101 nader uit te werken in een nieuwe aanpak rondom het thema welzijn. Voor bovengenoemde innovaties een structurele besparing van 2 miljoen euro op te nemen. Maakt deel uit van de beraadslagingen. MEVROUW HAAGH: Voorzitter,.. DE VOORZITTER: Mevrouw Haagh. MEVROUW HAAGH: Zou ik daar een verduidelijkende vraag over mogen stellen? En dan gaat het over het bedrag van 2 miljoen. Betekent dit dat dit boven op die eerder vastgestelde 5 miljoen op MO, waar welzijn ook onder valt, daar nog boven op komt? Of is dit een invulling, - want daar zouden we het immers ook nog over hebben, over hoe we dat precies zouden invullen -, van die 5 miljoen? DE HEER AKINCI: MO is een stuk breder dan alleen welzijn. Laten we wel zijn, zou ik bijna zeggen. Dus dit concentreert zich op het welzijnsgedeelte binnen MO. Daar hebben wij in het coalitieakkoord, gezien de financiële situatie van de gemeente, al een bezuinigingstaakstelling voor een gedeelte, een fors gedeelte, ook al ingevuld, op ingeboekt. Daarnaast hebben we nu met deze motie, wat ons betreft een systeemverandering, waarbij je dus ook kiest binnen welzijn welke taken je wel en welke taken je niet wil doen en vervolgens hoe je die wil uitvoeren. Die keuze, die met deze motie gemaakt wordt, kan dus bijdragen boven op de eerder gestelde 5 miljoen MO breed, op het welzijnsbeleid. MEVROUW HAAGH: Dus de 5 miljoen die stond, wordt hiermee in ieder geval al 7 miljoen? Daar heeft u wel veel woorden voor nodig om dat te vertellen. Maar dat is eigenlijk uw verhaal? DE HEER AKINCI: Ik neem aan dat u een voldoende heeft gehaald voor wiskunde A. Dat klopt. Ja. DE HEER VAN LUNTEREN: Voorzitter, mag ik nog een vraag stellen hierover? DE VOORZITTER: Mijnheer Van Lunteren. DE HEER VAN LUNTEREN: Dank u wel. Die 2 miljoen wordt bezuinigd. Die gaan ten koste van activiteiten voor mensen. Die moeten dat dus op de markt inkopen. Bent u het wel met me eens dat dat een lastenverzwaring is voor de doelgroepen die dat treft en dat het dan daarmee toch een soort van afwentelen is op de mensen die welzijnsvoorzieningen nodig hebben en dat mevrouw van het CDA, mevrouw Verkuylen net zegt van: we doen niks meer af aan de koopkracht van mensen, maar dat u dat impliciet nou dus wel doet? DE HEER AKINCI: Ik denk dat het een illusie is om te denken dat op het moment dat je als gemeente gaat bezuinigen, als het om een bedrag van in totaal 30 miljoen gaat, dat je dat op een manier kan doen die nooit mensen op de een of andere manier zal raken. Wat ons betreft, en dat vind ik de kern van deze motie, gaan we naar een innovatief, nieuw welzijnsbeleid waarbij je je niet meer alleen richt op het standaard opbouwwerk maar kijkt wat mensen zelf in hun buurt kunnen doen, waarbij je niet meer buurthuizen, - en daar is net een accommodatiemotie over ingediend -, voor de helft van de tijd leeg laat staan, maar probeert door initiatieven te koppelen en te bundelen in dezelfde ruimte, een verlevendiging te bewerkstelligen in een wijk. En ja, het betekent ook een beleid waarin mensen die nu een subsidie aanvragen voor een buurtbarbecue omdat ze op kosten van de gemeentelijke overheid gezellig de barbecue aan kunnen steken, - waar niks mis mee is -, maar dat zit er straks ook niet meer in. Maar dat is wel een heldere keuze wat mij betreft, omdat het welzijnsbeleid, wat ons betreft, echt eenzijdig gericht moet worden op datgene wat de positie van mensen op de maatschappelijke ladder verbetert. Daar is het veld ook in eerste instantie voor bedoeld.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2011 | | pagina 22