DE HEER VUIJK:
Dank u wel voorzitter. Ik had een heel verhaal opgesteld voor het feit dat inderdaad het CDA de
stoere taal uit de commissie zou hebben vastgehouden. Ik had op een gegeven moment ook het
idee van, nou als we de mening van de heer Voorn uit de commissie gestand doen, ja goed dan
moeten we nog maar even schorsen omdat we kijken om met de oppositie met zijn allen nog 20
stemmen te kunnen halen. Dat is nou niet nodig. Inderdaad, hij is tot inkeer gekomen en wij
kunnen gewoon instemmen met dit voorstel. Dank u wel.
DE VOORZITTER:
Mijnheer Bos, D66.
DE HEER BOS:
Dank u wel, voorzitter.
Eigenlijk toch wel een herhaling van ook de dingen die gezegd zijn in de commissie Bestuur. Maar
toch even kort. Ik wil wethouder Boelema nog een keer bedanken voor de zeer uitgebreide
toelichting op de rechtmatigheidsparagraaf die zeer verhelderend en verduidelijkend is geweest en
ook de transparantie heeft die we met elkaar nastreven. Wij zijn als D66 ook tevreden over het feit
dat over het voteren van kredieten, zeg maar zonder dat dat via de raad gepasseerd is, dat daar
beterschap in is beloofd. En zeker in een tijd waarin je moet bezuinigen, moet volgens mij elke
votering van een krediet langs de raad gaan, in principe. Daar is voldoende over gesproken en over
gediscussieerd. Dus voor de rest geen opmerkingen. En ik sluit me aan bij de heer Ernst. Dank u
wel.
DE VOORZITTER:
Andere leden nog van uw raad? Dan is het woord aan mevrouw Haagh, Partij van de Arbeid.
MEVROUW HAAGH:
Ik had gewoon een stemverklaring maar iedereen is zo kort dus ik doe het gewoon nu. De Partij
van de Arbeid kan instemmen met het verschoningsbesluit. We hebben inderdaad in de
commissievergadering uitgebreid met de wethouder Financiën over een aantal opmerkelijke punten
gesproken. Een specifiek punt blijft echt knagen en dat is de meeruitgave van 750.000,— over de
biomassacentrale, zonder dat daarvoor een krediet was gevoteerd. We verwachten echt dat zulke
forse uitgaven inderdaad niet meer plaats vinden zonder dat er financiële en democratische
procedures netjes zijn doorlopen. En het college heeft bij monde van de wethouder Financiën
toegezegd dat dat niet meer zal gebeuren. Het college kan er van op aan dat we dat ook heel erg
nauwlettend gaan volgen.
DE VOORZITTER:
Dan is het woord aan de wethouder.
WETHOUDER BOELEMA:
Ik hoor mijn collega Willems mompelen dat het ook niet meer gebeurt. Dus daar ga ik hem ook
aan houden, inderdaad.
DE HEER SZABLEWSKI:
Hij heeft ook drie kwart miljoen binnen, dat moet wel genoeg zijn.
MEVROUW HAAGH:
Mag ik u daar veel succes mee wensen, mevrouw Boelema.
MEVROUW BOELEMA:
We zullen daar inderdaad op letten want dat is gewoon niet de chique weg en dat hebben we met
elkaar ook geconstateerd.
De volgende keer zal ik de brief met de uitleg over de rechtmatigheid 2 weken van tevoren
meesturen zodat u de technische informatie in ieder geval op tijd heeft.
Dat was het volgens mij.
DE VOORZITTER:
Ik stel vast dat we hierover gesproken hebben en er geen behoefte is aan een 2e termijn.
Dan gaan we over tot stemming.
Is er behoefte tot het afleggen van stemverklaringen?
Aan de orde is het voorstel. Wie is voor?
Het voorstel is unaniem aangenomen.