133 DE VOORZITTER: Even, gezien ook de tijd, ik denk dat we anders in een vorm van politieke evaluatie komen, we moeten ons nog uitspreken over. Het is nuttig, maar ik zou wel willen vragen iets of wat met de tijd rekening te houden. Mijnheer De Beer. DE HEER DE BEER: Laat ik dan in ieder geval nog zeggen, en er accommodatiebeleid bijvoorbeeld nog bij pakken, ik zie dat niet als een bezuiniging op het sociale domein sec. Ik zie dat als het invlechten van verschillende functies. En dat heb ik nu volgens mij al een keer of vijf gezegd vanaf deze plaats. En ik denk dat u het gewoon niet gelooft dat het zo is. Daar zijn we dan beland, helaas. En dat is wel een verlies vergeleken met februari. Dank u wel, voorzitter. DE VOORZITTER: Goed. Dank u zeer. Dan is het woord aan de heer Akinci, GroenLinks. DE HEER AKINCI: Voorzitter, ik ga even op een aantal moties in en u kunt dat voor een deel dan ook meteen zien als stemverklaring. Ik doe dat op volgorde en ik begin bij de bezuiniging op inburgering. Ik heb de wethouder gehoord en volgens mij vergt het nog wat uitzoekwerk. Als je kijkt naar de lijsten die wij hebben gehad in het kader van de takendiscussie, dan kom je bij inburgering toch gemeentelijke middelen tegen van 1 miljoen. Nou ja, het moge dan anders blijken te zijn. We moeten even kijken hoe die bezuinigingen doorschuiven. Voor ons is in ieder geval wel altijd duidelijk gezegd, laat dat duidelijk zijn, dat het inburgeringsbeleid, zodat dat ooit door Rita Verdonk landelijk is bepaald, ons beleid niet is. Wij zitten nu met datgene wat we al dan niet wettelijk op het gebied van inburgering doen, vooral op de lijn dat het effectief en aantoonbaar moet bijdragen aan participatie van mensen in de samenleving. Of je dat specifiek op die doelgroep moet richten, of breder moet pakken in re-integratie of in welk ander gemeentelijk traject dan ook, maar het moet gaan om een actieve bijdrage die mensen helpt om mee te doen in de samenleving, die de kansen van mensen verbetert, die mensen aan het werk helpt. En ik vraag me af of bijvoorbeeld nu met 30 mensen die de taal niet spreken en in een taaiklasje zitten binnen de muren, de beste oplossing is of dat je andere meer innovatieve methodes moet toepassen. Dus gebruik daar ook die resterende 2,5 miljoen, wat ons betreft, nadrukkelijk voor effectieve participatie. Voorzitter, motie 7, cultuur, Brabantstad, die ingediend is door de PvdA en Breda'97. Ik vergelijk die even met onze eigen motie. U zult het niet vreemd vinden dat wij de voorkeur geven aan onze eigen tekst. Ik heb het nog even nagezocht. We hebben daar kennelijk gelijktijdig aan zitten werken, want ze waren echt vrijdag allebei rond gestuurd. Ja goed, wij geven de voorkeur aan onze eigen motie en ik zal u ook even uitleggen waarom. Binnen de motie zoals wij die hebben ingediend, samen met D66, staat voorop dat je binnen cultuur en binnen de sector cultuur probeert om geld vrij te maken voor nieuwe vormen. Dus noem dat oud voor nieuw. Brabant Culturele Hoofdstad als project is of kan daar een onderdeel van zijn, afhankelijk van het bidtraject. Maar ook zonder Brabant Culturele Hoofdstad zouden wij graag die ruimte binnen cultuur vrij willen maken voor vernieuwende vormen. Of onze moties daarmee heel ver uit elkaar liggen of heel dicht bij elkaar staan, dat vind ik even niet zo heel relevant, maar als het gaat om de ombuigingen van 1 miljoen binnen cultuur, geef ik even de voorkeur aan de motie waar mijn handtekening onder staat. DE HEER HARDORFF: Ik kan alleen maar zeggen dat, zoals u het nu formuleert, dat exact de geest is waarin ook onze motie geformuleerd is. Dan is het wel opmerkelijk dat de wethouder, - want dat is wel een deel van de beraadslagingen -, suggereert dat er een heel essentieel verschil in zit in hoe die opgesteld is. DE HEER AKINCI: Ja goed, iedereen mag de motie interpreteren zoals die is. Ik geloof dat ik iemand anders vandaag al heb horen zeggen: ik ga over mijn eigen interpretatie. Dus neemt u die dan maar als de interpretatie aan die achter de motie zit. En misschien dat uw motie door de wethouder dan ook net wat anders geïnterpreteerd is dan dat u die bedoelt. Maar, laat ik even vaststellen dat daar volgens mij niet zo heel veel ruimte tussen zit. U duidt het mij niet euvel dat ik de voorkeur geef aan onze eigen versie. OZB niet woningen. Ik herhaal even wat ik een maand geleden heb gezegd. Op dit moment houden wij nog even vast aan de afspraak en ik doe dat volgens mij in lijn met wat de heer De Beer zojuist zei, namelijk dat wij niet kiezen voor lastenverhoging. Mocht er, op welk moment dan ook, een

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2011 | | pagina 54