96
het dan een mooie locatie is voor nieuwbouw, of waar ziet u de winst werkelijk van die
accommodaties want die panden zijn nauwelijks wat waard, als je het mij vraagt.
DE HEER DE BEER:
U kijkt heel erg naar de stenen maar ik heb heel erg duidelijk gemaakt in mijn bijdrage dat we dit
ais instrument moeten gebruiken voor dat nieuwe welzijnsbeleid. Het mag bekend zijn dat D66 in
haar verkiezingsprogramma ook gewoon het nieuwe welzijnsbeleid uitgebreid heeft beschreven. En
toen waren de financiën, de bizarre, slechte financiën die ineens in maart uit de hoge hoed
kwamen, nog niet eens bekend. Op basis van onze visie vinden we al dat het welzijnsbeleid
gewoon vernieuwd moet worden, moet worden geïnnoveerd. En wat ons betreft, moeten dan ook
de accommodaties in zo'n vernieuwing meegenomen worden. Niet als doel op zich maar wel
meenemen.
DE VOORZITTER:
Gaat u verder, mijnheer De Beer.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Het is voor mij nog een beetje onduidelijk. De kostenbesparing zit er dan in dat de verzorger van
het ouderenhuis waar dan de jongeren ineens komen biljarten, ook op die jongeren moet gaan
letten? Zit daar dan de besparing in?
DE HEER DE BEER:
Dit is het detailniveau wat we vandaag niet moeten aanreiken.
Mijnheer Van Lunteren, we moeten vandaag 10 miljoen bezuinigen. Heeft u daar al over
nagedacht?
DE HEER VAN LUNTEREN:
Ja.
DE HEER DE BEER:
Niet in de moties die ik van u heb gezien.
En als ik dan deze detailopmerkingen hoor, dan voorspelt dat weinig goeds voor uw bijdrage. Het
gaat er wel om dat we onze stad gezond moeten houden. En als u dan op dit uitwerkingsniveau
gaat zitten... Vandaag geven we opdrachten aan het college. En het college is aan zet om dan
eventuele onmogelijkheden aan te geven en dan zuilen we die ontvangen en dan gaan we die bij
de Voorjaarsnota weer bespreken.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Als het dan voor mij niet duidelijk is, dan wil ik graag duidelijkheid hebben voorzitter, voor het
college zodat ze een beetje richting hebben wat mijnheer De Beer bedoelt. Dat is mijn bedoeling
met deze vraag. Bedoelt u dan dat....
DE VOORZITTER:
Ik denk dat er drie keer op en neer gesproken is. Gezien de afspraken, denk ik dat dit even
voldoende gewisseld is. Mijnheer De Beer gaat verder.
DE HEER DE BEER:
Dank u wel.
MEVROUW HAAGH:
Voorzitter,
DE VOORZITTER:
Mevrouw Haagh.
MEVROUW HAAGH:
Ik zou graag een vraag willen stellen over het dictum van de motie die zij net indienen. U geeft
aan: de helft van het budget, ongeveer de helft van het aantal buurthuizen want u gaat echt het in
stenen stoppen en daarbij geeft u aan dan de belanghebbende besturen zorgvuldig te informeren.
Is dat uw werk als u de helft van de buurthuizen zo dadelijk gaat stoppen? Dan worden ze
daarover geïnformeerd? Dan krijgen ze een briefje? Of wat moeten we ons daarbij voorstellen?
