216
een ferme toezegging over gedaan. Wat ik in de commissie al aangaf is dat het daarom niet nodig
is om met die motie te komen. We gaan er wel van uit dat we daarover flink met elkaar in gesprek
gaan in september.
Mijnheer de voorzitter, we hebben de verschoningen goedgekeurd. We hebben meegedaan met de
werkgroep cyclische producten, welke verstandige aanbevelingen heeft aangebracht. De
accountant heeft goedkeuring gegeven en de Rekenkamer heeft goede zaken aangekaart.
Traditiegetrouw heb ik ook nog een mailtje gekregen van een accountant uit Wijk bij Duurstede.
Maar vechten tegen windmolens is niet de strategie van Breda'97.
Wij gaan daarmee over tot de orde van de dag. Onze constructieve inbreng mag u bij de
Voorjaarsnota weer verwachten.
Dank u wel.
DE HEER AKINCI:
Voorzitter, een vraag aan de heer Vuijk, als het mag. Ik heb heel even uw verhaal afgewacht maar
ik wil heel even terug komen op iets wat u helemaal in het begin zei. U zei: deze coalitie heeft van
bezuinigen een doel op zich gemaakt.
DE HEER VUIJK:
Dat was bij de verkiezingscampagne eigenlijk al het uitgangspunt.
DE HEER AKINCI:
Dat zegt u. Maar misschien dat ik dan toch even iets ga voorleggen en dan ben ik heel benieuwd
hoe u daar tegen aan kijkt. Bezuinigen is volgens mij geen doel op zich. De noodzaak van
besparingsopgaven die deze coalitie, de meerderheid van deze raad en daarmee de stad, zich heeft
opgelegd, is de houdbaarheid van de financiën. Mevrouw Verkuylen had het al over het niet willen
afstevenen naar de artikel 12 status. Zover zijn we nog lang niet. Maar het gaat er om dat je
voorzieningen in deze stad op zo'n niveau brengt dat die structureel te betalen zijn, dat de
houdbaarheid van voorzieningen voor lange tijd gegarandeerd is. Dat is de noodzaak, dat is het
doel van de besparingsopgave, niet het bezuinigen op zich. Deelt u die visie of vindt u een
financieel degelijk beleid gewoon
DE HEER VUIJK:
Nee, nee...
DE VOORZITTER:
Mag ik vragen om te trachten de interruptie kort te houden. Dat is een kenmerk van een
interruptie: kort en wat puntig, als ik het zo mag zeggen.
DE HEER VUIJK:
Kijk, als je
DE VOORZITTER:
Mijnheer Vuijk.
DE HEER VUIJK:
Als je op een gezonde manier naar de financiën kijkt, dan is daar niks mis mee. Pragmatisch op
een goede manier. Maar in uw verkiezingsbijeenkomsten was het al duidelijk dat u met erge
bezuinigingsdrang zou komen.
DE HEER AKINCI:
Maar dat is volstrekt....
DE HEER VUIJK:
Dat is een ander verhaal. En dan kom ik even terug op de heer Vos die zojuist tegen de heer Van
Lunteren zei: u bent niet met alternatieven gekomen. Wij zijn het afgelopen jaar wel degelijk met
alternatieven gekomen door aan een stukje inkomstenkant te gaan zitten, waarvan wij ook dachten
van op die manier kunnen wij dus inderdaad die houdbaarheid van die financiën op een goede
manier gestalte geven.
DE HEER AKINCI:
Voorzitter, dit vind ik eerlijk gezegd wel een beetje schokkend hoor. Nu krijgen we als verwijt dat
er een aantal partijen waren, 3 in totaal, die tijdens de verkiezingen al gewoon eerlijk waren over
het feit dat er harde maatregelen noodzakelijk waren omdat de financiële situatie van de stad niet
goed op orde was.