176
100.000,—. En het is ook mogelijk, blijkt uit de vele constructieve gesprekken, dat het mogelijk
is zonder het optuigen van bureaucratische rompslomp, om het zo maar te noemen.
Voorzitter, daarom heb ik besloten om samen met mijn college Akinci de volgende motie in te
dienen.
DE VOORZITTER:
Draagt het college op een systeem te ontwikkelen waarbij de kilometergrens bij het
leerlingenvervoer naar de maximale 6 kilometer wordt opgerekt en daarbij bovenstaande
benaderingswijze toe te passen. Het uitwerkingsvoorstel na de bespreking met de commissie door
te voeren voor het schooljaar 2012-2013. In de tussentijd mogelijke gevallen die niet vallen onder
de huidige definitie van artikel 20 van de verordening maar billijkerwijs wel in aanmerking zouden
moeten komen voor leerlingenvervoer, op basis van discretionaire bevoegdheid van het college
zoals geformuleerd in artikel 29 alsnog toe te kennen, daarbij de besparingsdoelstelling van
100.000,— in ogenschouw nemend.
Maakt deel uit van de beraadslagingen.
DE HEER AARTSEN:
Tot zover was mijn betoog ook, voorzitter.
DE VOORZITTER:
Mijnheer De Jong.
DE HEER DE JONG:
Ik kan me volledig vinden in de motie van mijnheer Aartsen en mijnheer Akinci. Het gaat niet om
een kille afrekening op hoeveel kilometer een leerling van een school woont maar om wat zijn
mogelijkheden zijn en hoe zijn situatie is. Daar moet inderdaad naar gekeken worden. Dat is
maatwerk. Ik steun deze motie dan ook van harte.
DE VOORZITTER:
Dan is het woord aan de heer Spapens, SP.
DE HEER SPAPENS:
Dank u wel, voorzitter. Ik doe het ook even vanuit mijn stoel.
Ik kan het niet laten om mijnheer Aartsen die mij getriggerd heeft, toch even zinvol terug te
plagen met zinvol bezuinigen is een kunst zoals u zegt. Hier is het gewoon dom als u 100.000,—
gaat bezuinigen. Dus zinvol bezuinigen kan ook wel eens dom zijn.
Voorzitter, als het aan mij lag, zouden wij gewoon niets aan deze hele verordening veranderen,
zouden we het gewoon zo laten als het is en het ook niet hebben over 100.000,— bezuinigen.
Maar helaas, wij zitten niet in de coalitie, dus hebben wij in ieder geval structureel vanaf het begin
af aan gezegd dat we eigenlijk de aanpassing van de verordening niet zagen zitten. Van ons hoefde
u dus ook, - dat hebben wij meerdere malen gezegd, - de bezuiniging niet toe te passen. Echter,
als het dan toch gebeurt, dan blijft de vraag of er mogelijkheden, andere opties zijn.
Zoals mijnheer Aartsen al beschreef, en dat is wat er in de vorige commissievergadering gebeurde,
is dat eigenlijk tegen alle voorstel in, er toch ruimte bleek om te kijken naar mogelijkheden om een
aanpassing toe te passen. Helaas was dat op een tijdstip waar ik zelf niet bij aanwezig kon zijn,
vandaar dat GroenLinks en de VVD samen verder aan hun motie gebouwd hebben, een motie die
ik, - en de SP ook -, zeer waardeer.
Maar we hebben toch een paar vragen ter verduidelijking.
Kunt u met deze motie borgen dat mensen met een verstandelijke beperking niet buiten de boot
vallen? We leggen de grens straks op 6 kilometer. Gaan er dan niet heel veel mensen toch op
achteruit?
Dan is de vraag ook nog de volgende. In de motie staat: artikel 20, kort samengevat een heel
stuk, waar dan wat ons betreft een stukje uit gehaald kan worden, bij artikel 20, en dan
waarondertot komen, dat is dus na "kinderen". Ik zal het zo meteen in de 2e termijn nog een
keer herhalen maar mijnheer Aartsen weet heel goed waar wij op doelen om iets er uit te halen...
DE HEER VAN LUNTEREN:
Zo hadden we dat ook geoefend voorzitter.
DE HEER SPAPENS:
Excuses ja, maar mijnheer Aartsen weet heel goed waar ik het over heb. En als u die aanpassing
zou kunnen doen, dan gaan wij wellicht zeer zeker onze steun toezeggen. En in de 2e termijn zal ik
de juiste zin toch nog even herhalen zodat ik hem zo terug kan vissen.