231
de gemeente in eigen beheer zou moeten houden en zelf zou moeten doen zodat je de beste
garantie hebt dat iedereen toegang blijft houden tot de bibliotheek en de muziekschool. Wethouder
Willems heeft ons er toen fijntjes op gewezen dat er veel meer gemeenten zijn waar het wel
verzelfstandigd is, zelfs gemeenten waar de SP in het college zit. Dat geloof ik best. Ik denk wel
dat er best GroenLinks leden zijn die ook niet achter alle besluiten van de heer Willems staan die
hier genomen worden. Dus dat komt voor. Dat wil niet zeggen dat wij als SP Breda gewoon
tegenstander blijven van de verzelfstandiging van de muziekschool en de bibliotheek omdat wij een
aantal zorgpunten blijven houden.
Dat is op de eerste plaats als het gaat om beleid. Het bestuur van de muziekschool en de
bibliotheek gaat het beleid bepalen. Wij komen daarbij veel te veel op afstand te staan, we hebben
veel te weinig invloed nog op het beleid van deze twee instellingen en dat vinden we niet goed.
Er is ook een zorg over tarieven en openstellingen, het aantal bibliotheken wat er is. Als het beleid
wordt bepaald door de nieuwe organisatie, bepaalt die ook al die zaken. En wie garandeert dat de
tarieven voor iedereen betaalbaar blijven? Wie garandeert dat de openstellingen hetzelfde blijven
en dat er geen filialen dicht gaan? Wij vinden dat de gemeente Breda en de gemeenteraad dat
moet blijven bepalen.
De derde zorg die wij hebben, is als het gaat om de sponsoren. Ik begrijp best dat het gunstig is
om andere geldbronnen aan te boren en dat subsidies en sponsoren aangetrokken moeten worden.
Onze zorg is dat daardoor vooral commerciële producten voortaan uitgeleend gaan worden en dat
voor de wat meer experimentele boeken, muziek, kunst, minder ruimte is. En wij vinden juist dat
daar de gemeente voor moet zorgen dat dat voor iedereen bereikbaar blijft. Zoals ik in de
commissie al zei, ik moet er niet aan denken dat een sponsor gaat bepalen welke boeken ik lees.
En als laatste, - ook heel belangrijk -, is er het personeel waar wij ons zorgen om maken. In feite is
het gewoon een bezuinigingsoperatie. Er moet een miljoen vanaf; dat is zo'n 10% van de begroting
en een van de dingen waar ook naar gekeken zal worden is het personeel. En dan gaat het niet
alleen om het personeel van de muziekschool en de bibliotheek. Wij denken dat daar op termijn
ontslagen kunnen gaan vallen. Dat zouden we heel vervelend vinden. Maar ook in de
ondersteunende diensten nu op het stadskantoor. Ook daar is nog weinig duidelijkheid over. Als de
nieuwe organisatie minder diensten gaat inkopen vanuit het stadskantoor, zullen die
formatieplaatsen ook gaan vervallen. Kortom, wij hebben nogal wat zorgpunten en het voorstel
waarin staat het principebesluit te nemen of er geen wensen en bedenkingen zijn om dit
principebesluit te nemen, daar zijn we het dus niet mee eens omdat we wel degelijk een aantal
bedenkingen hebben.
DE VOORZITTER:
Dank u zeer.
Mijnheer Kluijtmans, D66.
DE HEER KLUIJTMANS:
Dank u wel. Ik doe het even vanaf mijn plaats, als u dat goed vindt.
Verzelfstandiging van de Bibliotheek Breda en de Nieuwe Veste in een stichting is, wat D66 betreft,
werken aan een krachtigere en slagvaardigere instelling die een gelijkwaardige positie inneemt in
het Bredase cultuurveld. Vooral de vrijheid van cultureel ondernemen, de mogelijkheden van de
markt kunnen en mogen benutten, het zoeken naar partners en netwerken om zo midden in de
maatschappij te staan en te functioneren, zijn voor D66 al geruime tijd de redenen om te pleiten
voor verzelfstandiging. Tijdens de commissiebehandeiing hebben we al aangegeven dat, wat D66
betreft, de inhoudelijke weg op een aantal opmerkingen na, - en ik kom daar zo nog op terug -,
niet het grootste dilemma oplevert om in te stemmen met het haalbaarheidsonderzoek. Vooral de
verdere uitwerking van de verzelfstandiging, de gevolgen die dit heeft voor een nieuwe stichting en
het concern en de verantwoordelijkheid om daar als college en raad zo zorgvuldig mogelijk mee om
te gaan, hebben voor D66 het nodige denkwerk opgeleverd.
De brief van de wethouder vorige week waarin een aantal zaken bevestigd worden en nader
worden toegelicht, is voor ons van belang. De intentie om de raad zorgvuldig te informeren over de
verantwoording van de te nemen stappen en de openliggende gaten in het onderzoek te delen met
de raad, is van groot belang om zo vervolgens de budgettaire consequenties te kunnen beoordelen,
onder andere bij de begroting 2012. Wij nemen dus hiermee ook aan dat de verdere
uitkristallisering van het haalbaarheidsonderzoek met de raad gedeeld zal worden. Alleen op deze
manier kunnen we ook de financiële gevolgen voor de toekomstige stichting en het concern op
waarde beoordelen. Maar ook in deze is informatie als grondlegger voor de beleidsplannen die we
in het najaar bespreken, van groot belang. Immers stellen we nu de kaders vast die we dan verder
inhoudelijk gaan bespreken.
Tijdens de commissievergadering hebben we al enkele inhoudelijke opmerkingen gegeven, zoals de
bedenkingen met betrekking tot de gekozen coöptatie, betreffende de raad van toezicht, en onze
zorg over de financiële uitwerking van de plannen. Een punt wat we toch nog even naar voren
