heeft wel een drietal aandachtspunten.
Punt 1. Het college is bereid tot doordecentralisatie. Voorwaarde is optimalisering van bestaande
schoolgebouwen. Scholen met nu al een gebrek aan ruimte moeten wat het CDA betreft ook in
aanmerking komen voor doordecentralisatie.
Punt 2. Het college zal de samenwerking tussen onderwijs en partners in de Brede Schol stimuleren
en faciliteren via haar subsidiebeleid. Het CDA hecht er aan dat er voor het stimuleren van de
samenwerking voldoende middelen worden vrij gemaakt.
Punt 3. Samenwerking vanuit verschillende locaties vereist een goed logistiek plan. Het college
stelt dat de scholen en de samenwerkende partijen hier zelf verantwoordelijk voor zijn. Voor het
CDA is een goede logistiek voor de samenwerking van eminent belang. Het CDA vraagt het college
erop toe te zien dat de scholen en andere partijen hun verantwoordelijkheid op juiste wijze nemen.
Dank u wel.
DE VOORZITTER:
Ik dank u zeer. Het woord is aan mevrouw Van der Sanden, SP.
MEVROUW VAN DER SANDEN:
De Brede School. De Brede School als centrale plaats in de wijk waar buurtgenoten elkaar
ontmoeten als ze hun kind naar de peuterspeelzaal brengen of naar school, waar buitenschoolse
opvang is geregeld, waar plaats is voor sport, cultuur, natuur en milieu. Zo'n school wordt het hart
van de buurt en de SP is er een groot voorstander van. We zijn het ook van harte eens met de
gedachte achter de Brede School. Wat andere partijen ook al hebben gezegd, van belang is dan
ook dat die school echt een fysiek gebouw is waarin alles samenkomt. En in deze visie wordt de
Brede School gezien als een netwerkorganisatie waarbij dat fysieke gebouw als verzamelplaats van
activiteiten niet meer noodzakelijk is. Hier zijn wij het dus niet mee eens en daarom hebben wij
ook de motie van de Partij van de Arbeid gesteund. En ik vraag me eigenlijk ook af of de
wethouder dat ook echt vindt. D66 is altijd een warm pleitbezorger geweest van die fysieke Brede
Scholen en daar wordt nu van afgeweken. Op zichzelf snap ik dat wel want we hebben natuurlijk
niet het geld om in elke wijk in 2014 een fysieke Brede School te hebben. Maar dan zou ik zeggen:
zet dat dan ook gewoon in de visie. Zet dan in de visie: wat we eigenlijk willen als we met z'n allen
de staatsloterij winnen,...
DE HEER KLUIJTMANS:
Voorzitter, mag ik een interruptie plaatsen?
DE VOORZITTER:
Mijnheer Kluijtmans.
DE HEER KLUIJTMANS:
U zegt dat D66 altijd voorstander is geweest van Brede Scholen, ook fysiek. Ja, dat klopt. Maar wij
hebben ook altijd gezegd, - en anders heeft u niet goed naar mijn verhaal geluisterd -, dat wij ook